Gassen En Dampen - STAMOS S-MMA-120PI Manual De Instrucciones

1.5 GASSEN EN DAMPEN

LET OP: GAS KAN GEVAARLIJK ZIJN VOOR DE GEZONDHEID EN LEIDEN TOT DE DOOD!
• Hou altijd afstand van de gasdampen.
• Let tijdens laswerkzaamheden op luchtuitwisseling en vermijd inademing van gas.
• Verwijder eventuele chemische stoffen (vetten, oplosmiddelen) van de oppervlakken van gelaste
onderdelen, aangezien deze onder door de hitte verbranden en giftige dampen afgeven.
• Lassen van gegalvaniseerde onderdelen is alleen toegestaan bij goed gefilterde ventilatie en toevoer
van frisse lucht. Zinkdampen zijn zeer giftig, met het zogenaamde metaalrookkoorts als mogelijk
vergiftigingssymtoom.
2. TECHNISCHE GEGEVENS
Naam product
Model S-MMA-120PI
Spanning [V] /
Frequentie [Hz] 230~ / 50
Inactieve spanning [V] 56
Stroomsterkte tijdens het 20-120
lassen [A]
Werkcyclus [%] 60
Stroomsterkte tijdens het 93
lassen [A] bij werkcyclus 100%
Hot Start TAK
Krachtfactor 0,73
Isolatiefactor F
IP-beschermingsklasse IP21
3. GEBRUIK
3.1 ALGEMENE OPMERKINGEN
• Apparaat moet worden gebruikt waarvoor het is bedoeld, in overeenstemming met de gezondheids- en
veiligheidsvoorschriften en de beperkingen die voortvloeien uit de gegevens op het typeplaatje (IP-
klasse, werkcyclus, spanning enz.).
• De machine mag niet worden geopend omdat hierdoor de garantie komt te vervallen en blootgestelde
onderdelen letsel kunnen veroorzaken door explosie.
• Fabrikant is niet verantwoordelijk voor technische wijzigingen aan het apparaat of materiële schade als
gevolg van zulke wijzigingen.
• Neem bij een storing aan het apparaat contact op met het servicecentrum.
• Dek de ventilatiesleuven niet af en plaats lasapparaat op een afstand van 30 cm van omringende objecten.
• Hou het lasapparaat niet onder de arm vast of dicht bij het lichaam.
• Plaats de machine niet in een drukke omgeving, een omgeving met stof, of in de buurt van sterke
elektromagnetische bronnen.
3.2 OPSLAG VAN HET APPARAAT
• De machine dient te worden afgeschermd van water en vocht.
• Plaats het lasapparaat niet in een hete ruimte.
• Het apparaat dient te worden opgeslagen in een droge en schone ruimte.
3.3 AANSLUITING VAN HET APPARAAT
3.3.1 Stroomaansluiting
• Apparaat dient te worden aangesloten door een gekwalificeerde persoon. Daarnaast dient een
persoon met de juiste kwalificaties te controleren of de aarding en elektrische installatie, evenals de
veiligheidssystemen, voldoen aan de veiligheidsnormen en goed functioneren.
• Apparaat dient te worden geplaats in de buurt van de werkplek.
• De aansluitingen aan de machine dienen niet te lang te zijn.
NL
LASAPPARAAT
S-MMA-160PI S-MMA-200PI.2 S-MMA-250PI.2
230~ / 50
56 56 56
56 56 56
20-160 20-200 20-250
60 60 60
124 155 194
TAK TAK TAK
0,73 0,73 0,93
F F F
IP21 IP21 IP21
66
Rev. 16.11.2021
• Enkelfasige lasapparaten dienten te worden aangesloten op een stopcontact dat is uitgerust met een
aardingspin.
• Lasapparaten gevoed vanuit een driefasen-netwerk worden geleverd zonder stekker en u dient zelf een
stekker aan te schaffen en de installatie te laten uitvoeren door een gekwalificeerd persoon.
LET OP: APPARAAT MAG ALLEEN WORDEN GEBRUIKT AS DEZE IS AANGESLOTEN OP
EEN ELEKTRISCHE INSTALLATIE MET WERKENDE VEILIGHEIDSSYSTEMEN!
4. GEBRUIK
S-MMA-120PI | S-MMA-160PI | S-MMA-200PI.2 | S-MMA-250PI.2
Beschrijving van het apparaat
POWER O.C
1 2
1 2
4
3
L.p. Functiebeschrijving
1. Controlelamp voor inschakeling apparaat.
2. OVERBELASTING / STORING = Dit lampje brandt wanneer zich een van twee situaties voordoen:
3. a) jos laitteessa on vika, eikä sitä voida käyttää.
4. a) indien machine een storing heeft en niet mag worden gebruikt.
b) indien lasapparaat te lang in operatie is en de veiligheidsmodus inschakelt om vervolgens uit
te schakelen. Dit betekent dat het apparaat in de slaapstand gaat om temperatuur te regelen en
oververhitting te voorkomen. Tijdens dit proces brandt het waarschuwingslampje op het voor-
paneel. Wanneer dit gebeurt hoeft de stekker niet uit het stopcontact te worden getrokken. Om
het apparaat te koelen kan de ventilator blijven draaien. Als het rode lampje niet brandt wil dat
zeggen dat het apparaat is afgekoeld naar de gebruikstemperatuur en dat deze weer kan worden
gebruikt.
5. Regelknop voor de lasstroom.
6. Weergave lasstroom
Kabelingang '+'
Kabelingang '–'
5. KABELAANSLUITING
BESCHRIJVING KABELAANSLUITING:
1. De aardingsdraad dient correct te worden aangesloten op de ingang met symbool '+'.
2. Vervolgens dient de kabel van het lasapparaat correct te worden aangesloten op de ingang met symbool
'-'. LET OP! De polarisatie van de draden kunnen verschillen! Alle informatie over de polarisatie dient
door de producent op de verpakking van de electroden te worden gezet!
3. Nu kunt u het netsnoer aansluiten, de stroom aanzetten en de benodigde lasstroom instellen. Na
aansluiten van de aardingsdraad op het lasonderdeel kunt u beginnen met de werkzaamheden.
6. VERWIJDERING VAN VERPAKKING
Bewaar de verpakkingselementen (karton, plastic tapes en polystyreen) zodat, indien nodig, het apparaat
terug te sturen terwijl deze optimaal beschermd is!
Rev. 16.11.2021
NL
5 6
67