Operationele controles
De instelling van de
temperaturen voor het
koelvak worden ingesteld
door de thermostaat
op de verlichting in het
koelgedeelte.
Plaats het in op een
middenpositie (3 - 4) om
de optimale temperatuur in te stellen voor
normaal gebruik. Hoe verder u de knop met
de wijzers van de klok mee draait (5 - 7),
hoe lager de temperatuur in de koelkast. Hoe
verder u de knop tegen de wijzers van de klok
in draait (1 - 2), hoe hoger de temperatuur in
de koelkast zal zijn. Gebruik een thermometer
om te controleren of de gewenste tempera-
tuur in de koelkast en de vriezer is bereikt. In
de O-positie is het apparaat uitgeschakeld.
VeggiBox
De Veggibox wordt voor de optimale opslag
van groenten en fruit gebruikt.
Binnenverlichting
Verwijder het klepje van de binnenverlich-
ting niet. Het apparaat is voorzien van een
hoogwaardige en duurzame LED-verlichting.
Mocht het licht toch uitvallen, neem dan
contact op met onze klantenservice.
Opslaan van levensmiddelen
• Bewaar voedingsmiddelen alleen verpakt of
bedekt in de koelkast om de smaak en de
versheid te behouden. Vooral voedingsmid-
delen die een sterke geur hebben of deze
geur gemakkelijk kunnen absorberen (kaas,
vis, boter enz.) moet gescheiden van elkaar
worden bewaard.
• Stel eerst een gemiddelde koeltemperatuur
in, een hogere temperatuur als de koeling
te sterk is, een lagere temperatuur als de
koeling te zwak is.
Als er zich rijp op de achterwand vormt,
kan dit komen doordat de deur te lang
open staat, er warme maaltijden in het
apparaat stonden of de temperatuur te
laag is ingesteld.
• Warme levensmiddelen moeten voordat
ze worden opgeslagen in het apparaat tot
kamertemperatuur worden afgekoeld.
• Let erop dat de deur goed gesloten is en
niet door te koelen waren wordt geblok-
keerd.
Reiniging en ontdooien (onderhoud)
Reinigen
• Trek voor het schoonmaken altijd de stek-
ker uit het stopcontact.
• Giet geen water in het apparaat.
• Voor regelmatig onderhoud is lauwwarm
water met toevoeging van een afwasmiddel
geschikt. Om een onaangename geur in de
koelkast ze voorkomen, moet de koelkast
ongeveer één keer per maand worden
gereinigd.
• Reinig de accessoires afzonderlijk in het
spoelwater, niet in de vaatwasser.
• Gebruik geen scherpe, schurende, alcoholi-
sche of agressieve reinigingsmiddelen.
• Na het reinigen met schoon water afvegen
en alles zorgvuldig afdrogen. Steek de
stekker vervolgens met droge handen weer
in het stopcontact.
• Om energie te sparen en efficiënt te blijven,
moet u de condensor (aan de achterkant)
en de compressor ten minste twee keer per
jaar met een bezem of stofzuiger reinigen.
• Het typeplaatje in het apparaat mag tijdens
het reinigen niet beschadigd of verwijderd
worden.
Ontdooien
Het koelvak moet niet ontdooid worden, maar
schoongemaakt.
De verdamper van het apparaat zit in de ach-
terwand, waardoor de achterwanden van het
koelvak met vorst bedekt kunnen zijn. Als de
compressor niet aan is, kan de vorst ontdooi-
en. Het ontstane water wordt door een afvoer
naar het putje bij de compressor gevoerd,
waar het door de ontstane warmte verdampt.
Vermijd het instellen van de thermostaat,
dat resulteert in het continue koelen zonder
ontdooifase.
Zorgt u ervoor dat de afvoergoot niet verstopt
raakt, zodat het ontstane water in het koelvak
altijd ongehinderd kan wegstromen.
- 43 -