■
Bij het bewerken van schuine oppervlakken
mag het apparaat niet met grote kracht op het
werkstuk worden geduwd. Als het toerental
sterk afneemt, moet u de aandrukkracht beper-
ken, zodat u veilig en efficiënt kunt werken. Als
het apparaat plotseling volledig remt of blok-
keert, moet het direct worden uitgeschakeld.
■
Doorslijpen: werk met matige voorwaartse
beweging en kantel de doorslijpschijf niet.
■
Afbraam- en doorslijpschijven worden zeer
heet tijdens het werken; laat ze volledig af-
koelen alvorens ze aan te raken.
■
Gebruik het apparaat nooit voor doeleinden
waarvoor het niet bestemd is.
■
Let er altijd op dat het apparaat is uitgescha-
keld alvorens de accu in het apparaat te
plaatsen.
■
Schakel bij gevaar meteen het apparaat uit
en verwijder de accu. Zorg ervoor dat het
apparaat goed toegankelijk is en in geval
van nood probleemloos bereikbaar is.
■
Verwijder altijd de accu tijdens een werkon-
derbreking, voordat u werkzaamheden aan
het apparaat uitvoert en wanneer het appa-
raat niet in gebruik is.Het apparaat moet altijd
schoon, droog en vrij van olie of smeervet zijn.
■
Blijf altijd alert! Let altijd op wat u doet en
gebruik uw gezond verstand. Gebruik het
apparaat in geen geval wanneer u niet gecon-
centreerd bent of als u zich onwel voelt.
WAARSCHUWING!
Draag altijd een veiligheidsbril.
WAARSCHUWING!
Draag altijd een stofmasker.
PWSAP 20-Li D4
Vóór de ingebruikname
Accupack opladen (zie afb. A)
VOORZICHTIG!
►
Trek altijd de stekker uit het stopcontact voor-
dat u het accupack 4 uit de oplader haalt of
in de oplader plaatst.
OPMERKING
►
Laad het accupack nooit op als de omge-
vingstemperatuur lager is dan 10 °C of ho-
ger is dan 40 °C. Als een lithium-ion-accu
langere tijd moet worden opgeslagen, moet
de laadtoestand periodiek worden gecontro-
leerd. De optimale laadtoestand ligt tussen
50% en 80%. De accu moet worden opge-
slagen in een koele, droge omgeving met een
temperatuur tussen 0 °C en 50 °C.
♦
Steek het accupack 4 in de snellader r (zie
afb. A).
♦
Steek de stekker in het stopcontact.
De controle-LED t brandt rood.
♦
De groene controle-LED z geeft aan dat het
opladen is voltooid en dat het accupack 4
klaar is voor gebruik.
LET OP!
♦
Als de rode controle-LED t knippert, is het
accupack 4 oververhit en kan het niet wor-
den opgeladen.
♦
Als de rode en de groene controle-LED t z
tegelijkertijd knipperen, is het accupack 4
defect.
♦
Schakel de oplader tussen twee opeenvolgende
oplaadcycli minstens 15 minuten uit. Haal daar-
voor de stekker uit het stopcontact.
NL │ BE
│
71
■