NL
5
Werking
5.1
Systeemwerking
5.1.1
Algemeen
Een systeem is een samenstelling van een hydraulische pomp, slang(en) en één of meerdere
gereedschappen.
Deze hydraulische pomp verplaatst hydrauliekolie en kan druk opbouwen.
De slang dient als transportmiddel van de hydrauliekolie tussen de pomp en het gereedschap.
In het enkelwerkende gereedschap bevindt zich een hydraulische cilinder met daarin een plunjer die
een axiale beweging kan maken. Als de cilinder aan de onderzijde wordt volgepompt, bouwt druk op
onder de plunjer, zodat deze naar buiten wordt gedrukt. De axiale beweging van de plunjer wordt
rechtstreeks gebruikt voor een ram of overgebracht op een spreid- of snijmechanisme. Bij overdracht
van de oliedruk op de pomp duwt een veer de plunjer terug in de cilinder en stroomt de olie terug naar
de pomp.
Voor model HCC 150 U: Aangezien dit model een dubbelwerkend gereedschap is, wordt de schaar
door middel van hydraulische druk ingetrokken. De pomp wordt ook gevoed door een dubbelwerkende
klep, de M323 met dodemansfunctie.
5.1.2
High-Flow-koppelingen
De High-Flow-koppeling is een opschroefkoppeling die bij een enkel slangensysteem wordt gebruikt.
Zet bij het aansluiten of het loskoppelen van een gereedschap en/of een slang eerst de drukontlastklep
op de pomp in de neutrale stand. Zet na het aansluiten van de slang(en) en het gereedschap de
drukontlastklep in de bedrijfsstand om het gereedschap te kunnen gebruiken.
Voor model HCC 150 U:
Sluit de aan de onderzijde van de cilinder geplaatste 'A'-koppeling aan op de 'A'-poort op de klep M323.
Sluit de in het midden van het gereedschap geplaatste 'I'-koppeling aan op de 'B'-poort op de klep
M323.
5.1.3
Koppelingen met enkele slang
De koppeling met enkele slang wordt bij enkele slangen gebruikt. Elk uiteinde van de slang heeft een
vrouwelijke en een mannelijke koppeling. Zet bij het aansluiten of het loskoppelen van een
gereedschap en/of een slang eerst de drukontlastklep op de pomp in de neutrale stand. Zet na het
aansluiten van de slang en het gereedschap de drukontlastklep in de bedrijfsstand om het gereedschap
te kunnen gebruiken.
5.2
De hydraulische slang(en) koppelen
5.2.1
Algemeen
WAARSCHUWING
Gebruik nooit beschadigde koppelingen.
Voorzichtig
Gebruik nooit tangen en dergelijke om de hydraulische koppelingen aan te sluiten.
14
916.219.133_003
HWC/HCC