KENNISGEVING:
Druk de trekschakelaar niet
hard in zonder dat de uit-vergrendelknop is inge-
drukt. Hierdoor kan de schakelaar kapot gaan.
Een uit-vergrendelknop is aanwezig om te voorkomen dat
de trekkerschakelaar per ongeluk wordt ingedrukt. Om
het gereedschap te starten, drukt u de uit-vergrendelknop
in en drukt u vervolgens de trekkerschakelaar in. Laat de
trekkerschakelaar los om het gereedschap te stoppen.
De uit-vergrendelknop kan vanaf de linkerkant of de
rechterkant worden ingedrukt.
In de trekkerschakelaar is een gat aangebracht waar
een hangslot door past om het gereedschap af te
sluiten.
► Fig.28: 1. Uit-vergrendelknop 2. Trekkerschakelaar
3. Gat voor hangslot
MONTAGE
WAARSCHUWING:
gereedschap is uitgeschakeld en de accu ervan
is verwijderd voordat u aan het gereedschap gaat
werken. Als u het gereedschap niet uitschakelt en de
accu niet verwijdert, kan dat leiden tot ernstig per-
soonlijk letsel.
Opbergplaats van inbussleutel
De inbussleutel wordt bewaard op de plaats aangege-
ven in de afbeelding. Als u de inbussleutel nodig hebt,
trekt u deze uit de sleutelhouder.
Na gebruik van de inbussleutel, plaatst u deze terug in
de sleutelhouder.
► Fig.29: 1. Sleutelhouder 2. Inbussleutel
Het zaagblad aanbrengen en
verwijderen
WAARSCHUWING:
het gereedschap is uitgeschakeld en de accu is
verwijderd, voordat u het zaagblad aanbrengt of
verwijdert. Als het gereedschap per ongeluk start,
kan dat leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
LET OP:
Gebruik voor het aanbrengen of ver-
wijderen van het zaagblad uitsluitend de bijgele-
verde Makita-inbussleutel. Doet u dit niet, dan kan
de inbusbout te vast of te los worden aangedraaid. Dit
kan leiden tot persoonlijk letsel.
Om het zaagblad te verwijderen, voert u de volgende
stappen uit:
1.
Druk de aanslagpen in om het handvat in de
bovenste positie te vergrendelen.
► Fig.30: 1. Aanslagpen
2.
Gebruik de inbussleutel om de inbusbout, die de
middenkap op haar plaats houdt, linksom los te draaien.
Breng daarna de beschermkap en de middenkap
omhoog.
► Fig.31: 1. Middenkap 2. Inbusbout 3. Inbussleutel
4. Beschermkap
Controleer altijd of het
Zorg er altijd voor dat
3.
Druk de asblokkering in om de as te vergrendelen
en draai met de inbussleutel de inbusbout rechtsom
los. Verwijder vervolgens de inbusbout van de as, de
buitenflens en het zaagblad.
► Fig.32: 1. Asblokkering 2. Inbusbout 3. Buitenflens
Als de binnenflens verwijderd is, brengt u deze aan
4.
op de as met het zaagblad-bevestigingsdeel naar het
zaagblad gericht. Als de binnenflens verkeerd wordt aan-
gebracht, zal de flens tegen het gereedschap aanlopen.
► Fig.33: 1. Buitenflens 2. Zaagblad 3. Binnenflens
4. Inbusbout (linkse schroefdraad) 5. As
6. Zaagblad-bevestigingsdeel
Om het zaagblad aan te brengen, voert u de volgende
stappen uit:
Breng het zaagblad zorgvuldig aan op de binnenflens.
1.
Zorg ervoor dat de richting van de pijl op het zaagblad over-
eenkomt met de richting van de pijl op de zaagbladkast.
► Fig.34: 1. Zaagblad 2. Pijl
Monteer de buitenflens en de inbusbout, en
2.
draai daarna met de inbussleutel de inbusbout (linkse
schroefdraad) van de as stevig linksom vast terwijl u de
asblokkering ingedrukt houdt.
3.
Breng de beschermkap en de middenkap terug naar
hun oorspronkelijke positie. Draai daarna de inbusbout
rechtsom vast om de middenkap vast te zetten.
Trek de aanslagpen naar buiten om de bovenste
4.
positie van het handvat te ontgrendelen. Breng het
handvat omlaag om te controleren of de beschermkap
goed beweegt.
5.
Controleer voordat u begint te zagen of de asver-
grendeling de as niet langer vergrendelt.
Voor gereedschap met een
binnenflens voor een zaagblad met
een middengatdiameter van 15,88 mm
Afhankelijk van het land
Breng de binnenflens op de montageas aan met zijn
verzonken zijde naar buiten gericht, en breng daarna
het zaagblad (zo nodig met de ring bevestigd), de bui-
tenflens en de inbusbout aan.
Voor gereedschap zonder de ring
► Fig.35: 1. Buitenflens 2. Zaagblad 3. Binnenflens
4. Inbusbout (linkse schroefdraad) 5. As
Voor gereedschap met de ring
► Fig.36: 1. Buitenflens 2. Zaagblad 3. Binnenflens
4. Inbusbout (linkse schroefdraad) 5. Ring
6. As
WAARSCHUWING:
het zaagblad op de montageas aan te kunnen
brengen, zorgt u er altijd voor dat de correcte ring
voor het middengat van het te gebruiken zaagblad
wordt aangebracht tussen de binnenflens en de
buitenflens. Als de verkeerde middengatring wordt
gebruikt, wordt het zaagblad mogelijk niet goed aan-
gebracht, waardoor het zaagblad kan bewegen en
sterke trillingen worden veroorzaakt met als gevolg
dat u tijdens het gebruik de controle over het gereed-
schap kunt verliezen en ernstig persoonlijk letsel
wordt veroorzaakt.
84 NEDERLANDS
Als de ring nodig is om