BEDIENINGS- EN CONTROLEFUNCTIES
Bedieningselementen
De onderstaande nummers verwijzen naar de
afbeeldingen aan de binnenzijde van de voorpagina.
1.
Kanaalselectieknop (16 posities)
Hiermee stelt u de portofoon in op
verschillende kanalen.
2.
AAN/UIT- / volumeknop
Met deze knop kunt u de portofoon aan- en
uitzetten, en het volume van de portofoon
aanpassen.
Zijknop 1 (programmeerbaar)
3.
Aanbevolen als knop voor Uitluisteren/
Annuleren.
4.
Zendtoets (Push To Talk)
Houd deze knop ingedrukt als u wilt spreken;
laat de knop los om te luisteren.
5.
Zijknop 2 (programmeerbaar)
6.
Knop aan de bovenzijde (programmeerbaar)
Aanbevolen als noodtoets.
7.
Lampje
Groen: portofoon aangezet, test OK.
Groen, knipperend: bezig met scannen.
Rood: bezig met uitzenden.
Rood, knipperend: kanaal bezet – tijdens
ontvangst.
Geel: portofoon is opgeroepen.
Geel, knipperend: oproepherinnering
portofoon.
Rood, knipperend: waarschuwing lage
batterijspanning – tijdens uitzenden.
8.
Microfoon
Spreek duidelijk in de microfoon wanneer u een
bericht uitzendt.
9.
Antenne
10. Accessoire-aansluiting
Hier kunt u hoofdtelefoons, externe
luidsprekers/microfoons en andere accessoires
aansluiten. Plaats de meegeleverde stofkap
terug als u deze aansluiting niet gebruikt.
Nederlands
3