Effect-gedeelte
1
3
1 Instellingen effectparameters
Past de beat FX-parameter aan.
2 RELEASE FX-instelling
Draaien:
Wisselt tussen de soorten release FX.
Druk op:
De release FX staat aan terwijl de bediening wordt ingedrukt.
! Als de release FX aan gaat, gaat de beat FX in dezelfde effect-unit
uit.
[SHIFT] + draaien:
Past de beat FX-tijdparameter aan.
Achterpaneel
1
1 MASTER OUT 1-aansluitingen
Hierop kunt u luidsprekers met eigen stroomvoorziening enz.
aansluiten.
2 MASTER OUT 2-aansluitingen
Voor aansluiten van een eindversterker e.d.
3 BOOTH OUT-aansluitingen
Uitgangsaansluingen voor een booth-monitor, geschikt voor symme-
trische of asymmetrische TRS-uitgangsaansluiting.
4 MIC2-aansluiting
Sluit hierop een microfoon aan.
5 CD aansluitingen
Sluit hierop een DJ-speler of ander apparaat met een gewone lijnuit-
gang aan.
6 PHONO/LINE ingangsaansluitingen
Sluit hier een apparaat op phononiveau (analoge speler (voor
MM-elementen), enz.) of een apparaat op lijnniveau (DJ-speler, enz.)
aan. Schakel de functie voor de aansluitingen in afhankelijk van het
aangesloten apparaat, met de [INPUT SELECT]-schakelaar op het
voorpaneel van deze unit.
7 SIGNAL GND aansluiting
Sluit hierop de aardingsdraad van een analoge platenspeler aan.
Dit vermindert storende geluiden bij aansluiten van een analoge
platenspeler.
8 MIC1-aansluiting
Sluit hierop een microfoon aan.
9 Kensington-beveiligingsgleuf
8
Nl
1
1
2
3
3
4 5
2
3
4
5
[SHIFT] + indrukken:
Past de beat FX-functie aan.
3 Toetsen effectparameters
Schakelt de beat FX in en uit of schakelt over naar een andere
parameter.
[SHIFT] + indrukken:
Wisselt tussen de soorten beat FX.
4 BEATc-knop
Verlaagt de beat-fractie voor het synchroniseren van het beat FX
effectgeluid elke keer dat de toets wordt ingedrukt.
[SHIFT] + indrukken:
Stelt de beat FX tempofunctie in op de BPM auto-functie. De BPM-
waarde van het muziekstuk wordt gebruikt als de basis voor het
tempo van het effect.
5 BEATd-knop
Verhoogt de beat-fractie voor het synchroniseren van het beat FX
effectgeluid elke keer dat de toets wordt ingedrukt.
[SHIFT] + indrukken:
Stelt de beat FX tempofunctie in op de BPM tik-functie. De BPM-
waarde die wordt gebruikt als basis voor beat FX wordt berekend aan
de hand van de snelheid waarmee er op de toets wordt getikt.
6
7
6
5
USB-aansluiting
a
Voor aansluiten van een computer.
b STANDBY/ON-schakelaar
Hiermee wordt dit toestel aan en uit gezet.
c DC IN-aansluiting
Verbind deze met een stopcontact met behulp van de meegeleverde
netstroomadapter (met bevestigde stroomstekker).
d Snoerhaak
Wind het stroomsnoer van de netstroomadapter en de USB-kabel
rond deze haak wanneer u het toestel gebruikt.
8
9
a
b
c
d