•
Vervang de zaagplaat als deze versleten is.
•
Sluit de machine van de stroomvoorziening af voordat u onderhoudswerkzaamheden
uitvoert of als u het zaagblad vervangt.
•
Voer nooit schoonmaak- of onderhoudswerkzaamheden uit als de machine nog in werking is
en de kop niet in de rustpositie staat.
•
Bevestig de machine altijd aan een werkbank indien mogelijk.
•
Als u een laser gebruikt om de snijdlijn aan te geven, zorg er dan voor dat de laser van klasse 2
is in overeenstemming met EN 60825-1:2007. Vervang de laserdiode niet voor een ander type.
Zorg dat de laser door een erkende reparateur wordt gerepareerd indien deze beschadigd is.
•
Gebruik de machine nooit in de verstekstand als de beschermkap niet is gemonteerd (
Afb. D).
•
Zaag nooit werkstukken korter dan 150 mm.
•
Zonder aanvullende ondersteuning is de machine bedoeld voor een maximaal
werkstukformaat van:
ʵ Hoogte 68 mm bij breedte 140 mm bij lengte 600 mm
ʵ Langere werkstukken moeten worden ondersteund door een geschikte aanvullende tafel,
bijv. DE3497. Klem het werkstuk altijd stevig vast.
•
Klem het werkstuk altijd stevig vast.
Aanvullende veiligheidsregels voor zaagbanken
•
Gebruik geen zaagbladen met een dikte die groter is of een tandbreedte die kleiner is dan de
dikte van het splijtmes.
•
Zorg ervoor dat het zaagblad in de juiste richting draait en dat de tanden naar de voorzijde
van de zaagbank wijzen.
•
Zorg ervoor dat alle klemhendels goed vast zitten voordat u een handeling begint.
•
Zorg ervoor dat alle zaagbladen en flenzen schoon zijn en de inspringende kanten van de
kraag tegen het zaagblad aanliggen. Maak de spanmoer stevig vast.
•
Houd het zaagblad scherp en juist ingesteld.
•
Zorg ervoor dat het splijtmes is aangepast op de juiste afstand van het zaagblad - maximaal
5 mm.
•
Bedien de zaag nooit zonder dat de bovenste en onderste beveiligingen op hun plaats zitten.
•
Houd uw handen uit de loop van het zaagblad.
•
Sluit de zaag af van de stroomvoorziening voordat u zaagbladen vervangt of
onderhoud uitvoert.
•
Gebruik te allen tijde een duwstok en zorg ervoor dat u uw handen niet dichter dan 150 mm
vanaf het zaagblad houdt terwijl u aan het zagen bent.
•
Probeer niet op een andere dan het opgegeven voltage te werken.
•
Breng geen smeermiddelen op het zaagblad aan als het in werking is.
•
Grijp niet achter het zaagblad.
•
Houd de duwstok altijd op zijn plaats als het apparaat niet in gebruik is.
•
Ga niet bovenop het apparaat staan.
•
Zorg er tijdens transport voor dat het bovendeel van het zaagblad bedekt is, bv. door
een bescherming.
•
Gebruik de bescherming niet om vast te pakken of voor transport.
•
Gebruik geen zaagbladen met een dikte die groter is of een tandbreedte die kleiner is dan de
dikte van het splijtmes.
•
Overweeg om speciaal ontworpen geluidsverminderende zaagbladen te gebruiken.
Aanvullende Veiligheidsregels voor Tafelzaagmachines
•
Sponningen, sleuven en groeven zagen is niet toegestaan.
•
Gebruik altijd de aanduwstok. Zaag nooit werkstukken kleiner dan 50 mm.
•
Zonder aanvullende ondersteuning is de machine bedoeld voor een maximaal
werkstukformaat van:
ʵ Hoogte 62 mm bij breedte 600 mm bij lengte 1.500 mm
ʵ Langere werkstukken moeten worden ondersteund door een geschikte aanvullende tafel,
bijv. DE3497 of DE3472.
WAARSCHUWING: Wij adviseren een aardlekschakelaar met een reststroomwaarde van
30mA of minder te gebruiken.
