Voor een goede werking van de kook-
plaat moet de pan een of meer van de op
de kookplaat aangegeven referentie-
punten bedekken en een geschikte mini-
male diameter hebben.
Gebruik altijd de kookzone die het beste
past bij de diameter van de bodem van
de pan.
Kookzone
Diameter van de bodem van de pan
Ø min. (aanbevo-
Gecombineerd links/
rechts
Enkele
Lege pannen/koekenpannen of pan-
nen met een dunne bodem
Gebruik geen lege pannen/koekenpan-
nen of pannen met een dunne bodem op
de kookplaat, omdat u dan de tempera-
tuur niet kunt regelen of de kookzone niet
automatisch kunt uitschakelen als de
temperatuur te hoog is, met het risico dat
u de pan of het oppervlak van de kook-
plaat beschadigt.
Als dit gebeurt, raak dan niets aan en
wacht tot alle onderdelen zijn afgekoeld.
Als een foutmelding verschijnt, raad-
pleeg dan het deel 'Oplossen van proble-
men'.
Nuttige aanwijzingen/ tips
Geluiden tijdens de werking
Bij inschakeling van een kookzone kan
een kort gezoem hoorbaar zijn. Dit is een
typisch verschijnsel van glaskeramische
kookzones en heeft geen invloed op de
werking of op de levensduur van het ap-
paraat. Het geluid kan afhankelijk zijn
van de gebruikte pan. Als er sprake is
van een sterke storing, kan het nuttig zijn
om de pan te vervangen.
Ø max (aanbevo-
len)
len)
190 mm
230 mm
110 mm
190 mm
55