- INHOUDSOPGAVE -
x
Installatie .......................................................................28
v
Aansluitingen .................................................................30
• ACCESSOIRES
Controleer of de volgende onderdelen bij het hoofdtoestel in de doos zitten:
VOORNAAMSTE KENMERKEN
1
GEFELICITEERD! U hebt de DJ-mixer DENON DN-X800 van
DENON gekocht.
1. X-Effects
X-Effect is een uniek kenmerk dat ontworpen is voor
gebruik met de CD-spelers DENON DN-2100F en DN-
2600F.
De fader-start van de volgende functies kan gebruikt
worden met de crossfader: Sampler, Hot start brake/platter,
Hot start 1, 2 (elke drive).
2. Kanaalfader- en crossfader-start
De CD-speler kan eenvoudig worden gestart of gestopt
door het niveau van de kanaalfader te verhogen of te
verlagen of met behulp van de crossfader links-rechts of
rechts-links. (Deze functie is alleen beschikbaar als de
DENON CD-speler DN-1800F, DN-2100F of DN-2600F is
aangesloten op de DN-X800.)
3. Digitale uitgangen
De DN-X800 stelt u in staat rechtstreeks op te nemen op
een CD-R, minidisc of harde schijf via zijn exclusieve
coaxiale digitale uitgangen.
De digitale uitgangen houden het signaal constant op 16
bit/44,1 kHz.
INSTALLATIE
2
Wanneer de DN-X800 wordt gemonteerd in een kist of een DJ-
booth, raden wij aan indien mogelijk een ruimte van 3 cm te
laten boven de mixer.
28
NEDERLANDS
Fader start .....................................................................31
X-effects ........................................................................32
,
4. Digitale ingangen
De DN-X800 aanvaardt 4 digitale ingangen.
U kunt bijvoorbeeld één van onze hoogwaardige spelers
DN-1800F, DN-2100F, DN-2600F of DP-DJ151 aansluiten of
elk ander apparaat met een digitale uitgang. De beschikbare
bemonsteringsfrequenties zijn 32 kHz, 44,1 kHz of 48 kHz.
5. Verbeterde ingangs-/uitgangsaansluitingen (analoog)
8 lijn, 3 phono, 2 microfoonsystemen, 2 hoofduitgangen,
zone-uitgang.
Booth-uitgang,
subwooferuitgang
cassette-uitgang zijn onafhankelijk voorzien. Er zijn ook
effectingangen/-uitgangen voorzien voor een externe
effectprocessor.
6. 3-bands equalizer/versterking
Op elk ingangskanaal zijn regelaars voor lage, midden- en
hoge tonen en voor versterking beschikbaar.
7. Crossfader contour
Met deze functie kan de "vorm" van de crossfader-respons
worden aangepast van een zachte curve voor zachte en
lange fades tot een steile pitch voor professionele cut &
scratch-effecten.
8. Mic post
Deze functie voert het hoofdmicrofoonsignaal in de
signaalbaan van de zone-, booth-, cassette- en digitale
uitgang.
In de OFF-stand wordt het MIC-signaal niet in de
bovengenoemde uitgangen gevoerd.
MIC
1
2
3
4
L
-
20
15
10
7
5
3
1
0
1
3
5
8
+
PH1/LN1
PH2/LN3
PH3/LN5
LINE7
CUE
R
PWR
PGM
-
20
15
10
7
5
3
1
0
1
3
5
8
+
0
10
ON/OFF
MIN
MAX
DIGITAL1
LINE2
MIN
MAX
DIGITAL2
LINE4
MIN
MAX
DIGITAL3
LINE6
MIN
MAX
DIGITAL4
LINE8
MAIN MIC
GAIN
GAIN
GAIN
GAIN
ZONE
MASTER
SUB WOOFER
MIC POST
CH FADER START
CH FADER START
CH FADER START
CH FADER START
10
ON/OFF
-26dB
+10dB
-26dB
+10dB
-26dB
HI
+10dB
-26dB
HI
+10dB
10
HI
10
HI
10
-26dB
HI
+10dB
10
0
LEVEL
10
MIN
FREQ.
MAX
8
METER
EFFECT LOOP
8
8
8
8
6
6
6
6
6
4
-26dB
+10dB
-26dB
+10dB
-26dB
+10dB
-26dB
+10dB
-26dB
+10dB
BOOTH
MID
MID
4
MID
4
MID
4
MID
4
MAIN
2
2
2
2
2
0
0
0
0
0
-26dB
+10dB
-26dB
+10dB
-26dB
+10dB
-26dB
+10dB
-26dB
+10dB
0
10
LOW
LOW
LOW
LOW
LOW
LEVEL
MIC
DIGITAL
CUE
CROSS
CROSS
FADER
FADER
START A
SAMP.
SAMP.
START B
0
10
ON/OFF
AUX MIC
CH 1
CH 2
CH 3
CH 4
RESET
CROSSFADER
H/S
H/S
BRAKE
BRAKE
CH FADER START
CONTOUR
L-CUE
X
X
MONO
R-PGM
1
2
3
1
2
3
H/S 2
A
B
H/S 2
OFF
4
OFF
4
ON
OFF
CUE
PGM
STEREO
0
10
H/S 1
H/S 1
PAN
CUE/PGM
LEVEL
ASSIGN A
ASSIGN B
PHONES
BENAMING VAN ONDERDELEN EN FUNCTIES
3
(1) Voorpaneel
q
MIC EQ-regelaars
• Stellen de frequentieweergave van de
hoofdmicrofooningang in van -12 dB tot +12dB.
