Kinderkraft Vado Manual De Uso página 83

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 41
• De overige 3 posities voor de groep II kunnen na verwijdering van de schouderband-kussens
en het verbergen het harnas (zie punt 6.1) worden gebruikt. De schouderband moet tussen
de schouder en de hals van het kind lopen. De hoofdsteun moet goed aan het hoofd van
het kind worden aangepast.
4.3 Verstelmechanisme van de rugleuning (afb. 4.3).
De helling van de autostoel kan met een hendel (H) in 3 posities worden versteld. Trek aan
het verstelhendel en verschuif vervolgens de zetel. Laat het hendel los op de positie die u wilt.
Beweeg de stoel totdat u een duidelijke klik hoort - de autostoel is in gewenste positie
vergrendeld.
Bij de groepen 0+ en I (tot 18kg) met een achterwaarts geïnstalleerde autostoel, dient de
meest hellende positie te worden gebruikt.
Bij de groep I (9kg-18kg) met een voorwaarts geïnstalleerde autostoel, is het toegestaan van
alle posities gebruik te maken.
Bij de groepen II (15kg -25kg) met een voorwaarts geïnstalleerde autostoel, dient de meest
rechtopstaande (staande) positie te worden gebruikt.
4.4 Ket kind met harnasgordel vastmaken
• Maak de harnasgordels volledig los door de knop (D) te drukken en de harnasgordels te
trekken. Let op! Trek niet aan de schouderkussens (afb. 4.4a). Maak de gesp open (afb.
4.4b).
• Leg de harnasgordels over de zijkant van de stoel (afb. 4.4c). Zet uw kind in de autostoel.
• Pas de hoofdsteun naargelang de grootte van uw kind (zie punt 4.4) (zie ook punt 4.2).
• Breng dan de twee klemmen van de harnasgesp samen en steek ze in de kruisgesp (G) tot
een klik hoorbaar is (afb. 4.4e).
4.5 Harnas aansluiten (afb. 4.5)
• Trek aan de schouderbanden om de losheid van het heupgedeelte te elimineren, zodat het
harnas plat ligt.
• Span het harnas met verstelband (D) totdat het harnas plat en dicht op het lichaam van het
kind ligt. Zorg ervoor dat de schouderbanden goed aan de schouders van het kind zijn
aangepast. De ideale aansluiting is verzekerd als er een tussenruimte van maximaal een
vinger (1 cm) breed boven de schouders en borst van het kind is.
LET OP De harnasgordels moeten zo laag mogelijk op de heupen van het kind worden
vastgemaakt. Zorg ervoor dat de harnasgordel niet is verdraaid.
5. Installatie in de auto
Bij plotseling remmen of een ongeval kunnen de niet vastgemaakte inzittenden letsels van
andere passagiers veroorzaken.
Controleer altijd dat:
• De rugleuningen van de zetels in de auto zijn geblokkeerd (d.w.z. de inklapbare rugleuning
van de achterste zetelvergrendeling is vergrendeld).
• Alle zware voorwerpen met scherpe randen worden vastgezet (bv. op de hoedenplank).
83

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido