Beschrijving van het apparaat
Buisvorming verwar-
mend element met
Inbouw
• De luchtverhitter mag alleen in afgemonteerde toestand worden gebruikt
• Uitsluitend daartoe geschoolde vaklieden mogen de luchtverhitter inbouwen
• De inbouw moet borgen dat
– rekening wordt gehouden met de plaatselijk geldende normen en richtsnoeren
– warmte (hete lucht) niet kan terugstromen
– het apparaat niet wordt aangestroomd door een straal hete lucht, afkomstig van een ander apparaat
– de heteluchtstroom nooit op mens of dier is gericht
– de heteluchtstroom nooit op ontvlambare materialen is gericht
• Stel de luchtverhitter niet bloot aan trillingen en heftige schokken
• Zie blz. 3, 4 en 5 voor de inbouwmaten in mm
Toevoer van lucht
• Gebruik geschikte blazers om lucht toe te voeren (let daarbij op de draairichting van de schoepenwielen van de blazers).
• Bescherm het verwarmingselement door de voorgeschreven minimale hoeveelheid lucht nimmer te onderschrij-
den. Laat eveneens nimmer de maximale temperatuur (heetste punt gemeten op 3 mm voor het buisvormige
verwarmende element) overschrijden (raadpleeg ook de technische specificaties). Onderbreek terstond het ver-
warmingsvermogen als de minimale hoeveelheid lucht wordt onderschreden.
• De luchtverhitter type DF mag alleen worden gebruikt met lucht tot max. 150°C/302°F (LE 10000 DF HT 22kW
100°C/212°F) zie
• Observeer de richting van de doorgezette luchtstroom.
• Gebruik roestvast stalen filters van Leister als de lucht veel stof bevat. Opschuifbaar op de flens van de blazer
Gebruik in geval van bijzonder kritische stoffen (bijvoorbeeld metaalstof, elektrische geleidend stof of vochtig stof)
speciale filters om kortsluiting in het apparaat te voorkomen.
Let op: Gebruik het apparaat uitsluitend als lucht wordt toegevoerd!
Aansluiten
• Een vakman moet de luchtverhitter aansluiten.
• In de aansluiting op het elektriciteitnet moet een geschikte voorziening zijn opgenomen om die aansluiting op alle polen van het
net te scheiden.
• Uitsluitend een gekwalificeerde vakman of een Leister-onderhoudsbedrijf mag de aansluitkabel op het
elektriciteit net vervangen.
• Het apparaat moet conform het aansluitschema op blz. 6 (het "Wiring Diagram") van de gebruikershandleiding
worden aangesloten.
• Bij een storing of als de luchtverhitter buiten de specificaties actief is, moet het verwarmend vermogen direct worden
onderbroken.
• Let erop dat de aansluitkabel op het elektriciteitnet zo wordt gelegd dat die beschermd is tegen mechanische belastingen.
• Borg dat de aansluitkabels niet in aanraking komen met het buisvormige verwarmende element en dat ze niet bloot
worden gesteld aan de straal hete lucht.
• Sluit pas daarna de luchtverhitter aan op het elektriciteitnet.
• Let erop dat de hete lucht vrij kan uitstromen omdat anders het apparaat schade kan oplopen door teruggestuwde
hete lucht (brandgevaar!).
• Let op: Handhaaf de minimale hoeveelheid lucht en de maximale temperatuur van de lucht zoals vermeld bij de
technische specificaties.
• Schakel de netspanning door.
• Voor de elektrische aansluiting mag alleen het geïnstalleerde speciale snoer worden gebruikt.
• Laat het apparaat na het verwarmen weer afkoelen.
34
uitblaasflens
technische gegevens.
Aangeschroefde kabel
Inblaasflens