De besturingsunit heeft een handig display voor weergave van de bedrijfsparameters en de programmering ervan. Bo-
vendien wordt de status van de poort voortdurend weergegeven tijdens de normale werking.
Tijdens de weergave en de regeling van de parameters geeft het display links de geselecteerde
parameters weer en rechts de corresponderende waarde. Op fig. 01 ziet u een weergavevoor-
beeld van de parameter "A" met de waarde "2".
Tijdens de normale werking wordt de status van de poort weergegeven. De weergegeven waarden
worden in de onderstaande tabel vermeld:
WEERGEGEVEN
WAARDE
- -
Poort in rust
O P
Poort wordt geopend
Poort geopend in pauze (alleen als de automatische sluiting is vrijgegeven, zie volgende para-
t c
graaf)
C L
Poort wordt gesloten
Tijdens de programmeerfase verschijnt de waarde "Pr" voortdurend op het display
8. REGELING VAN DE BEDRIJFSPARAMETERS
Nadat alle nodige aansluitingen gereed gemaakt zijn, moet de voeding naar de installatie worden ingeschakeld en moet
worden gecontroleerd of alle signaleringsleds zich in de situatie bevinden die wordt aangegeven in paragraaf 6.
Volg onderstaande aanwijzingen op om de regeling van de parameters te beginnen:
• Op het display wordt de waarde "--" weergegeven.
• Druk op de toets P2 en houd hem ingedrukt totdat de naam van de eerste parameter op het display verschijnt.
• Om de waarde van de parameter te wijzigen, druk op de knop P1.
• Om over te gaan naar de volgende parameter, druk opnieuw op de knop P2.
• Nadat er 60 seconden geen toetsen zijn aangeraakt, sluit de besturingsunit de regeling af. Het is mogelijk de regeling
handmatig af te sluiten, door alle parameters te laten passeren. Wanneer "--" op het display verschijnt, bent u
weer teruggekeerd naar de normale werking.
In de onderstaande tabel worden de verschillende parameters en de mogelijke waarden samengevat.
DISPLAY
Regeling van de gevoeligheid van de elektronische koppeling en de kracht van de motor.
A1
Minimale motorkracht, grotere gevoeligheid voor obstakels
A2
Geringe-gemiddelde motorkracht, geringe gevoeligheid voor obstakels
A3
Gemiddelde-grote motorkracht, grote gevoeligheid voor obstakels
A4
Grote motorkracht, grote gevoeligheid voor obstakels
Automatische sluiting: met deze functie wordt de automatische sluiting van de poort al of niet vrijgegeven
c0
Niet geactiveerd
c1
Geactiveerd
Werking van het commando OPEN A: deze werking bepaalt het gedrag van de knop OPEN A (volledige opening).
d0
Opent / Sluit / Opent
d1
Opent / Stop / Sluit / Stop
Omkeerslag na sluiting: als deze functie is vrijgegeven maakt de poort, aan het einde van de sluitingsfase, ongeveer
een halve draai in openende richting. Hierdoor kan het ontgrendelmechanisme worden ontlast, zodat de eventuele
bediening ervan wordt vergemakkelijkt.
E0
Niet geactiveerd
E1
Geactiveerd
Werking voor gemeenschappelijke woonhuizen: door deze functie te activeren tijdens de openingsfase van de poort,
wordt het start-commando onderdrukt.
F0
Niet geactiveerd
F1
Geactiveerd
Percentage punt waarop verlangzaming begint: met deze parameter wordt de lengte van het langzamer afgelegde
gedeelte ingesteld, te kiezen uit de twee vooringestelde waarden
H0
20% van de maximale opening die in het geheugen is opgeslagen
H1
10% van de maximale opening die in het geheugen is opgeslagen
7. WERKING VAN HET DISPLAY
STATUS POORT
BESCHRIJVING
5
A2
Fig. 01