6.1
De detector klaarmaken
1. Zet OPERATE/BATT TEST op OPERATE.
2. Houd de detector in een comfortabele positie en zet de MODE-knop in de gewenste stand: Selecteer VLF om
de batterijstroomtoevoer te testen en regel vervolgens TUNE en GROUND. (Zie ook "De detector fijn
afstellen" en "De GROUND regelen"). Zet nu de knop op stand TR1 om extreme verschillen tussen metalen,
zoals tussen ijzer en goud, op te sporen. Het verschil tussen ijzer en goud is duidelijk zichtbaar op de meter
(de wijzer wijst op "ferrous" i.g.v. ijzer en op "non-ferrous" i.g.v. goud). Schakel vervolgens over naar TR2
voor een fijnere analyse zodat het verschil tussen aluminium en goud bijvoorbeeld duidelijk hoorbaar wordt.
(Zie ook "DISCRIMINATIE regelen") [N].
Volg de hieronder omschreven stappen om TUNE te regelen [O]:
1. Draai de VOLUME-regelaar in de "10 uur"- positie.
2. Zet de MODEknop op VLF.
3. Zet DISCRIMINATION, GROUND en SENSITIVITY in de middenstand.
4. Houd de zoekspoel op ongeveer 30 cm van het grondoppervlak en het metalen voorwerp vandaan, terwijl u
de rode knop op het handvat ingedrukt houdt en de TUNE-knop langzaam naar links en naar rechts draait
totdat de vu-wijzer (ongeveer) de nulstand bereikt. Laat dan de rode knop los.
5. Tijdens het zoeken kunt u de detector fijnafstellen met de DISCRIMINATION-knop (zie "De detector fijn
afstellen").
Opmerking: U kunt tijdens het zoeken altijd op de rode knop drukken om de wijzer terug op 0 te zetten.
6.2
De detector testen en gebruiken
We raden u aan de detector vooraf uit te proberen op verschillende metaalsoorten om te leren hoe de detector
erop reageert. U kunt de detector zowel binnen als buiten uitproberen. Bij elk gebruik dient de detector
afgesteld te worden (zie "De detector fijn afstellen").
1. Verwijder alle mogelijke metalen juwelen die u draagt zoals horloges, ringen enz. en plaats de detector op
een houten of plastic tafel.
2. Let de zoekspoel met de vlakke kant naar het plafond.
Opmerking: Test de detector binnenshuis nooit op een vloer, aangezien die in de meeste gebouwen
metaal bevat, wat het signaal van de geteste voorwerpen kan storen of overstemmen.
3. Zet MODE op TR1.
4. Beweeg een staal van het materiaal (zoals een gouden ring of een muntstuk) dat u met de detector wilt
opsporen op ongeveer 5 cm hoogte boven de zoekspoel heen en weer.
Opmerkingen:
•
Zonder beweging vindt de zoekspoel niets. Beweeg dus het voorwerp aangezien de detector hier stil ligt.
•
Indien u de test met behulp van een muntstuk uitvoert, zal het gemakkelijker gevonden worden indien u
het met de vlakke kant evenwijdig aan de zoekspoel houdt.
•
Zodra de detector het voorwerp gevonden heeft, lichten de NON-FERROUS en FERROUS indicatoren op en
beweegt de wijzer richting FERROUS of NON-FERROUS afhankelijk van de opgespoorde metaalsoort. Ook bij
niet-ijzerhoudende metalen klinkt een toon.
•
Indien de detector geen metaal vindt, ga dan eerst even na of de batterijen opgeladen zijn en of de
zoekspoel behoorlijk is aangesloten.
6.3
Buiten testen en zoeken
1. Probeer buiten op de grond een plek vrij van metaal te vinden.
2. Plaats een staal van het testmateriaal (bv. gouden ring, muntstuk) op de grond. (Als u van plan bent
waardevol metaal zoals goud voor de test te gebruiken, markeer dan de plek waar u het voorwerp legt op
de een of andere manier, zodat u het later gemakkelijk terugvindt. Vermijd dan ook plaatsen met hoog gras
of onkruid).
3. Zet de MODE-knop op TR1.
4. Houd de zoekspoel in de horizontale stand op ongeveer 2 à 5 cm afstand van de grond en onderzoek
langzaam de plek waar u het metalen voorwerp heeft achtergelaten dmv een zijdelingse, slingerende
beweging [Q].
5. Dezelfde plek op meerdere metalen voorwerpen doorzoeken.
Hebt u metaal gevonden, wacht dan enkele seconden na het signaal vooraleer verder te zoeken om de
detector toe te laten terug te keren naar de nulstand. (Of druk op de rode knop van het handvat om de
wijzer weer naar het midden van de vu-meter te brengen).
V. 02 – 08/11/2017
CS150N
13
©Velleman nv