6159932380
Issue no: 05
5.2.2. TORQUE
(Niveau van het aanhaalmoment)
Het gewenste aanhaalmoment wordt via een
percentage van het bereik van het draaimoment
ingesteld van het geselecteerde gereedschap.
Voor bijvoorbeeld een apparaat SLC 100,
bepaalt een instelling op 50 % voor vrij
aandraaien bepaalt een aandraaimoment van
ongeveer 6 Nm.
Deze waarde van het draaimoment moet
bevestigd worden een aangepast aan de hand
van bijvoorbeeld een ALPHA TESTER.
Het niveau van het aanhaalmoment wordt op het
beeldscherm aangeduid met "TORQUE LEVEL"
(aanhaalmoment).
5.2.3. JOINT (Type verbinding)
U dient het type verbinding te selecteren (hard of
zacht) waar het apparaat op werkt.
Een voorbeeld van een zachte verbinding is een
zelftappende schroef in plastic of in plaatijzer,
of een iso-schroef in vervormbaar materiaal
(platte naad...). Een voorbeeld van een harde
verbinding is een verbinding die bestaat uit
metalen onderdelen.
Indien het geselecteerde type verbinding
"SOFT" (zacht) is, zal de schroevendraaier op
de geselecteerde snelheid werken (zie 5.2.6).
Indien het type verbinding "HARD" is, zal de
schroevendraaier gedurende de ingestelde tijd
(zie 5.2.4) in de geselecteerde snelheid werken,
en vervolgens zal de snelheid automatisch
afnemen om uiteindelijk het ingestelde
aanhaalmoment te bereiken.
Indien het aanhaaltype niet juist
is, zal het schroefresultaat minder
nauwkeurig zijn.
5.2.4. FINAL PH. (Naderingstijd)
Deze optie kan slechts gekozen worden indien
het geselecteerde aandraaitype "HARD" is.
In dat geval kunt u een tijd instellen tussen MIN
(de functie staat niet aan) en 10,0 seconden.
Deze tijd bepaalt hoe lang de schroevendraaier
op de ingestelde snelheid draait
(naderingssnelheid).
Zodra deze tijd eenmaal verstreken is, zal
de snelheid automatisch teruglopen tot
een waarde die door de controller bepaald
wordt (schroefsnelheid) die afhangt van het
aanhaalmoment.
De waarde van de benaderingstijd staat
afgebeeld op het hoofdscherm.
144 / 296
Het instellen van een
naderingssnelheid dient enkel voor
het verminderen van de draaitijd
van lange schroeven. Indien het
koppel tijdens deze fase bereikt
wordt (op hoge snelheid), is het
schroefresultaat minder precies. Om
dit te voorkomen, adviseren wij u
om met een korte naderingssnelheid
te beginnen en deze vervolgens
langzaam op te voeren totdat u een
optimale tijd heeft.
Indien het koppel tijdens deze fase bereikt
wordt, verschijnt het bericht NOK op het
beeldscherm en hoort u 3 biepjes.
Tegelijkertijd krijgt u de volgende foutmeldingen
te zien: "ERROR" en "TORQUE".
5.2.5. SLOW ST (Trage start)
De optie trage start kan ingesteld worden tussen
0,2 en 2 seconden.
Deze optie wordt met name gebruikt bij
zelftappende schroeven.
Wanneer het draaimoment tijdens deze
fase bereikt is, kan dit minder precieze
schroefkoppels tot gevolg hebben.
Indien het draaimoment tijdens deze fase bereikt
wordt, verschijnt het bericht NOK op het scherm
en hoort u 3 biepjes.
Tegelijkertijd krijgt u de volgende foutmeldingen
te zien: "ERROR" en "TORQUE".
V (tr/min)
Trage start
a
b
y
z
Legenda
a
geselecteerde snelheid
b schroefsnelheid
y
duur van de fase "trage start"
z
duur van de fase "naderingssnelheid"
5.2.6. SPEED (Snelheid)
U kunt een snelheidswaarde kiezen tussen 30%
en 100 % van de nominale snelheid van het
gereedschap.
Het draaimoment-bereik is slechts geldig
voor een nominale snelheid die bij elke
schroeven-draaier gegeven wordt.
Bereikte koppel
t (sec)
05/2020