3.5 Elektrische aansluiting
Voor een veilig en feilloos gebruik van het apparaat moeten bij de elektrische aansluiting de
volgende aanwijzingen in acht genomen worden:
•
Controleer voor het aansluiten van het apparaat de aansluitingsgegevens (spanning en
frequentie) op het typeplaatje met de gegevens van uw stroomnet. Deze gegevens moeten
overeenkomen, zodat het apparaat niet beschadigd kan raken. In geval van twijfel vraagt u
een vakkundige elektricien.
•
Bij gebruik van een verlengsnoer mag voor aansluiting van het apparaat op het stroomnet
alleen een uitgerold verlengsnoer van maximaal 3 meter lengte en een doorsnede van 1,5
mm² gebruikt worden. Het gebruik van een stekker of stekkerdoos met meerdere aansluitin-
gen is vanwege het daarmee verbonden brandgevaar verboden.
•
Vergewis u er van dat de voedingskabel onbeschadigd is en niet onder de oven of over hete
of scherpte oppervlakten gelegd is.
•
Het stopcontact moet beschermd zijn met een zekering of automatische schakelaar van 16
ampère.
•
De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen dan gegarandeerd wanneer het is
aangesloten aan een reglementair geïnstalleerd systeem met aardkabels en veiligheidscha-
kelaars. Laat u in geval van twijfel de huisinstallatie controleren door een erkende elektricien.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schaden, die door een gebrekkige
of onderbroken aardingskabel veroorzaakt worden.
4 Opbouw en functie
In dit hoofdstuk vindt u belangrijke informatie over het ontwerp en de werking van de machine.
4.1 Overzicht
3
1
2
3
4
5
6
7
8
CASO E3
DE
EN
FR
IT
ES
NL
RUS
SE
PT
69