ELEKTRISCHE BEDRADING
6 ELEKTRISCHE BEDRADING
6.1 ALGEMEEN
!
G E VA A R
•
Schakel de netvoeding naar de binnen- en buitenunit uit
voordat u aan de elektrische bedrading werkt of een peri-
odieke controle uitvoert.
•
Controleer of de binnen- en buitenventilatoren zijn stop-
gezet voordat u aan de elektrische bedrading gaat wer-
ken of een periodieke controle uitvoert.
•
Bescherm de draden, afvoerleiding, elektrische onder-
delen en dergelijke tegen ratten en andere kleine dieren.
Ratten kunnen aan onbeschermde onderdelen knagen,
waardoor in het ergste geval brand kan ontstaan.
!
L E T O P
•
Gebruik afgeschermde twisted-pair-kabels als transmissieka-
bels tussen de binnen- en buitenunits en sluit het afgescherm-
de gedeelte aan op de aardeschroef in de elektrische kast van
de binnenunit, zoals hieronder weergegeven.
6.2 AANSLUITING VAN ELEKTRISCHE BEDRADING VOOR BINNENUNIT
1 De aansluiting van de elektrische bedrading voor de binnen-
unit wordt hieronder weergegeven.
Gat voor aansluiten
Gat voor aansluiten bedrading Ø 32,5 (voor reserve)
bedrading 30x39
(Uitdrijfgat)
(voor kabel)
2 Sluit de kabel van een optionele schakelaar voor externe be-
diening of een optioneel verlengsnoer via het aansluitgat in de
kast aan op de aansluitingen in de elektrische kast.
3 Sluit de netvoeding en aardedraden aan op de terminals in de
elektrische kast.
4 Sluit de draden tussen de binnenunit en de buitenunit aan op
de terminals in de elektrische kast.
Elektrische kast
Stop (metaal)
Voedingskabel
Transmissiedraden
Kabel voor schakelaar voor
externe bediening
91
PMML0253A rev.5 - 08/2016
All manuals and user guides at all-guides.com
•
•
•
•
1 Zorg dat de ter plekke gekozen elektrische onderdelen
2 Controleer of de netvoedingspanning binnen +10% van de
3 Controleer de capaciteit van de elektriciteitsdraden. Als de ca-
4 Controleer of de aardedraad goed is aangesloten.
Voedingskabel
Bedieningskabels
Kabel voor schakelaar voor
externe bediening
Schroef
Wikkel de meegeleverde isolatie rond de bedrading en vul het
gat voor aansluiting van de bedrading met het afdichtmate-
riaal om het product te beschermen tegen condenswater of
insecten.
Zet de draden goed met de snoerklem vast aan de binnenkant
van de binnenunit.
Leid de draden door het uitdrijfgat in het zijpaneel wanneer u
een geleiding gebruikt.
Maak de kabel van de schakelaar voor externe bediening met
de snoerklem in de elektrische kast vast.
Algemene controle
(hoofdschakelaars, circuitonderbrekers, draden, geleidings-
aansluitingen en draadterminals) correct zijn. Controleer of de
onderdelen voldoen aan de National Electrical Code (NEC).
nominale spanning ligt.
paciteit van de voedingsbron te laag is, kan het systeem niet
starten wegens de spanningsverlaging.
Aardeschroef
Voedingskabel
(tussen binnen- en buitenunit)
Transmissiedraden
(tussen binnen- en buitenunit)
(tussen binnen- en buitenunit)
Printplaat (PCB1)
Aansluitklemplaat (TB)
Aardeschroef
Kabel voor schakelaar voor externe
bediening (Bedrading in geval van
gecentraliseerd bedrijf met externe
bedieningsschakelaar)
Printplaat
(PCB2)