NL
Koppelingsklasse
Nr. typegoedkeuring
D- Waarde
Max. massa aanhangwagen
Max. vertikale last
MONTAGEHANDLEIDING:
1. Demonteer de bumper. Maak de achterste demper overeenkomstig
fig.1 los. Rubbers aan het voertuig laten. Demonteer het hitteschild.
Rondom de contactvlakken dienen de materialen voor bodemafdichting,
anti-corrosiewax en geluiddemping te worden verwijderd. Raadpleeg
fig.2.
2. Kontraplaten A met afstandsbussen en bouten M10x115 overeenkom-
stig fig.3 t/m fig.5 aanbrengen. Let er op dat de bouten zich op de juis-
te plaats bevinden. Breng de zijplaten C en D overeenkomstig fig.6 aan
en plaats de moeren. Trekhaak tussen bumperbinnenwerk en achter-
wand aanbrengen. Bevestig ter plaatse vier bouten M10x45 inclusief
moeren.
3. Draai alle bouten en moeren overeenkomstig de tabel vast. Draai eerst
de onderste moeren t.p.v. de achterwand met het voorgeschreven
moment aan. Draai vervolgens de bovenste moeren t.p.v. de achter-
wand met het voorgeschreven moment aan. Draai vervolgens de overi-
ge bouten met moment aan. Breng de sjabloon overeenkomstig fig.7
aan. (opgelet: afwijkende sjabloon voor de RS-bumper en Ghia /
Titanium bumper gebruiken!) Let er op dat middelijn en positielijn over-
eenstemmen. Zaag de gemarkeerde gaten uit. Indien nodig de deflec-
tor overeenkomstig fig.8 uitzagen.
4. Herplaats de bumper. Monteer de kogelstang inclusief stekkerplaat
d.m.v. twee bouten (1x) M12x65/21.2 en (1x) M12x70/26.2 inclusief
moeren. Herplaats het onder punt 1 verwijderde. Draai het zojuist
geplaatse op moment vast.
:
A 50-X
:
e11 00-2622
:
11,0 kN
:
2000 kg
:
80 kg
BELANGRIJK:
* Voor eventueel noodzakelijke aanpassing(en) "van het voertuig" dient
men de dealer te raadplegen.
* Indien op de bevestigingspunten een bitumen of anti-dreunlaag aanwe-
zig is, dient deze verwijderd te worden.
* Vergeet de veer- en sluitringen niet.
* Kwaliteit bouten 8.8 ; moeren 8, of indien anders vermeld in montage-
handleiding 10.9 / 10.
* Voor het max. trekgewicht en de max. toegestane kogeldruk van uw
voertuig, dient u uw dealer te raadplegen.
* Het is aan te bevelen om na ca. 1000 km (gebruik) de boutverbindingen
volgens tabel na te trekken of te controleren.
* Bij het boren dient men er zorg voor te dragen, dat rem- en brandstof-
leidingen niet worden geraakt.
* Verwijder "indien aanwezig" de plastik dopjes uit de puntlasmoeren.
Aanhaalmomenten voor bouten en moeren:
(8.8)
M6
18 Nm
M10
76 Nm
M12
100 Nm
(10.9)
M10
85 Nm
© 384870/17-06-2005/3