Gebruik de koelunit als u een watergekoelde lastoorts
gebruikt.
Gebruik de wagen Art.1432 voor de plaatsing en het
transport van het lasapparaat met koelunit.
Vul het reservoir met koelvloeistof. Sluit de stekker van de
netwerkkabel aan op het contact AE van het lasapparaat
en sluit de 3-polige mannelijke zwevende connector aan
op de connector AF.
16.3 BESCHRIJVING VAN DE KOELUNIT VOOR ART.
557 (AFB. 3)
AG - OPENING: Opening voor de controle van het
koelvloeistofpeil
AH - KRAANTJES MET SNELKOPPELING: Deze
kraantjes moeten op de koelvloeistofleidingen van de
lastoorts worden aangesloten. N.B.: ze mogen niet
worden kortgesloten.
AI - DOP.
17 BEDIENINGEN OP AFSTAND
Voor het instellen van de lasstroom kunnen de volgende
bedieningen op afstand op dit lasapparaat worden
aangesloten:
Art.1260 TIG-lastoorts met één knop (luchtgekoeld).
Art.1256 TIG-lastoorts met één knop (watergekoeld).
Art.1262 TIG UP/DOWN-lastoorts (luchtgekoeld)
Art.1258 TIG UP/DOWN-lastoorts (watergekoeld)
Art. 193 Voetpedaal (gebruikt bij TIG-lassen)
Art. 1192+Art. 187 (gebruikt bij MMA-lassen)
Art. 1180 Verbinding voor de tijdelijke aansluiting van de
lastoorts en het voetpedaal. Met dit accessoire kan het
art. 193 in iedere TIG-lasmethode worden gebruikt.
Bedieningen met een potentiometer regelen de lasstroom
van een minimum- tot een maximumwaarde die op de
generator is ingesteld.
Bedieningen met UP/DOWN-logica regelen de lasstroom
van een minimum- tot een maximumwaarde.
18 STORINGSCODES
Beschrijving
Err.
IGBT-stuurspanning laag
Err.
14-1
Ex
Err. 01
IGBT-stuurspanning hoog Schakel het la-
Err.
14-2
Ex
Err. 02
Kwaliteitscontrole (lage
Err.
spanning tijdens lassen)
84-1
Ex
Err. 06
Kwaliteitscontrole (hoge
Err.
spanning tijdens lassen)
84-2
Ex
Err. 07
Start gesloten bij de
Err.53
inschakeling van de
machine of het herstellen
van een storing
Voeding buiten
Err.67
gespecificeerde waarden
of geen fase (tijdens de
ontsteking)
Thermische beveiliging
Err.74
geactiveerd
Lage H2O-druk
Err.75
Oplossing
Schakel het la-
sapparaat uit en
controleer
de
v o e d i n g s s p a n -
ning. Neem con-
tact op met het
servicecentrum
als het probleem
aanhoudt.
sapparaat uit en
controleer
de
v o e d i n g s s p a n -
ning. Neem con-
tact op met het
servicecentrum
als het probleem
.
aanhoudt
Controleer
de
ingestelde
acti-
veringsspanning
door MENU te se-
.
lecteren
Controleer de
ingestelde
tiveringsspanning
door MENU te
selecteren.
Laat de startknop
los
Controleer
de
v o e d i n g s s p a n -
ning. Neem con-
tact op met het
servicecentrum
als het probleem
aanhoudt.
Laat de generator
afkoelen
Controleer
het
vloeistofpeil
in
het reservoir en
de aansluiting en
werking van de
koelunit.
155