47-VARIO, 47-VARIO E
1
Veiligheidsschakelbeugel motorstop
2
Varioactivering
3
Aandrijfschakelbeugel (afhankelijk van het model)
4
Tankafsluiting
5
Motorafdekking
6
Snijhoogte-instelling
7
Luchtfilter
8
Bougie
9
Draaggreep
10 Uitlaatrooster
11 Afdekkingen van de riemaandrijving
12 Olievulopening met peilstok
13 Uitwerpklep
14 Snelspanner (afhankelijk van model)
15 Startkabelgreep
16 Startsleutel (afhankelijk van het model)
Alle modellen
8 VOORBEREIDENDE WERKZAAMHEDEN
Voor de montage van de maaier zitten de volgende onderdelen in de verpakking:
•
Maaier met voorgemonteerde duwboom
•
Vangdoek, vangzakframe
•
Gereedschapszak met de volgende inhoud:
–
Bedieningshandleiding met Conformiteitsverklaring
–
Garantiebepalingen (afhankelijk van het model)
–
Diverse montageonderdelen.
Als er onverwacht een deel ontbreekt, gelieve dan contact op te nemen met uw
specialist.
OPGELET
Vóór montage van de duwboom en van de startkabelhouder altijd de
bougiestekker uittrekken! Na montage, ten laatste vóór het starten van de motor
de bougiestekker weer erop drukken!
Duwboom omhoog zetten (Afbeelding A1 + B1 + V4 + E1 )
BELANGRIJK
Let erop, dat de bowdenkabels bij optillen van de duwboom niet geknikt worden
of bekneld raken!
BELANGRIJK Let erop, dat de kabel bij het uit elkaar- en dichtklappen van de
stuurbomen niet ingeklemd, bekneld, verdraaid of overstrekt kan worden! De
kabel altijd aan van de buitenkant van de boomverbinding leiden. Een
beschadigde kabel kan tot een technisch defect van de machine leiden.
De Z-vormig ingeklapte duwboom in onderstaande volgorde naar boven uit elkaar
trekken:
–
Eerst het onderstuk van de duwboom omhoog tillen A1 , dan de uiteinden van het
onderstuk zo ver uit elkaar duwen, dat de aan beide kanten naar binnen wijzende
arrêteringsnokken inklikken in de bijhorende boringen B1 .
Er kunnen drie verschillende hoogtes van de duwboom worden ingesteld.
–
De vleugelmoeren aan beide kanten met de hand stevig aandraaien B1 .
–
Het bovenste deel van de duwboom zover optillen tot het bovenstuk en onderstuk
op één niveau liggen.
47-VARIO, 47-VARIO E, 47-A ECONOMY
(Afbeelding V4 )
–
De snelspanner voor het bevestigen van het bovenstuk en onderstuk van de boom
wordt vooraf in de fabriek ingesteld.
1.
Snelspanner naar boven tegen de boom trekken.
2.
Schroeven handvast aandraaien.
3.
Snelspanner openen.
4.
Schroeven een kwart tot halve omwenteling vastdraaien.
5.
De snelspanner weer naar boven trekken en controleren of de bomen stevig
met elkaar verbonden zijn, anders nogmaals corrigeren.
–
De instelling noteren. Wanneer de spanning te zijner tijd verslapt moeten de
schroeven opnieuw worden aangedraaid.
47-ECONOMY
(Afbeelding E1 )
–
Als het bovenstuk en onderstuk op één niveau liggen, de vleugelmoeren met de
hand vast aandraaien.
–
De bowdenkabels in de kabelgeleiding leggen. Daardoor wordt verhinderd dat de
bowdenkabels bij het omklappen van de duwboom bekneld raken.
VOORZICHTIG
Bij de activering van de hoogteverstelling van de duwboom kan het gebeuren dat
de boom ongewild omslaat bij het losdraaien van de vleugelmoeren B1 voor de
bevestiging van het onderstuk aan de behuizing (maar zo ver losdraaien, dat de
boom vrij kan worden bewogen) en het losspringen van de vergrendelingsnokken
uit de boringen in de behuizing. Bovendien kunnen er tussen onderstuk van de
duwboom en behuizing plaatsen ontstaan waar u zich kunt kneuzen. Er bestaat
verwondingsgevaar!
Alle modellen
Montage van de startstang (Afbeelding L1 )
–
Startkabelhouder (1) uit de gereedschapszak nemen.
–
Moer zo ver eruit draaien, dat de beide helften over de duwboom kunnen worden
geschoven.
–
Op de bovenste duwboom zit een sticker (2) voor de positionering van de
startkabelhouder.
OPGELET
Om veiligheidsredenen mag de startkabelhouder alleen in de opgegeven
positie worden gemonteerd.
–
Schakelbeugel motorstop (3) op het bovenstuk van de duwboom (4) indrukken en
vasthouden, de startkabel (5) uittrekken en in de startkabelhouder leiden.
–
De beide helften samenvoegen (6), moer weer vastdraaien. Zo wordt verhinderd
dat de startkabel eruit springt.
De startkabelhouder moet zo gemonteerd/uitgericht worden, dat de startkabel vrij
loopt en niet tegen andere delen aanwrijft.
Opvangzak aan de maaier hangen (Afbeelding R1 + S1 )
–
Het vangzakframe met de beugel vooraan in de vangdoek zetten. De bovenste
naden van de vangdoek aan de beugel uitrichten.
–
De bevestigingsprofielen op het raam van het vangzakframe drukken R1 .
–
De uitwerpklep van de maaier naar boven openen.
–
De grasvangzak aan de draagbeugel optillen, de schans (1) R1 aan de
vangzakopening in de uitwerpopening zetten en de grasvangzak met zijn beide
zijdelingse haken boven aan de maaierbehuizing inhangen S1 .
–
De uitwerpklep op de grasvangzak klappen.
Instellen van de maaihoogte (Afbeelding I )
De door u gewenste maaihoogte wordt ingesteld met de hendel (1) op de linkerkant van
de maaimachine.
–
De hendel uit de inkeping trekken en na verschuiving naar de zijkant weer fixeren
in de gewenste positie.
–
De markering links op het huis geeft de maaihoogte aan.
BELANGRIJK
Het maaien op de laagste snijhoogte mag alleen gebeuren op vlakke en gladde
gazons!
Gelieve er rekening mee te houden dat de onderste snijhoogte-instellingen alleen
bij optimale omstandigheden gebruikt mogen worden. Als u de snijhoogte te laag
7
Veiligheidsinstructie!
Verklaring van de symbolen zie tabel pagina 3