Publicidad
INSTRUCTIONS D'UTILISATION ET AVERTISSEMENT PORTE VELOS ARRIERE
FR
A SANGLE ET SUR BOULE D'ATTELAGE
GENERALITES
1) La notice d'avertissement et les instructions de montage sont à lire impérativement et doivent être respectées dans les moindres
détails avant d'utiliser le porte vélos et à conserver pour les utilisations futures, pour une utilisation en toute sécurité.
2) Le porte vélos que vous venez d'acheter est destiné au seul transport de vélos.
3) Charge maximale et nombres de vélos admis par les porte vélos : 30 KG pour un porte vélos 2 vélos et 45 KG pour un porte vélos 3
vélos ou la charge et le nombre de vélos spécifiés sur la notice.
4) Le porte vélos n'est pas prévu pour le transport de tandems.
5) La compatibilité du porte vélos n'est pas garantie avec des vélos enfants.
6) La garantie ne couvre pas le non-respect des instructions de montage et d'avertissement, et cela peut occasionner des dégâts
importants à votre véhicule et mettre en cause votre sécurité et celle d'autrui.
SECURITE ROUTIERE ET CONDUITE
1) Quel que soit le pays ou vous circulez avec votre porte vélos, veuillez respecter les législations et réglementations du pays dans le
quel vous vous trouvez.
2) La plaque d'immatriculation et les feux de signalisations doivent être impérativement visibles. Veillez à ce que le porte vélos et les
vélos ne les cachent pas, et si nécessaire rajouter une réplique de la plaque d'immatriculation et des feux de signalisations (en option)
à l'arrière de votre porte vélos et s'assurer du bon fonctionnement de cette dernière.
3) Ne jamais circuler hors du réseau routier non goudronné, et la conduite en tout-terrain n'est pas autorisée.
4) Le porte vélos augmente la longueur du véhicule et les vélos peuvent modifier la largeur et la hauteur véhicule. Attention en cas de
passage étroit et délicat ou en cas de marche arrière. Les charges débordant le dispositif de portage doivent remplir les prescriptions
de la réglementation en vigueur et être convenablement arrimées.
5) Votre conduite doit tenir compte de la prise au vent du porte vélos et des vélos, car le comportement du véhicule peut s'en trouver
modifié dans les virages et lors des freinages.
6) Adaptez votre vitesse en fonction de la charge transportée et pour plus de sécurité ne dépassez jamais la vitesse maximale pré-
conisée de 90 km/h.
7) Ralentir fortement (franchissement à 10 km/h) lors du passage sur des ralentisseurs ou autres obstacles. Ayez une conduite souple
et anticipée.
8) Retirer le porte vélos après utilisation.
UTILISATION SURE ET ADEQUATE
1) Avant le montage du porte vélos, s'assurer de la compatibilité du montage avec votre véhicule.
2) Chaque vélo ayant une géométrie particulière, il vous appartient de vérifier la compatibilité de vos vélos avec le porte vélos. Pour
les vélos ayant un cadre sans traverse supérieure, une barre additionnelle (en option) peut être ajoutée sur le vélo afin de pouvoir le
poser sur le porte-vélos.
3) La charge doit être uniformément répartie sur toute la surface du dispositif de portage et son centre de gravité maintenu aussi
bas que possible.
4) Certains de nos modèles de porte vélos sont équipés d'un système de basculement permettant l'accès au coffre sur la majorité des
véhicules. La conception de certains véhicules ou du type d'attelage monté, ne permet pas l'utilisation de cette fonction.
5) Consultez le manuel d'utilisation de votre véhicule sur les charges maximum autorisées par le constructeur de votre véhicule.
Et dans le cadre des porte-vélos fixés sur l'attelage de votre véhicule, consultez la valeur de la charge « S » inscrite sur la plaque
GEBRUIKSHANDLEIDING EN WAARSCHUWINGSNOTA VOOR FIETSENREK
NL
MET RIEMEN EN FIETSENREK OP TREKHAAK
ALGEMEEN
1) De waarschuwingsnota en de montagehandleiding moeten verplicht worden gelezen en tot in de kleinste details nage-
leefd alvorens het fietsenrek in gebruik te nemen. Bewaar deze documenten voor latere raadpleging zodat u het fietsenrek
in alle veiligheid kunt blijven gebruiken.
2) Het fietsenrek dat u heeft aangekocht is uitsluitend bestemd voor het vervoer van fietsen.
