2. Scheur, indien gewenst de V.A.C. VeraFlo Cleanse™ Dressing langs de scheurlijn in tweeën
(Afbeelding 3).
LET OP:
Knip of scheur het foamwondverband niet boven de wond, aangezien er
stukjes in de wond kunnen vallen (Afbeelding 5 en 6). Schuur de randen van het
foamwondverband glad om fragmenten en losse partikels die in de wond kunnen vallen of
in de wond kunnen achterblijven te verwijderen. Blijf hierbij uit de buurt van de wond.
OPMERKING: De V.A.C. VeraFlo Cleanse™ Dressing wordt verstrekt in een voorgesneden,
buisvormige configuratie die in twee helften kan worden opgesplitst en/of op maat
kan worden geknipt, afhankelijk van wat er voor de te behandelen wond is vereist. Het
foamwondverband kan worden aangebracht als volledige buis, halve buis, of op maat
worden geknipt. Het doel van foamplaatsing is om het contact tussen foam en weefsel zo
maximaal mogelijk te maken, zonder dat er zich te veel wondverband in de wond bevindt,
terwijl er zo min mogelijk stukken wondverband worden gebruikt.
3. Plaats het foamwondverband voorzichtig in de wondholte. Zorg dat het hele wondbed wordt
bedekt, alsmede de randen, tunnels en ondermijningen (Afbeelding 4).
OPMERKING: Oefen geen druk uit bij het aanbrengen van de V.A.C. VeraFlo Cleanse™
Dressing, in welk deel van de wond dan ook.
OPMERKING: Breng niet te veel wondverband aan in de wondholte. Plaats niet
meerdere stukken foam in tunnels om te voorkomen dat foam achterblijft bij
opeenvolgende verbandwisselingen.
OPMERKING: Wanneer u gebruikmaakt van meerdere stukken foamwondverband, moet u
ervoor zorgen dat aangrenzende stukken foamwondverband elkaar raken, zodat vloeistof en
negatieve druk gelijkmatig worden verdeeld.
4. Knip het teveel aan ongebruikt foamwondverband af en leg het uit de buurt van de wond
(Afbeelding 6).
LET OP:
Knip of scheur het foamwondverband niet boven de wond, aangezien er stukjes
in de wond kunnen vallen (Afbeelding 5). Schuur de randen van het foamwondverband
glad om fragmenten en losse partikels die in de wond kunnen vallen of in de wond kunnen
achterblijven te verwijderen. Blijf hierbij uit de buurt van de wond.
OPMERKING: Zorg dat het foamwondverband de intacte huid niet overlapt.
OPMERKING: Tel altijd het totale aantal stukken foamwondverband in de wond en maak
hier een aantekening van op het label voor hoeveelheid foam (bevestigd op de slang van de
V.A.C. VeraT.R.A.C.™ Pad of, indien gebruikt, op de V.A.C. VeraT.R.A.C. Duo™-slangenset)
(Afbeelding 7) en in het dossier van de patiënt.
In het geval van de V.A.C.Ulta™ Therapy Unit gebruikt u de functie Logboek om het
aantal stukken foamwondverband dat in de wond is gebruikt vast te leggen. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van het V.A.C. Ulta™ Therapy System voor informatie over het gebruik
van de functie Logboek.
OPMERKING: Hechtingen moeten worden bedekt met een enkele laag niet-klevend,
grofmazig en poreus materiaal of materiaal voorzien van venstervormige openingen dat
tussen de hechtingen en de V.A.C.
Advanced Drape wordt geplaatst.
®
88