PROGRAMMERING VAN HET NIVEAU VOOR
INTERVENTIE VAN DE WINDSENSOR
m
LET OP: opdat het zonnescherm zou sluiten, moet de
windsensor minstens 5 seconden een hoger waarde dan de
ingestelde drempel detecteren. Als het zonnescherm door sterke
wind sluit, veroorzaakt dit een blokkering van 8 minuten van de
automatisering
Om het interventieniveau van de windsensor in te stellen,
is een eerder opgeslagen afstandsbediening vereist en
moeten onderstaande punten gevolgd worden:
1. Voed enkel de te programmeren centrale
2. Activeer de programmering van ARTEMIS
3. Op de UP of DOWN toetsen drukken tot de leds 1+2 vast
branden en de andere knipperen..
4. Op de toetsen UP+DOWN drukken tot de motor stapsgewijs
beweegt wat betekent dat de programmering werd geopend.
Het aantal stappen dat de motor uitvoert, stemt overeen met
het actueel ingestelde niveau:
1 stap = niveau 1 = 10 Km/h
2 stappen = niveau 2 = 15 Km/h
3 stappen = niveau 3 = 20 Km/h
4 stappen = niveau 4 = 30 Km/h (standaard waarde)
5 stappen = niveau 5 = 40 Km/h
5. De toetsen loslaten
6. Om het niveau te verhogen op de UP toets drukken om het te
verminderen op de DOWN toets drukken. Zodra de centrale
het bevel ontvangt, wordt het nieuwe niveau weergegeven en
wordt de motor met het overeenstemmende aantal stappen
geactiveerd.
7. Als de gewenste waarde is bereikt op de STOP toets drukken,
de centrale zal als bevestiging nog eens de ingestelde waarde
visualiseren
8. Om de programmering af te sluiten, Op de STOP van Toets
drukken
PROGRAMMERING VAN HET NIVEAU VOOR
INTERVENTIE VAN DE ZONSENSOR
m
LET OP: opdat het zonnescherm zou opengaan, moet
de zonsensor minstens 8 minuten een hogere waarde dan de
ingestelde drempel detecteren. Opdat het zou sluiten moet de
sensor minstens 8 minuten een kleinere waarde dan de ingestelde
drempel detecteren.
Onderbrekingen van het licht (veroorzaakt door wolken) die
minder dan 1 minuut duren, worden niet waargenomen. Als ze
echter langer dan 1 minuut duren, geschiedt de nulstelling van de
timer van 8 minuten.
Om het interventieniveau van de zonsensor in te stellen,
is een eerder opgeslagen afstandsbediening vereist en
moeten onderstaande punten gevolgd worden:
1. Voed enkel de te programmeren centrale
2. Activeer de programmering van ARTEMIS
3. Op de UP of DOWN toetsen drukken tot de leds 3+4 vast
branden en de andere knipperen.
4. Op de toetsen UP+DOWN drukken tot de motor stapsgewijs
beweegt wat betekent dat de programmering werd geopend.
Het aantal stappen dat de motor uitvoert, stemt overeen met
het actueel ingestelde niveau:
1 stap = niveau 1 = 2 klux
2 stappen = niveau 2 = 5 klux
3 stappen = niveau 3 = 10 klux (standaard waarde)
4 stappen = niveau 4 = 20 klux
5 stappen = niveau 5 = 40 klux
5. De toetsen loslaten
6. Om het niveau te verhogen op de UP toets drukken om het te
verminderen op de DOWN toets drukken. Zodra de centrale
het bevel ontvangt, wordt het nieuwe niveau weergegeven
en wordt de motor geactiveerd met het overeenstemmende
aantal stappen
7. Als de gewenste waarde is bereikt op de STOP toets drukken,
de centrale zal als bevestiging nog eens de ingestelde waarde
visualiseren
8. Om de programmering af te sluiten, Op de STOP van Toets
drukken
PROGRAMMERING VAN HET
TEMPERATUURNIVEAU
Via deze functie kan de temperatuur op 5 niveaus afgesteld
worden, beneden dewelke de zonsensor het zonnescherm niet
moet openen ook al heeft de lichtintensiteit het ingestelde niveau
overschreden.
Deze functie is bijzonder handig in landen met een bar klimaat
waar de zonnige dagen vaak zeer koud zijn. In deze situatie
moeten de zonneschermen niet geopend worden daar het beter is
de kamers door de zonnestralen te laten verwarmen.
Om het interventieniveau van de temperatuur in te stellen,
is een eerder opgeslagen afstandsbediening vereist en
moeten onderstaande punten gevolgd worden:
1. Voed enkel de te programmeren centrale
2. Activeer de programmering van ARTEMIS
3. Op de UP of DOWN toetsen drukken tot de leds 5+6 vast
branden en de andere knipperen.
4. Op de toetsen UP+DOWN drukken tot de motor stapsgewijs
beweegt wat betekent dat de programmering werd geopend.
Het aantal stappen dat de motor uitvoert stemt overeen met
het actueel ingestelde niveau:
1 stap = niveau 1 = sensor gedeactiveerd
2 stappen = niveau 2 = 0°C
3 stappen = niveau 3 = 5°C
4 stappen = niveau 4 = 10°C
5 stappen = niveau 5 = 15°C
5. De toetsen loslaten
6. Om het niveau te verhogen op de UP toets drukken, om het
te verminderen op de DOWN toets drukken. Zodra de centrale
het bevel ontvangt, wordt het nieuwe niveau weergegeven en
wordt de motor met het overeenstemmende aantal stappen
geactiveerd.
7. Als de gewenste waarde is bereikt op de STOP toets drukken,
de centrale zal als bevestiging nog eens de ingestelde waarde
visualiseren
8. Om de programmering af te sluiten, Op de STOP van Toets
drukken
- 81 -
(standaard waarde)