schakel het dan uit, laat het apparaat ontdooien
NL
en laat het deksel open om schimmelvorming in
het apparaat te voorkomen.
15 Verplaats het apparaat niet als het in werking is,
aangesloten is op het stopcontact of gevuld is met
flessen.
16 Leg de stroomkabel op een plaats waar niemand
erover kan struikelen of erin kan verstrikt raken.
17 Rol de stroomkabel volledig uit voor gebruik.
G E B R U I K H E T A P PA R A AT N I E T m e t e e n
o p g e ro l d e s t ro o m ka b e l , d i t ka n l e i d e n t ot
oververhitting. Voorkom elektrische schokken: buig
de stroomkabel niet door, en rek of trek deze niet
uit.
18 Zorg ervoor dat de nominale spanning die op het
typeplaatje wordt weergegeven, overeenkomt met
de spanning van de voeding.
19 Sluit de stroomkabel aan op een gemakkelijk
toegankelijk stopcontact om het apparaat in geval
van nood snel los te kunnen koppelen van het
elektriciteitsnet.
20 Trek NOOIT aan de kabel om de stekker uit het
stopcontact te halen of om het apparaat te
bewegen.
21 Om h et a p p a ra a t l o s te ko p p e l e n va n h et
stroomnetwerk ontkoppelt u de stroomkabel door
deze bij de stekker uit te trekken.
22 PAS OP: Open in geen enkel geval de behuizing
va n h e t a p p a ra a t . St e e k g e e n v i n g e r s o f
voorwerpen in de openingen van het apparaat en
blokkeer de ventilatieopeningen niet. Het apparaat
moet goed kunnen ventileren. Schakel de koelbox
niet in als deze in een gesloten ruimte staat,
zoals een kofferbak. De ventilatiesleuven moeten
vrij worden gehouden om een goede werking
van het apparaat te verzekeren en gevaarlijke
oververhitting te voorkomen. Dek het apparaat
niet af.
23 Bij gebruik in warme of vochtige omgevingen kan
er zich condensatie vormen in het apparaat. Veeg
dit droog met een geschikte doek.
16