Descargar Imprimir esta página

GYS ARCPULL 700 Manual De Usuario página 40

Publicidad

Idiomas disponibles

Idiomas disponibles

Gebruikershandleiding
De ontsteking : het opgelaste onderdeel (trekogen, bouten enz.) wordt in contact gebracht met het plaatwerk. Met
een druk op de trekker start u de lasprocedure : De generator stuurt stroom naar de bout, de as van het pistool wordt
lichtjes omhoog bewogen en een elektrische boog wordt gecreëerd.
Schuren : deze fase zou ook voorverwarmen kunnen worden genoemd. De generator reguleert stroom om een elek-
trische boog met een geringe intensiteit te genereren, de door de boog gecreëerde warmte zal:
- onreinheden op het plaatwerk (vetten, olie, elektrolytisch zink) verbranden.
- de twee onderdelen voorverwarmen, en dus de thermische schok van de lasboog beperken en de kwaliteit van het
laswerk verbeteren.
Tijdens deze fase zal noch het aan te brengen onderdeel, noch het plaatwerk in fusie treden. Deze fase kan ook niet
de zinklaag op gegalvaniseerd plaatwerk doen verdwijnen.
De boog : de generator verhoogt aanmerkelijk de stroom om een zeer energetische boog te creëren, die een smelt-
bad creëert op het plaatwerk en het uiteinde van het aan te brengen onderdeel in fusie brengt.
Het oplassen : het pistool brengt het aangebrachte element in in het smeltbad.
5. MODEL BOUT EN BESCHERMING SMELTBAD
De soorten aan te brengen elementen (vormen, afmetingen, materiaal) die op deze manier kunnen worden aangebracht
worden genoemd in de norm ISO 13918. Naast onderdelen van koolstofarm staal, roestvrij staal en verkoperd staal, kan
het apparaat tevens bepaalde aluminium onderdelen lassen.
5.1 STAAT OPPERVLAK VAN HET PLAATWERK EN SCHUREN
Het oplassen van elementen moet worden gerealiseerd op ontvet plaatwerk. Het is tevens noodza-
kelijk om het plaatwerk af te schuren indien dit een chemische behandeling ondergaan heeft (zin-
klaag voor gegalvaniseerd staal, roestwerende behandeling voor staal dat een thermische behande-
ling heeft ondergaan, aluminiumoxide voor aluminium)
Het oplassen van een element, en in het bijzonder aluminium elementen, moet worden gerealiseerd
op een vlakke ondergrond.
5.2 DIKTE VAN HET PLAATWERK MET BETREKKING TOT DE DIAMETER VAN DE BOUT
Met uitzondering van bepaalde specifieke toepassingen in de automobiel carrosserie (het aanbrengen van trekogen,
massa-onderdelen) mag de dikte van het plaatwerk niet minder zijn dan ¼ van de diameter van de basis van het aan
te brengen onderdeel (in geval van staal), en ½ van de diameter in geval van aluminium.
Te lassen onderdelen
(volgens ISO 13918)
Bout staal type DD M12
Bout staal type PD M6
Betonanker type SD Ø10
Bout AIMg type PS M8
40
Vertaling van de originele handleiding
Voorbeelden (onvolledige lijst)
Diameter basis
12 mm
5.35 mm
10 mm
9 mm
ARCPULL 700
Minimum dikte plaatwerk
3 mm
1.3 mm
2.5 mm
2 mm

Publicidad

loading

Este manual también es adecuado para:

062207068315