WINDSENSOR
1
2
3
1. Windrichting
2. Behuizing windvaan
3. Anemometer
4. Ingang zonne-energie
REGENMETER
Basis en trechter:
1. Regenmeter
2. Batterijvak
3. RESET knop
1. Trechter
2. Indicator
BUITENTEMPERATUUR- EN -VOCHTIGHEIDSSENSOR
1
2
4
3
4
1. Behuizing temperatuur- / vochtigheidssensor
2. Ingang zonne-energie
3. RESET knop
4. Batterijvak
STARTEN
INSTELLEN WINDSENSOR
De windsensor meet windrichting en -snelheid.
De sensor loopt op batterijen en zonne-energie. De sensor kan draadloos gegevens
verzenden naar een basisstation binnen een straal van ongeveer 100 meter (328
voet).
BELANGRIJK Zorg dat de windsensor naar het noorden wijst, om nauwkeurige
meting mogelijk te maken.
NB Plaats de sensor op een open plek, ongehinderd door bomen en andere
obstructies.
Om batterijen te plaatsen:
1
1. Schroef de anemo meter voorzichtig van de windsensor af.
2. Plaats batterijen volgens de polariteit (+ / -) en plaats de anemometer terug. Druk
altijd op RESET nadat u de batterijen vervangen heeft.
3
3. Schuif de windvaan op het plastic bevestigingspunt aan de aluminium paal.
NB Wij raden u aan alkalinebatterijen te gebruiken voor langdurig gebruik en lithium
batterijen bij temperaturen onder het vriespunt.
INSTELLEN BUITENTEMPERATUUR- / -VOCHTIGHEIDSSENSOR
2
1
1. Houd de sensor vast, en draai en klik naar links.
2. Trek de sensor uit de behuizing.
3. Plaats batterijen volgens de polariteit (+ / -). Druk altijd op RESET nadat u de
batterijen vervangen heeft.
4
5
4. Plaats de sensor terug in de behuizing, en draai en klik naar rechts om te
bevestigen.
4
2
3