7
INSTELLING EN AFREGELING
Het functioneren van het toestel is te beïnvloeden door de (parameter)instellingen in de
branderautomaat. Een deel hiervan is direct via het bedieningspaneel in te stellen, een ander
deel kan alleen m.b.v. de installateurscode worden aangepast.
7.1
Direct via bedieningspaneel
De volgende functies kunnen direct bediend worden.
Toestel aan/uit
M.b.v. de
toets wordt het toestel in werking gezet.
Wanneer het toestel in werking is zal de groene LED boven de
Wanneer het toestel uit is brandt er één balkje op de service display (
geven dat er voedingsspanning aanwezig is. Tevens geeft in deze bedrijfstoestand de
temperatuurdisplay de druk in de CV installatie (in bar) aan.
Zomerstand
Indien parameter q ingesteld is op een waarde ongelijk aan 0 kan met de
de zomerstand worden ingeschakeld. Dit houdt in dat de CV-functie wordt
uitgeschakeld maar warmwater beschikbaar blijft.
De zomerstand kan worden geactiveerd door de
in te drukken. In het display verschijnt [Su], [So] of [Et]. (de vermelding in het display is
afhankelijk van de instelling van parameter q)
De zomerstand kan worden uitgeschakeld door 2 keer de
toestel weer in bedrijfstoestand staat.
Instellingen van de diverse functies wijzigen:
Door de toets 2 seconden ingedrukt te houden komt u in het gebruikers instellingen menu
(LED bij
en het cijferdisplay gaan knipperen). Door herhaald op de toets gaat telkens een
andere functie LED knipperen. Wanneer de LED knippert kan de desbetreffend functie met de
en
toets ingesteld worden. De ingestelde waarde wordt op het display getoond.
Met de aan/uit
toets wordt het instel menu afgesloten en worden de wijzigingen niet
opgeslagen.
Met de reset
toets wordt het instel menu afgesloten en worden de wijzigingen opgeslagen.
Wanneer gedurende 30 seconden geen toets wordt ingedrukt, wordt het instelmenu
automatisch afgesloten en worden de wijzigingen opgeslagen.
• Maximum CV aanvoertemperatuur
Druk op de toets tot de LED bij
Stel met de
en
toets de temperatuur in tussen 30°C en 90°C (default waarde 80°C).
• Boiler temperatuur
Druk op de toets tot de LED bij
Stel met de
en
toets de temperatuur in tussen 40°C en 65°C (default waarde 60°C).
Boiler aan/uit
Indien een extrene boiler is gemonteerd kan het op temperatuur houden van deze boiler met de
toetst
toets bediend worden en kent de volgende instellingen:
•
Aan: (
LED aan), De boiler wordt continu op de ingestelde temperatuur gehouden.
•
Eco: (
LED aan) . In en uit schakelen door Open Therm thermostaat (indien deze
functie door de thermostaat wordt ondersteund).
Bij gebruik van een open therm thermostaat welke deze functie niet ondersteund of een
aan/uit thermostaat wordt de boiler altijd op temperatuur gehouden.
•
Uit: (Beide LED's uit.) De boiler wordt niet op temperatuur gehouden .
Legionella preventie
Indien de ketel is verbonden aan een indirect gestookte boiler welke is voorzien van een boiler
sensor is het mogelijk het water in de boiler tot minimaal 65°C op te warmen. Dit kan dagelijks
of 1 keer per week worden uitgevoerd (afhankelijk van de instelling van parameter L) .
Zie ook § 7.2
toets branden.
-
) om aan te
toets na het inschakelen nogmaals
toets te drukken tot het
gaat knipperen.
gaat knipperen.
toets ook
37