elementen van dezelfde groep gelijktijdig aan maximum
NL
vermogen werken en/of wanneer de booster-functie
wordt ingesteld op het grotere element terwijl het
andere automatisch wordt aangepast. Het lawaai
vermindert wanneer het vermogen van het automatisch
aangepaste inductie-element wordt verlaagd; de
onderlagen van potten van uiteenlopend materiaal
vormen ook een oorzaak van dit lawaai.
• Lawaai v/d ventilator: een ventilator is noodzakelijk om
ervoor te zorgen dat de kookplaat correct werkt en om de
elektronische eenheid te beschermen tegen oververhitting.
De ventilator werkt aan het maximum vermogen als het
grote inductie-element aan het maximum vermogen
werkt of wanneer de booster-functie ingeschakeld is;
in alle andere gevallen werkt hij aan het gemiddelde
vermogen afhankelijk van de gedetecteerde temperatuur.
De ventilator kan bovendien blijven werken, zelfs nadat
de kookplaat wordt uitgeschakeld, als de gedetecteerde
temperatuur te hoog is.
De bovenvermelde soorten geluidsignalen zijn te wijten
aan inductietechnologie en vormen niet noodzakelijk
operationele defecten.
!
Als de (-) of (+) knop wordt ingedrukt gedurende een
lange periode bladert het scherm snel door de vermogen
niveaus en timer minuten.
Initiële lichtvoorwaarden
Wanneer het vermogen aanvankelijk wordt toegepast
op de kookplaat geleidt het aanraakpaneel een kalibre-
ringprocedure voor de aanraaktoetsen. Hiervoor is een
zacht omgevingslicht vereist in de zone van de aan-
raaktoetsen.
Als er tijdens deze kalibreringprocedure een sterke
omgevingsverlichting wordt gedetecteerd, geeft de ge-
bruikersinterface "FL" (infrarood omgevingslicht defect)
weer en de bediening kalibreringprocedure wordt opge-
schort. Om het proces te corrigeren, moet iedere ver-
lichting die de kalibreringprocedure kan beïnvloeden,
worden uitgeschakeld (bijv. halogeen fornuisverlichting).
De fout verdwijnt als er voldoende omgevingslicht wordt
gedetecteerd en de aanraakbediening kalibreringproce-
dure wordt nu correct afgewerkt.
-De "FL"-fout kan enkel worden gegenereerd binnen ca.
3s dat de initiële stroom wordt toegepast op het kook-
blad.
- We raden aan dat de gebruiker alle verlichting van het
fornuis en verlichting die naar het fornuis is gericht uit-
schakelt wanneer de stroom aanvankelijk wordt toege-
past op de kookplaat.
- Wanneer de aanraakbediening de initiële kalibrering-
procedure heeft uitgevoerd (ca. 3s) kan de dampkap of
andere verlichting normaal worden ingeschakeld. Dit zal
de werking van de aanraakbediening niet beïnvloeden.
46
De kookplaat inschakelen
Wanneer het vermogen aanvankelijk wordt toegepast
op de kookplaat geleidt het aanraakpaneel een kali-
breringprocedure voor de aanraaktoetsen. Hiervoor is
een zacht omgevingslicht vereist in de zone van de
aanraaktoetsen. Als er te veel omgevingsverlichting
wordt gedetecteerd, geeft de gebruikersinterface de
"FL"-fout weer en de kalibrering wordt opgeschort. De
fout verdwijnt als er voldoende omgevingslicht wordt
gedetecteerd en de aanraakbediening kalibreringpro-
cedure wordt nu correct afgewerkt
Nadat u de kookplaat hebt verbonden met het elek-
trisch netwerk kan het aanraakpaneel automatisch
worden vergrendeld. Om het paneel te ontgrendelen,
houd u de Bedieningspaneel vergrendelen knop
ingedrukt.
Om de kookplaat in te schakelen, houd u de
ongeveer een seconde ingedrukt.
De kookplaat wordt ingeschakeld wanneer een ge-
luidsignaal weerklinkt en de schermen van de kook-
zones geven „0"
Als de kookplaat uitgeschakeld is, schakelt het
bedieningspaneel uit na 5 sec., als er geen fout/alarm
of residuele verwarming aanwezig is op het scherm
(KEYLOCK LED)
, om energie te besparen
reduce power consumption. Zodra we een toets aanraken,
schakelt de (TOETSENVERGRENDELING LED)
en we kunnen als normaal te werk gaan.
Wanneer de kookplaat wordt uitgeschakeld, weerklinken
er 3 geluidsignalen.
Het Energiebeheer instellen
De kookplaat maximum stroomlimiet (7200W) kan wor-
den verlaagd door de gebruiker tot 2800W, 3500W of
6000W (ECO-stroomlimieten).
De volgorde om een nieuwe limiet in te stellen voor de
kookplaat is:
·Tijdens de eerste 30 seconden na het inschakelen van
het apparaat
·De toets moet ontgrendeld zijn en alle platen moeten
uitgeschakeld zijn
·Druk gelijktijdig op de linkse en rechtse branders [+] en
[-] toetsen.
· Aan het einde weerklinkt een geluidsignaal en "Po"
verschijnt in het timer display en de "reële kookplaat
stroomlimiet" verschijnt op het scherm van de kookzo-
nes links en rechts.
Een nieuwe energielimiet selecteren:
·Met de (+) en (-) knoppen kunt u de limiet verhogen. De
selecteerbare vermogen niveaus zijn: 2800W,
knop
.
in order to
.
in