Functie; Onderhoud - Blatchford 189226 Instrucciones De Uso

4 Functie

Dit hulpmiddel maakt het mogelijk om de uitlijning van de ledemaatprothese af te stemmen op
de gebruiker. Wanneer de uitlijnbout met behulp van Loctite 222 stevig wordt aangedraaid tot
het getoonde aandraaimoment, biedt dit hulpmiddel een veilige manier om de koker aan de
knieprothese te bevestigen.

5 Onderhoud

Voer regelmatig een visuele controle van het hulpmiddel uit.
Meld elke verandering in prestaties van dit hulpmiddel, zoals ongebruikelijke geluiden,
problemen met de uitlijning of loszitten van het hulpmiddel, aan de behandelaar/leverancier.
Informeer de behandelaar/leverancier over elke verandering in lichaamsgewicht en/of
activiteitenniveau.
Reiniging
Gebruik een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel om de buitenoppervlakken te reinigen.
Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen. Maak het hulpmiddel goed droog voordat het weer
wordt gebruikt.
De resterende instructies in dit hoofdstuk zijn alleen bedoeld voor gebruik door de behandelaar.
Dit onderhoud mag alleen worden uitgevoerd door competent personeel (behandelaar of een
hiervoor opgeleide technicus).
Het volgende routinematige onderhoud dient ten minste eenmaal per jaar te worden
uitgevoerd:
• Controleer of de uitlijnbout stevig vast zit (raadpleeg het hoofdstuk Constructie). Als de
bout los zit, moet deze worden verwijderd en gereinigd. Breng daarna Loctite aan en draai
de bout weer aan tot het juiste aandraaimoment.
• Controleer op defecten die van invloed kunnen zijn op een juiste werking.
Controleer of de gebruiker alle informatie betreffende veiligheid en door de gebruiker uit te
voeren onderhoud heeft gelezen en begrepen.
Adviseer de gebruiker om de knieprothese regelmatig visueel te controleren; tekenen van
slijtage die de functie kunnen aantasten, moeten aan de leverancier worden gemeld.
Als het hulpmiddel wordt gebruikt voor extreme activiteiten, moeten het onderhoudsniveau en
-interval worden herzien en moet zo nodig technische ondersteuning worden gevraagd voor
het opstellen van een nieuw onderhoudsschema afhankelijk van de aard en de frequentie van
de activiteiten. Dit moet worden bepaald door een risicobeoordeling ter plaatse die door een
daarvoor gekwalificeerde persoon wordt uitgevoerd.
46
938109PK1/1-0121