Overige risico's
De volgende risico's zijn inherent aan het gebruik van zagen:
•
letsel veroorzaakt door het aanraken van roterende delen
Ondanks het toepassen van de relevante veiligheidsvoorschriften en het toepassen van
veiligheidsapparaten, kunnen sommige overige risico's niet worden vermeden. Dit zijn:
•
Gehoorbeschadiging.
•
Het risico van ongelukken die worden veroorzaakt door de onbedekte delen van het
roterende zaagblad.
•
Het risico op letsel als u het zaagblad vervangt.
•
Het risico om uw vingers te beknellen als u de bescherming openmaakt.
•
Gezondheidsrisico's veroorzaakt door het inademen van stof dat ontstaat bij het zagen van
hout, in het bijzonder eiken, beuken en MDF.
De volgende factoren zijn van invloed op de geluidsproductie:
•
Het te zagen materiaal.
•
Het type zaagblad.
•
De aanvoerdruk.
De volgende factoren verhogen het risico van ademhalingsproblemen:
•
Geen stofafzuiging bevestigd wanneer u hout zaagt.
•
Onvoldoende stofafzuiging doordat uitlaatfilters niet zijn gereinigd
•
Versleten zaagblad.
•
Werkstuk wordt niet nauwkeurig geleid.
Elektrische veiligheid
De elektrische motor is slechts voor één voltage ontworpen. Controleer altijd of de
stroomvoorziening overeenkomt met de voltage op het typeplaatje.
Deze machine heeft een klasse I-constructie; daarom is een geaarde aansluiting vereist.
Als het stroomsnoer is beschadigd, moet het worden vervangen door een speciaal
50
,
geprepareerd snoer dat leverbaar is via de D
Een verlengsnoer gebruiken
Gebruik, als een verlengsnoer nodig is, een goedgekeurd 3-aderig verlengsnoer dat geschikt
is voor de stroomvoorziening van dit gereedschap (zie Technische gegevens). De minimale
geleidergrootte is 1,5 mm
2
; de maximale lengte is 30 m.
Als u een haspel gebruikt, dient u het snoer altijd volledig af te rollen.
Inhoud van de verpakking
De verpakking bevat:
1 Gedeeltelijk gemonteerde machine
4 Poten
1 Zaagblad
1 Box met daarin:
1 Bovenste bescherming voor zaagbankstand
1 Ondertafel bescherming voor de verstekzaagstand
1 Parallelgeleider
1 Duwstok
1 Materiaalklem
1 Plastic tas met daarin:
4 M8 vergrendelingknoppen
4 M8 x 50 bouten met bolcilinderkop
4 D8 platte sluitringen
1 Vergrendeling pakkingring
1 Gebruiksaanwijzing
•
Controleer of het gereedschap, de onderdelen of accessoires mogelijk zijn beschadigd tijdens
het transport.
•
Neem de tijd om deze handleiding grondig door te lezen en te begrijpen voordat u de
apparatuur gebruikt.
•
Verwijder de zaag voorzichtig uit het verpakkingsmateriaal.
Markering op het gereedschap
De volgende pictogrammen staan op het gereedschap vermeld:
Lees gebruiksaanwijzing voor gebruik.
Draag gehoorbescherming.
Draag oogbescherming.
Gebruik nooit de verstekzaag wanneer de beschermkap niet
is geplaatst.
Als u de machine in de verstekzaagmodus gebruikt, zorg er dan voor
dat u de trekschakelaar bedient als u aan en uit schakelt. Bedien de
schakelbox niet in deze modus.
Als u de machine in de zaagbankmodus gebruikt, zorg er dan voor
dat het splijtmes is gemonteerd. Gebruik de machine niet zonder
het splijtmes.
Gebruik het splijtmes niet als u de machine in de verstekzaagmodus
gebruikt. Zorg ervoor dat het splijtmes stevig is vastgemaakt in de
hoogste ruststanden (Afb. A2).
Draagpunt
Positie datumcode [Afb. (Fig. ) A1]
De datumcode
, die ook het jaar van fabricage bevat, is binnen in de behuizing geprint.
39
Voorbeeld:
nEDERLanDs
WALT servicedienst.
e
2018 XX XX
57