HI
• Stelt het hogetonen-microfoongeluid in van -12 dB tot
+12 dB.
In de middelste stand is de geluidsweergave vlak.
MID
• Stelt het middentonen-microfoongeluid in van -12 dB
tot +12 dB.
In de middelste stand is de geluidsweergave vlak.
LOW
• Stelt het lagetonen-microfoongeluid in van -12 dB tot
+12 dB.
In de middelste stand is de geluidsweergave vlak.
w
MAIN MIC-niveauregelaar
• Stelt het niveau van de hoofdmicrofooningang in.
e
MAIN ON/OFF-toets
• Voert het hoofdmicrofoonsignaal in de signaalbaan van
de hoofduitgangen.
• Wanneer de toets wordt ingedrukt, wordt de
hoofdmicrofoon ingeschakeld en licht de bijbehorende
en
indicator op.
r
MIC POST ON/OFF-toets
• Voert het hoofdmicrofoonsignaal in de signaalbaan van
de zone-, booth-, cassette- en digitale uitgangen.
• Wanneer de toets wordt ingedrukt, licht de
bijbehorende groene indicator op.
t
AUX MIC-niveauregelaar
• Stelt het niveau van de hulpmicrofooningang in.
y
AUX MIC ON/OFF-toets
• Voert het hulpmicrofoonsignaal in de signaalbaan van
de mixer.
• Wanneer de toets wordt ingedrukt, wordt de
hulpmicrofoon ingeschakeld en licht de bijbehorende
oranje indicator op.
u
Bron EQ-regelaars
• Stellen de frequentieweergave van de gekozen
ingangen in.
HI
• Stelt het hogetonengeluid in van -26 dB tot +10 dB.
In de middelste stand is de geluidsweergave vlak.
MID
• Stelt het middentonengeluid in van -26 dB tot +10 dB.
In de middelste stand is de geluidsweergave vlak.
LOW
• Stelt het lagetonengeluid in van -26 dB tot +10 dB.
In de middelste stand is de geluidsweergave vlak.
OPMERKING:
Een te scherpe afstelling kan 'clipping' (vervalsing
van het signaal) veroorzaken.
i
GAIN-niveauregelaar
• Stelt het niveau van de gekozen ingang in van 0 tot +10
DJ MIXER
dB.
o
Broningang-keuzeschakelaar
• Kiest een phono/lijn- of een lijningang voor de bron.
!0
LINE/DIGITAL-ingangskeuzeschakelaar
• Kiest een lijningang (analoog) of digitale ingang voor
de bron.
• De bijbehorende groene indicator knippert wanneer
het digitale signaal wordt vrijgegeven en blijft branden
wanneer het digitale signaal wordt vastgelegd.
OPMERKING:
U moet eerst de pitch-schuif van de digitale
uitgangsbron (CD, MD) op nul % zetten alvorens de
spanning van de bron in te schakelen. Voer de
bovenstaande stappen uit als de groene digitale
indicator op de mixer knippert.
!1
Broningang-fader (kanaalfader)
• Regelt het niveau van de gekozen ingang.
!2
ZONE-niveauregelaar
• Stelt het niveau van de zone-uitgangen in.
!3
ZONE METER-toets
• Wanneer deze toets ingedrukt wordt gehouden, geeft
de meter het stereoniveau in de LINKER (LEFT) en
RECHTER (RIGHT) meteruitgang aan.
De bijbehorende groene indicator licht op.
!4
BOOTH LEVEL-regelaar
• Stelt het niveau van de booth-uitgangen in.
!5
MASTER LEVEL-fader
• Stelt het niveau van de hoofduitgangen in. De signalen
van de kanalen die zijn gekozen met de Assign-
schakelaars worden uitgevoerd via de broningang-
fader (kanaalfader) en de crossfader, terwijl de
signalen van andere kanalen worden uitgevoerd via de
broningang-fader (kanaalfader).
!6
CUE/PROGRAM dB-piekmeter
• Toont het uitgangsniveau na de instelling van het
hoofdniveau; het piekniveau wordt gedurende 1
seconde vastgehouden.
Weergavebereik: -20 dB tot +8 dB.
• Kan kiezen tussen twee weergavestanden. Zie
hieronder.
!7
SUBWOOFER-frequentieregelaar
• Stelt de afsnijfrequentie van het laagdoorlaatfilter in
van 40 Hz tot 200 Hz.
• De
lagefrequentie-instelling
beïnvloedt
subwooferuitvoer.
!8
EFFECT LOOP MAIN-toets
• Voert het hoofdsignaal door de externe processor die
is aangesloten op de EFFECT-aansluitingen op het
achterpaneel.
• Wanneer de toets wordt ingedrukt, licht de
bijbehorende oranje indicator op. (Wanneer de
processor niet is aangesloten, knippert de indicator.)
!9
EFFECT LOOP MIC-toets
• Voert het hoofdmicrofoonsignaal door de externe
processor die is aangesloten op de EFFECT-
aansluitingen op het achterpaneel.
• Wanneer de toets wordt ingedrukt, licht de
bijbehorende oranje indicator op. (Wanneer de
processor niet is aangesloten, knippert de indicator.)
@3
de