in de uit-modus gezet worden door op de stand-by/
bedrijfsknop te drukken.
De unit gaat van stand-by- in bedrijfsmodus wanneer
het een stuursignaal ontvangt door een klep die geo-
pend wordt op een of meer werkstations (met ande-
re woorden, iemand begint te werken). De motor van
de unit staat nu aan en de FCV is gesloten. De timers
DIR_Time en SSR_Time worden niet gestart, zie
graaf 7.2.2 DIR_Time
en Paragraaf 7.2.1 SSR_Time.
De unit blijft in de bedrijfsmodus zolang er een ac-
tief stuursignaal is. De unit kan echter nog steeds in
de uit-modus gezet worden door op de stand-by/be-
drijfsknop te drukken.
Merk op dat indien er slechts 1 werkstation aangeslo-
ten is op de unit, of indien er slechts 1 werkstation in
gebruik is, en het werk stopt aan dat ene station, het
stuursignaal stopt. Indien er meer dan 1 werkstati-
on aangesloten is op de unit, en er meer dan 1 werk-
station in gebruik is, stopt het stuursignaal alleen in-
dien het werk stopt op alle werkstations (met andere
woorden, alle kleppen sluiten).
6 PLC-meldingen
Hierna worden de verschillende status-, waarschuwings- en alarmmeldingen getoond die op het PLC-display
verschijnen. Kijk ook in Handleiding PLC-instellingen en de Installatie- en onderhoudshandleiding.
Wanneer er een melding verschijnt die niet in de Gebruikershandleiding staat, kunt u in de Handleiding
PLC-instellingen kijken voor meer informatie.
Wanneer er een waarschuwing of alarm verschijnt die niet in de Gebruikershandleiding staat, kunt u in de
Handleiding PLC-instellingen kijken voor meer informatie en contact opnemen met een door Nederman
erkende servicemonteur.
6.1 Statusmeldingen
De volgende statusmeldingen geven informatie over de modus waarin de unit staat of welk routine-onderhoud
uitgevoerd wordt.
6.1.1 Nederman FlexPAK Off (Uit-modus)
De unit staat in de uit-modus, wat ook het startmenu van de unit is. De unit kan ook in de uit-modus gaan wan-
neer er iets fout is, bijvoorbeeld indien een alarm geactiveerd is. De pompmotor staat uit, er is geen vacuüm, de
FCV is gesloten en de unit kan niet geactiveerd worden door een stuursignaal.
FlexPak
Hi Vacuum Unit
OFF
Time To Service
2000 hours
FlexVAC
Wanneer het stuursignaal stopt, starten de DIR- en
SSR-timers. De unit blijft in de bedrijfsmodus wanneer
het werk binnen de 10 seconden op 1 of meer werk-
stations hervat wordt. De DIR- en SSR-timers worden
opnieuw op nul gezet en worden stopgezet.
Indien DIR_Time ingesteld is op 10 seconden (stan-
daard) en het werk langer dan 10 seconden onderbro-
Para-
ken wordt, verstrijkt de DIR_Time. De unit gaat dan
in de stationaire modus met de motor aan en de FCV
open.
De unit gaat opnieuw in de bedrijfsmodus wanneer
binnen 12 minuten een nieuw stuursignaal verstuurd
wordt. De DIR- en SSR-timers worden opnieuw op nul
gezet en worden stopgezet. Indien echter SSR_Time
is ingesteld op 12 minuten, de standaardinstelling, en
er geen nieuw stuursignaal is binnen 12 minuten, ver-
strijkt ook SSR_Time.
De unit gaat vervolgens in de stand-bymodus totdat
hij een nieuw stuursignaal ontvangt dat de unit op-
nieuw in de bedrijfsmodus zet, of de unit wordt uitge-
schakeld (met andere woorden, in uit-modus gezet)
door de weektimer, zie Paragraaf 7.2.3 Weektimer, of
door te drukken op de stand-by/bedrijfsknop.
Time To Service: De tijd tot het volgende geplande
onderhoud. De standaardinstelling is 2000 uur.
ESC
OK
NL
187