Gereedschap-/
accubeveiligingssysteem
Het gereedschap is voorzien van een gereedschap-/
accubeveiligingssysteem. Dit systeem schakelt auto-
matisch de voeding naar de motor uit om de levensduur
van het gereedschap en de accu te verlengen. Het
gereedschap kan tijdens het gebruik automatisch stop-
pen als het gereedschap of de accu aan één van de
volgende omstandigheden wordt blootgesteld:
Overbelastingsbeveiliging
Wanneer het gereedschap of de accu wordt gebruikt
op een manier waardoor een abnormaal hoge stroom
wordt getrokken, stopt het gereedschap automatisch
zonder dat een indicatorlampje gaat branden. Schakel
in die situatie het gereedschap uit en stop het gebruik
dat ertoe leidde dat het gereedschap overbelast raakte.
Schakel daarna het gereedschap in om het weer te
starten.
Oververhittingsbeveiliging
Wanneer het gereedschap oververhit is, stopt het
gereedschap automatisch en toont het accu-indica-
torlampje de volgende status. In die situatie laat u het
gereedschap eerst afkoelen voordat u het gereedschap
opnieuw inschakelt.
Aan
Als het gereedschap niet start, kan de accu oververhit
zijn. In die situatie laat u de accu eerst afkoelen voordat
u het gereedschap opnieuw start.
Beveiliging tegen te ver ontladen
Als de acculading onvoldoende is, stopt het gereed-
schap automatisch. In dit het geval verwijdert u de accu
vanaf het gereedschap en laadt u de accu op.
De beveiligingsvergrendeling
opheffen
Wanneer het beveiligingssysteem herhaaldelijk in
werking treedt, wordt het gereedschap vergrendeld en
toont het accu-indicatorlampje de volgende status.
In deze situatie start het gereedschap niet meer, ook
niet wanneer het gereedschap wordt in- en uitgescha-
keld. Om de beveiligingsvergrendeling op te heffen,
verwijdert u de accu, plaatst u deze in de acculader en
wacht u tot het opladen is voltooid.
Aan
Knippert
Uit
Knippert
Werking van de schakelaar
LET OP:
Controleer altijd, voordat u de accu
in het gereedschap aanbrengt, of de aan-uitscha-
kelaar op de juiste manier schakelt en weer terug-
keert naar de uit-stand nadat deze is losgelaten.
LET OP:
Omwille van uw veiligheid is dit
gereedschap uitgerust met een uit-vergren-
delknop die voorkomt dat het gereedschap
onbedoeld wordt ingeschakeld. Gebruik het
gereedschap NOOIT wanneer dit kan worden
ingeschakeld door gewoon de trekkerschakelaar
in te knijpen zonder de uit-vergrendelknop te
bedienen. Stuur het gereedschap voor deugde-
lijke reparatie terug naar ons erkend servicecen-
trum ALVORENS het verder te gebruiken.
LET OP:
Knijp de aan-uitschakelaar niet hard
in zonder de uit-vergrendelknop in te drukken.
Hierdoor kan de schakelaar kapot gaan.
LET OP:
U mag NOOIT het doel of de werking
van de uit-vergrendelknop teniet doen of deze
vastplakken.
Om te voorkomen dat de aan-uitschakelaar per
ongeluk wordt ingeknepen, is een uit-vergrendelknop
aangebracht.
Om het gereedschap te starten, trekt u de uit-vergren-
delknop in de richting van de gebruiker en knijpt u ver-
volgens de aan-uitschakelaar in.
Om het gereedschap te stoppen, laat u de aan-uitscha-
kelaar los.
► Fig.4: 1. Uit-vergrendelknop 2. Aan-uitschakelaar
Automatische toerentalwisselfunctie
► Fig.5: 1. Functie-indicatorlampje
Toestand van
functie-indicatorlampje
Dit gereedschap heeft een "hoog-toerentalfunctie" en
een "hoog-koppelfunctie". De bedrijfsfunctie wordt
automatisch veranderd aan de hand van de werkbe-
lasting. Wanneer tijdens gebruik het functie-indica-
torlampje gaat branden, staat het gereedschap in de
hoog-koppelfunctie.
Beveiliging tegen onopzettelijk
herstarten
Wanneer de aan-uitschakelaar ingeknepen wordt
gehouden en de accu wordt aangebracht, start het
gereedschap niet.
Om het gereedschap te starten, laat u eerst de aan-uit-
schakelaar los. Trek daarna eerst aan de uit-vergren-
delknop in en knijp vervolgens de aan-uitschakelaar in.
55 NEDERLANDS
Bedrijfsfunctie
Hoog-toerentalfunctie
Hoog-koppelfunctie