Beknopte gebruiksaanwijzing
Telefoonfuncties op de HiPath 4000
Terugbelverzoek achterlaten (bij bezet toestel)
A
[TERUGBELLEN] [
Gesprek doorverbinden
A
[RUGGESPRAAK] [ o
U voert een gesprek. Displaytoets [ruggespraak] indruk-
ken, gewenste persoon opbellen. „Verbreektoets" indruk-
ken.
Wisselen tussen gesprekspartners
(tijdens ruggespraak)
A
> [WISSELGESPREK] [
Conferentie opbouwen (tijdens een gesprek)
A
> [CONFERENTIE] [
o
> [CONFERENTIE] [ A
Oproepomleiding opslaan en in-/uitschakelen
F
> [BASIS SERVICE] [
> [BESTEMMINGEN] [
> [OMLEIDING] [
> [VOLGENDE] [
> [BEST. INVOERN] [
o [OPSLAAN] [
uitschakelen:
bijv. „Vaste omleiding 4711 JANSEN"
> UITSCHAKELEN [
Kiezen uit het telefoonboek
D > naar de gewenste invoer bladeren c
a
a
66