Voor Het Gebruik; Installatie - DBI SALA 8527910 Instrucciones De Uso Específicas

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 12
GEBRUIK: Voor mensen berekende toegang op het 5-delige aanpasbare hijssysteem met variabele uitloop werd ontworpen voor
NL
NL
de bevestiging van een persoon om hem/haar in een werkruimte te laten zakken of op te hijsen. Het systeem werd ontworpen
en gefabriceerd om aan de vereisten van ANSI A 359.1-1992 en CE te voldoen. Deze instructies behandelen de geavanceerde
variabele uitloopmast (Model 18000, 18040) met een katroluitloopbereik van 30,5 cm (12 inches) tot 73,7 cm (29 inches).
De ondermasten en mastverlengingen zijn ontworpen om als hetzelfde component te functioneren. Er kunnen maximaal twee
componenten worden gecombineerd, maar deze mogen niet hoger dan 228,6 cm (90 inches) zijn. Combinaties van drie of
meer componenten moeten door DBI-SALA worden herzien en goedgekeurd. De geavanceerde variabele uitloopmast kan
worden uitgerust met aan de voorzijde gemonteerde en/of aan de achterzijde gemonteerde lieren (A) en zelfopwindende
bevestigingslijnen (Self Retracting Lifelines, SRLs). Afbeelding 1. De uitloopmast (B) heeft een standaardankerpunt (C1) met een
variabele capaciteit (afhankelijk van de uitlooppenpositie); en het extra 22,2 kN (5000 lb) capaciteitsankerpunt (C2) kan voor
valbeperkingsverankering worden gebruikt. Een kopgemonteerde u-beugel (Onderdeelnr. 15651) is beschikbaar voor bevestiging
op dit ankerpunt (C2). Afbeelding 2.

VOOR HET GEBRUIK:

• Alle ankerpunten of monterings-/installatielocaties voor permanente of draagbare systemen moeten door een bevoegd
persoon worden goedgekeurd.*
• Plan uw werkprogramma voordat u begint. Houd de vereiste mensen, apparatuur en beschikbare procedures klaar om het
werk uit te voeren.
• Werk altijd in teams. Eén persoon laat men zakken of ophijsen en de andere laat de lijn vieren en windt deze weer op.
• Draag de correcte beschermende uitrusting zoals: een veiligheidshelm, veiligheidsbril, beschermende schoenen met
antislipzolen, zware handschoenen, beschermende kleding en een gezichtsmasker.
• Lieren en zelfopwindende bevestigingslijnen (Self Retracting Lifelines, SRLs) mogen niet aan de voorkantpositie, op de
ondermasten of op de mastverlengingen worden gemonteerd. Montering aan de achterzijde is te allen tijde toegestaan.
• Alle lier- en zelfopwindende bevestigingslijnmonteringsonderdelen evenals hardware moeten door DBI-SALA worden
geleverd of goedgekeurd.
• Veranker voor het gebruik de lier op veilige en stevige wijze.
• Gebruik alleen een goedgekeurd lichaamsharnas voor de werkers.
• Gebruik alleen verlengbare bevestigingslijnen of schokdempers met een maximale valbeperkingskracht gelijk aan of lager
dan de laagst berekende component van uw systeem.
• Verlengbare apparaten of schokdempers moeten worden geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de aanwijzingen
van de fabrikant.
• Masten moeten worden gebruikt met basissen of moffen die voor het gebruik zijn goedgekeurd met de van toepassing
zijnde mastuitloop.
• De bovenmasten moeten met een ondermast van de juiste grootte worden gebruikt.
• Waar wettelijk vereist, moet iedere installatie volgens alle van toepassing zijnde normen worden goedgekeurd door een
bevoegd persoon.*
• Alle apparatuur moet onder toezicht van een competent persoon** volgens de aanwijzingen van de fabrikant worden
geïnstalleerd en bediend.
• Modulaire componenten zijn geëtiketteerd met de capaciteiten en het vermogen volgens welke zij werden ontworpen,
getest en gefabriceerd. Het vermogen van alle systemen wordt beschouwd als het vermogen van de laagst gespecifi ceerde
component in het systeem. Gebruik geen apparatuur als de vermogensstickers beschadigd of onleesbaar zijn. Nieuwe
stickers kunnen bij DBI-SALA worden besteld.
• Pas de mast aan door middel van de penposities (PP) zoals beschreven in Stap 10. Volg de maximale en minimale posities
voor de uitloop die van toepassing is op uw situatie. Let goed op de basis in het geval de basisvermogenscapaciteiten voor
verschillende instellingen (uitloop) van de variabele uitloopmast wijzigen (d.w.z. penpositie 4 moet basispositie 4 gebruiken).
• Als er bovengrondse obstructies zijn, past u de schroef op de hoekplaat (V) aan in de ingeklapte positie (geen blootgelegde
draden). Als er obstructies zijn aan de voorzijde van uw mast (d.w.z. een muur vlakbij een toegangspunt van de
werkruimte) past u de schroef op de hoekplaat (V) aan de volle lengte aan (maximale blootgelegde draden).
• Het systeem moet van de werklocatie worden verwijderd wanneer het niet langer nodig is.
*Bevoegd persoon:
Iemand met een erkende graad of professioneel diploma naast uitgebreide kennis en ervaring op het gebied
van het onderwerp, die capabel is wat betreft het ontwerp, de analyse, evaluatie en specialisatie van het betreffende werk,
project of product.
**Competent persoon: Iemand die over goede kennis beschikt van de aanbevelingen van de fabrikant, aanwijzingen en
gefabriceerde componenten, die capabel is om bestaande en voorspelbare gevaren te identifi ceren bij de correcte selectie,
het gebruik en onderhoud van valbescherming.

INSTALLATIE:

Stap 1. Om de hijsbasis te installeren, legt u alle onderdelen op de grond zoals in afbeelding 3.
Stap 2. Verwijder de pootpennen (D) en draai de pootbuizen (E) in de pootmoffen (F) van de transport/opslagpositie (G) naar
de bedieningspositie (H). Afbeelding 3
OPMERKING:
Pootassemblages moeten te allen tijde in de bedieningspositie (H) staan wanneer het hijssysteem wordt gebruikt.
Stap 3. Voeg de pootmoffen (F) in het middendeel van de basis (I). De breedte van de basis kan worden aangepast door
verschillende gaten (J) te selecteren in de pootmof om de installatiepen (K) te installeren. Afbeelding 3
OPMERKING:
De basis moet te allen tijde door het gat in positie worden gepind in zowel het middendeel als in de pootmof (K)
bij het gebruiken van het hijssysteem. Afbeelding 4
Stap 4. Draai de uit drie delen bestaande schroeven (L) vast nadat de gewenste breedte is verkregen om eventuele speling
in de basis tegen te gaan. Afbeelding 4
Stap 5. Zet de basis in positie boven de opening. Pas de basishoogte en het niveau aan d.m.v. de stelschroef (M) en de
niveau-indicator (N). Afbeelding 4
OPMERKING:
De basis moet te allen tijde horizontaal zijn wanneer het hijssysteem wordt gebruikt.
Stap 6. Om de hijsmastassemblage te installeren, plaatst u de ondermast (O) in de basismof (P). Afbeelding 5
Stap 7. Zorg ervoor dat de buishuls (Q) tegenover de voorkant van de mof (P) staat en dat de ondermast (O) vrij door
het hele draaibereik kan draaien. Afbeelding 5
16

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido