DE MELKOPSCHUIMER REINIGEN
Om de melkopschuimer schoon te houden en ervoor te zorgen dat hij het goed blijft
doen, moet de volgende procedure verricht worden, waarvoor de melkopschuimer
niet van de stoomslang hoeft te worden gedemonteerd:
Met het programmeerhendeltje op OFF:
1)
zet een ruime kan onder de melkopschuimer (1);
2)
dompel het melkaanzuigslangetje (2) in 500 ml oplossing van water en een
speciaal reinigingsmiddel voor melkopschuimers, volgens de voorschriften
van de fabrikant van het reinigingsmiddel;
3)
druk op de STOP/PROG toets (3) en houd hem 8 seconden ingedrukt, tot
de bijbehorende led gaat branden;
4)
om de reinigingscyclus in te schakelen, die ongeveer 30 seconden duurt,
drukt u nogmaals op de STOP/PROG toets (3): de melkopschuimer wordt
ingeschakeld door het opzuigen van het reinigingsmiddel door het slangetje
en erop volgende afgifte van de melkopschuimer;
5)
herhaal de handelingen 3) en 4) tot de oplossing met reinigingsmiddel op is;
6)
om alle resten reinigingsmiddel te verwijderen, dompelt u het
melkaanzuigslangetje in 2 liter water en verricht u een reeks reinigingscycli,
zoals beschreven bij de punten 3) en 4) tot het water op is;
7)
voor een complete reiniging van het systeem draait u het onderste gedeelte
(4) 90° op stand B (de leiding waar de melk uitkomt wordt gesloten);
8)
verricht de reinigingscyclus, die ongeveer 30 seconden duurt, zoals
beschreven bij de punten 3) en 4): kijk uit voor de hete stoom die uit het
stoomslangetje komt;
9)
zet het onderste gedeelte (4) weer op stand A;
10)
als de luchtaanzuigopening (5), verstopt is, maakt u hem met een naald
voorzichtig weer open.
Het wordt aangeraden de melkopschuimer na ieder gebruik
te reinigen, om storingen in de werking te voorkomen en
de hygiëne van het systeem te garanderen.
Draai de melkopschuimer niet van de
11. CONTROLES en ONDERHOUD
Om een perfecte efficiëntie en veiligheid van het apparaat over lange tijd te garanderen, zijn onderhoudswerkzaamheden nodig.
het wordt in het bijzonder aangeraden de machine minstens 1 keer per jaar door de Servicedienst na te laten kijken.
Controleer de volgende punten regelmatig:
•
controleer de pompdruk met de manometer, die een waarde van ongeveer 8-9 bar moet aangeven. Wend u in geval van storing
tot de Technische Dienst;
•
controleer met behulp van de manometer de druk van de ketel, die tussen de 0,8 en 1,2 bar dient te zijn. Ook in dit geval
kan een ingreep van de Technische Dienst nodig zijn.
110
Nederlands
espressomachine - instructies voor de gebruiker
stoomslang.
2
stand A
4
1
3
5
stand B