•
Breng de trilplaat naar de gewenste plaats.
Controleer, indien de trilplaat met behulp van een hijswerktuig op de werkplek gezet moet worden, of het werktuig een WLL
(maximale hijslast) heeft die toereikend is voor het gewicht van de trilplaat (zie de sectie Technische gegevens of het
typeplaatje van de machine). Gebruik geschikte kettingen of stroppen en bevestig die UITSLUITEND aan het hijspunt op de
trilplaat.
•
Na voltooiing van de in de sectie 'Controles bij stilstaande motor' vermelde controles, kunt u de motor aanzetten.
Trilplaten uit de 'RPC'-serie van de Belle Groep zijn voorzien van een centrifugaalkoppeling; hierdoor kan de motor stationair
lopen zonder de tandwielschakelkast aan te drijven.
Wanneer het toerental van de motor wordt opgevoerd, zal de koppeling inschakelen en zal de motor de tandwielschakelkast
gaan aandrijven. Voor een juiste werking dient het motortoerental op het maximum gezet te worden.
•
Zet de gashendel op maximum, en bestuur en draai de trilplaat met behulp van de bedieningshendel.
Als de bediener met de trilplaat werkt met de bedieningshendel in de achteruitstand en hij de hendel om wat voor reden dan
ook loslaat, springt deze automatisch in de vooruitstand. Dit is een belangrijke veiligheidsvoorziening van de machine.
Bij normaal bedrijf hoeft u de trilplaat niet te duwen, maar kunt u deze in zijn eigen tempo laten lopen. De werksnelheid is
afhankelijk van de toestand van de te verdichten ondergrond. Bij het werken met de schakelplaat in de stand achteruit is
voorzichtigheid geboden. Controleer of er zich op de werkplek geen obstakels bevinden en of u niet kunt struikelen wanneer u
in de achteruitstand werkt.
Indien het te verdichten oppervlak op een helling ligt, moet u zeer voorzichtig te werk gaan wat betreft de looprichting van de
trilplaat. Bevestig zo nodig een geschikt stuk touw onder aan het chassis van de trilplaat, zodat een helper een deel van het
gewicht van de trilplaat kan overnemen. Ga uitsluitend recht een helling op en af, niet dwars eroverheen.
•
Voer de trilplaat in een vast patroon over de ondergrond totdat deze voldoende is verdicht.
Als er een aantal verschillende lagen boven elkaar moeten worden verdicht, verdicht dan elke laag afzonderlijk.
•
Zet de gashendel in de stand voor stationair toerental om de machine te laten stoppen met trillen. Zie voor het uitzetten van de
motor de desbetreffende procedure voor aan- en uitzetten.
Bedieningsvoorschriften
50