Problemen En Oplossingen - DeLonghi DOLCE VITA ELETTRICO Manual De Instrucciones Para El Uso

OPGELET: De indicator geeft alleen een kwalitatieve in-
dicatie van het energieverbruik, dus geen absolute meting
aan.
4.5 INDICATOR VAN HET MOMENTANE
VERMOGEN
bruik van het vermogen van het apparaat (elke sector stelt
20% van het vermogen voor)
BELANGRIJK: Bij stroomuitval blijven alle huidige instel-
lingen behouden, maar de instelling van datum en tijd raakt
verloren.
Als de stroomuitval in de "Chrono"-modus optreedt, wordt
het apparaat bij herstelling van de stroom in de "Energy
Saving"-modus ingeschakeld.
BELANGRIJK: Bij stroomuitval terwijl de functie "Gefor-
ceerde Werking (2 uur)" actief is, gaat bij het herstellen van
NL
de stroomtoevoer de instelling van de datum en de tijd ver-
NL
loren en verlaat het apparaat de functie en stelt zich in de
eerder gekozen werkingsmodus.
BELANGRIJK: Bij stroomuitval terwijl de functie "Va-
kantie" actief is, blijft de functie bij het herstellen van de
stroomtoevoer actief en hervat de aftelling van de ontbre-
kende dagen tot het moment van onderbreking.
BELANGRIJK: Bij stroomuitval terwijl de functie "ASC" ac-
tief is, is deze functie bij het herstellen van de stroomtoe-
voer actief en heeft enkele dagen nodig om weer volledig
operatief te worden.

7. PROBLEMEN EN OPLOSSINGEN

Het apparaat wordt niet warm.
Het apparaat verwarmt
continu.
Controleer of er stroom is en het apparaat op de juiste manier is aangesloten.
Controleer de stand van de hoofdschakelaar.
Verhoog de temperatuur ingesteld op de temperatuurregelaar van het apparaat.
Controleer of er geen kledingstukken het bedieningsapparaat of de temperatuursensor
afdekken.
Schakel het apparaat elektrisch een paar minuten uit om de elektronica te resetten.
neel.
Verlaag de temperatuur ingesteld op de temperatuurregelaar van het apparaat.
Controleer of de functie "Geforceerde werking (2u)" niet per ongeluk geactiveerd is.
Controleer of er geen kledingstukken het bedieningsapparaat of de temperatuursensor
afdekken.
> PROBLEMEN EN OPLOSSINGEN vervolg op de volgende pagina
5. REINIGING
Voordat reinigingswerkzaamheden worden ver-
richt, moet gecontroleerd worden of het apparaat
uitgeschakeld, koud en elektrisch losgekoppeld is.
Voor het reinigen is een zachte, vochtige doek met
een mild schoonmaakmiddel voldoende. Gebruik
- geen schurende of bijtende reinigingsmiddelen of
oplosmiddelen.
moet ten minste tweemaal per jaar stof van en uit
het apparaat verwijderd worden met behulp van
een stofzuiger.
6. ONDERHOUD
Wendt u zich in geval van technische problemen tot
door de verkoper of de fabrikant) of neem contact
op met uw verkoper.
Alle werkzaamheden aan het apparaat mogen uitslui-
dat, voordat onderhoudswerkzaamheden worden ver-
richt, ervoor moet zorgen dat het product uitgeschakeld,
koud en losgekoppeld van het elektriciteitsnet is.
Het apparaat is met een precieze hoeveelheid speci-
ale vloeistof gevuld. Elke reparatie die opening van
soneel verricht worden.
Neem in geval van een lek contact op met uw verko-
82
-
-