5 | Montagehandleiding
NL
Afb. 6 Montage-afmetingen (boven-/onderaanzicht)
1
Plaats de buiteneenheid
2
Plaats de luchtverdeler
3
Vierkante uitsnede
F
Rijrichting
Afb. 7 Montage-afmetingen (zij-aanzicht)
Afb. 8 Montage-afmetingen (vooraanzicht)
5.5
Dakversterking
De uitsnede moet versterkt worden met een houten frame met
balken die ten minste 20 mm breed zijn. Mogelijk moet u eerst
echter het isolatiemateriaal verwijderen.
Het versterkingsframe is bedoeld om ervoor te zorgen dat het
dak niet breekt door de montagebouten en dat gekoelde lucht
niet in de plafondruimte komt.
Afb. 9 Dakversterking
1
Dak
2
Houten balken
114 / 155
Afb. 10 Uitsnede met houten versterking
1
Uitsnede
2
Isolatie in dak
3
Houten balken
5.6
Externe voeding
WAARSCHUWING
Gevaar op elektrocutie
Zorg ervoor dat er geen spanning staat op de elektrisch
bediende componenten voordat u eraan werkt. Zorg er-
voor dat de stroomtoevoer of de stroom geleverd door
inverters geïsoleerd is.
AANWIJZING
Alleen gekwalificeerde elektriciens (in Duitsland bijvoor-
beeld overeenkomstig VDE 0100, deel 721 of IEC
60364-7-721), mogen de elektrische verbinding van
230 V maken.
Het is de verantwoordelijkheid van de installateur om
ervoor te zorgen dat wordt voldaan aan de plaatselijke
regelgeving wanneer verbinding wordt gemaakt met
het hoofdnetwerk.
Afb. 11 Kabel elektrische externe voeding
1.
Zorg ervoor dat de externe voeding van 230 V is verbonden
met een aardlekschakelaar.
2.
Monteer een stroomonderbreker met een contactspeling
van ten minste 3,5 mm en een volledige poolisolatie om de
kabel van de externe voeding naar de airconditioning te be-
schermen en onderhoud en reparaties aan de eenheid mo-
gelijk te maken.
3.
Breng een kabel voor de externe voeding van 230 V aan in
de uitsnede.
4.
U kunt de voedingskabel ook door de dakisolatie leiden, zo-
als hierboven getoond.
5.
Boor een gat in de houten balk waar de voedingskabel
doorheen wordt geleid.
6.
Leid de kabel van de externe voeding door het gat in de
houten balk voor u de balk monteert.
7.
Bevestig de kabels en plaats ze zo dat er niet over gestrui-
keld kan worden en dat ze niet beschadigd kunnen raken.
8.
Gebruik kabelgoten om kabels door wanden met scherpe
randen te leiden.
9039408E_OI-II_Cool Top Trail 20-24