WAARSCHUWING:
Voor de veiligheid van uw kind, let op het volgende:
1. Alleen volwassenen mogen het voertuig monteren.
2. Kleine onderdelen hebben verstikkingsgevaar; ze zijn niet
geschikt voor kinderen jonger dan 6 jaar!
3. Kinderen mogen de batterijbeschermer niet openen.
4. Houd plastic zakken uit de buurt van kinderen om verstikking te
voorkomen.
5. Toezicht door volwassenen is te allen tijde vereist.
6. Dit voertuig is niet geschikt voor kinderen onder de 6 jaar
vanwege de maximale snelheid. Er zijn ook extra gevaren voor het
gebruik van het speelgoed in andere gebieden dan op privéterrein-
en.
7. Het voertuig met voorzichtigheid gebruiken, aangezien
vaardigheid vereist is om vallen of botsingen te voorkomen die
letsels kunnen berokkenen aan de gebruiker en derden.
8. Het kind moet instructie krijgen over het juiste gebruik van het
voertuig, met name voor het gebruik van het remsysteem.
9. Rij op gladde, verharde oppervlakken uit de buurt van voertu-
igen en andere weggebruikers.
10. Vermijd scherpe hobbels, afvoerroosters en plotselinge
oppervlaktewijzigingen.
11. Vermijd straten en oppervlakken met water, zand, grind, vuil,
bladeren en ander afval.
12. Nat weer kan de tractie, het remmen en het zicht belemmeren.
13. Rij niet 's nachts.
14. Vermijd overmatige snelheid geassocieerd met ritjes bergaf.
15. Pas op voor voetgangers.
16. Controleer en verzeker alle bevestigingen vóór elke rit, laat niet
toe dat 2 of meer kinderen tegelijkertijd rijden.
17. Gebruik het voertuig niet als het beschadigd is.
18. Vervang versleten of kapotte onderdelen onmiddellijk.
WAARSCHUWING:
1. De batterij moet 12 uur opladen voordat het voertuig voor de
eerste keer wordt gebruikt.
2. Verbind de batterij- en laderaansluitingen en steek vervolgens
de lader in een stopcontact van 100-240 V AC.
3. Na 0,5-1 uur gebruik, opladen gedurende 8-12 uur maar niet
langer dan 20 uur.
4. Als het voertuig langzamer beweegt dan gebruikelijk, laad het
dan onmiddellijk 8-12 uur op.
5. Als het voertuig geruime tijd niet zal worden gebruikt, laadt u
de batterij volledig op en vervolgens elke 3 maanden om de
levensduur van de batterij te verlengen.
6. Het is normaal dat de lader tijdens het opladen heet is (onder
71 °C).
7. De stekker van de lader mag niet in de buurt van water worden
geplaatst want dit kan kortsluiting veroorzaken.
8. Het voertuig mag alleen worden opgeladen met de meege-
leverde lader, anders kan het voertuig worden beschadigd.
9. Alleen volwassenen mogen de batterij opladen.
10. Niet-oplaadbare batterijen mogen niet worden opgeladen.
11. Alleen batterijen van hetzelfde of een gelijkwaardig type als
aanbevolen dienen te worden gebruikt.
12. Batterijen moeten met de juiste polariteit worden geplaatst.
13. Lege batterijen moeten uit het voertuig worden verwijderd.
14. De voedingsklemmen mogen niet worden kortgesloten.
15. Gebruik geen oude en nieuwe batterijen samen.
ZORG
ONDERHOUD
1. Controleer voor de montage of alle onderdelen aanwezig zijn en
neem contact op met uw plaatselijke winkel als er onderdelen
ontbreken.
2. Controleer na montage alle onderdelen en zorg ervoor dat het
voertuig goed werkt.
3. Reinig het voorzichtig van tijd tot tijd en vernietig geen
onderdelen.
4. Om uw kind veilig te houden, dient u het voertuig regelmatig te
inspecteren en onderhouden.
20