Aansluitingen
Het stroomsnoer aansluiten (1)
Opmerking:
Afhankelijk van het soort voertuig, kan
de functie van *3 en *5 afwijken. Sluit
in dit geval *2 op *5 en *4 op *3 aan.
*1
*3
*5
Dopje (*1)
Wanneer dit aansluitpunt niet
wordt gebruikt, verwijder het
dopje dan niet.
Geel (*3)
Ondersteuning
(of accessoire)
Rood (*5)
Accessoire
(of ondersteuning)
ISO-connector
Geel/zwart
Indien het voertuig een
onderdrukkingssignaal naar deze terminal
kan sturen, dan kan de onderdrukkingsfunctie
op dit navigatiesysteem worden geactiveerd
wanneer de terminal op *8 is aangesloten.
Opmerking:
In sommige voertuigen bestaat de ISO-stekker
uit twee aansluitingen, zorg ervoor dat met
beide verbinding wordt gemaakt.
9
Opmerking:
• Wanneer een subwoofer (*9) op dit navigatiesysteem is
• Bij het gebruik van een subwoofer van 70 W (2 Ω)
*2
*4
Geel (*2)
Naar het aansluitpunt, staat altijd
onder stroom, onafhankelijk van
de stand van het contactslot.
Rood (*4)
Naar het elektrische aansluitpunt,
bestuurd door het contactslot
(12 V DC) AAN/UIT.
Oranje/wit
Naar de aansluiting van
de lichtschakelaar.
Zwart (aarding)
Naar de (metalen) carrosserie
van het voertuig.
aangesloten in plaats van op een achterluidspreker, zet
de uitgangsinstelling voor de achterspreker dan op de
oorspronkelijke instelling. (Zie de handleiding). De sub-
woofer-uitgang van dit navigatiesysteem is monaural.
moet u ervoor zorgen dat deze wordt aangesloten op de
paarse en paars/zwarte draden van dit navigatiesysteem.
Sluit niets aan op de groene en groen/zwarte draden.
Zorg ervoor dat de draden
die op elkaar worden aangesloten
dezelfde kleur hebben.
Luidsprekerdraden
linksvoor +
Wit:
linksvoor ≠
Wit/zwart:
rechtsvoor +
Grijs:
Grijs/zwart: rechtsvoor ≠
linksachter + of subwoofer + (*9)
Groen:
Groen/zwart: linksachter ≠ of subwoofer ≠ (*9)
rechtsachter + of subwoofer + (*9)
Paars:
Paars/zwart: rechtsachter ≠ of subwoofer ≠ (*9)