3) Maximale belasting en maximaal aantal fietsen: 30 kg voor een fietsenrek voor 2 fietsen en 45 kg voor een fietsenrek voor
3 fietsen, of volgens de gegevens vermeld in de waarschuwingsnota.
4) Het fietsenrek is niet voorzien voor het vervoer van tandemfietsen.
5) De compatibiliteit van het fietsenrek met kinderfietsen is niet gewaarborgd.
6) De garantie vervalt indien de montage-instructies en de waarschuwingsnota niet stipt werden nageleefd; dit kan belan-
grijke schade aan uw voertuig veroorzaken en uw veiligheid en deze van anderen in gevaar brengen.
VERKEERSVEILIGHEID EN RIJGEDRAG
1) In welk land u ook rijdt met u uw fietsenrek, respecteer steeds de wetten en reglementen van het land waarin u zich
bevindt.
2) De nummerplaat en de lichten op het voertuig moeten verplicht zichtbaar blijven. Zorg ervoor dat het fietsenrek en de
fietsen deze niet afdekken en monteer indien nodig een duplicaat van de nummerplaat en van de stoplichten en richtin-
gaanwijzers van het voertuig (optioneel) achteraan uw fietsenrek er vergewis u ervan dat deze correct werken.
3) Rijd nooit buiten het verharde wegennet; off-road rijden is niet toegestaan.
4) Door het fietsenrek wordt uw voertuig langer en eventueel ook breder en hoger. Houd hiermee rekening bij nauwe en
moeilijke doorgangen of bij het achteruitrijden.
Lasten die over de draaginrichting uithangen moeten voldoen aan de geldende reglementaire voorschriften en moeten
goed vastgesnoerd zijn.
5) Houd tijdens het rijden rekening met de wind die het fietsenrek en de fietsen vangen; uw voertuig kan zich hierdoor
immers anders gedragen in bochten of bij remmanoeuvres.
6) Pas uw snelheid aan in functie van de vervoerde last en overschrijd, voor een maximale veiligheid, nooit de voorgeschre-
ven maximumsnelheid van 90 km/u.
7) Vertraag fors (doorgangssnelheid van 10 km/u) wanneer u over verkeersdrempels of andere obstakels rijdt. Neem een
soepele en defensieve rijstijl aan.
8) Verwijder het product na gebruik.
VEILIG EN CORRECT GEBRUIK
1) Vóór de montage van het fietsenrek dient u te controleren of het fietsenrek geschikt is voor montage op uw voertuig.
2) Gezien elke fiets een eigen vorm heeft, dient u na te gaan of uw fietsen op het fietsenrek kunnen worden gemonteerd.
Voor fietsen zonder bovenstang kan een bijkomende stang (optie) op de fiets worden gemonteerd zodat deze op het fietsen-
rek past.
3) De last moet gelijkmatig worden verdeeld over het hele oppervlak van de draaginrichting en het zwaartepunt moet zo
laag mogelijk worden gehouden.
4) Sommige van onze modellen zijn uitgerust met een kantelsysteem waarmee op de meeste voertuigen de kofferruimte
bereikbaar wordt. Bij bepaalde voertuigen of bij voertuigen met aangekoppelde aanhangwagen is het gebruik van deze
functie niet mogelijk.
5) Controleer in de gebruikershandleiding van uw voertuig welke de door de constructeur maximaal toegelaten belastingen
zijn. Voor fietsenrekken die op de aanhangwagen van uw voertuig zijn gemonteerd, dient u de waarde van de belasting "S" te
INSTRUKCJA OBSŁUGI I INFORMACJA DOTYCZĄCA UCHWYTU ROWEROWEGO
PL
MONTOWANEGO NA TYLNEJ KLAPIE LUB NA HAKU HOLOWNICZYM
INFORMACJE OGÓLNE
1) Należy obowiązkowo zapoznać sie z informacją i instrukcjami montażu przed użytkowaniem uchwytu rowerowego.
Należy zachować je na przyszłość po to, aby użytkowanie było bezpieczne.
2) Uchwyt rowerowy, który został zakupiony, przeznaczony jest wyłącznie do przewozu rowerów.
3) Ciężar maksymalny i liczba rowerów dozwolone na uchwycie rowerowym: 30 kg na jeden uchwyt rowerowy z 2 rowe-
rami i 45 kg na jeden uchwyt z 3 rowerami lub też ciężar i liczba rowerów wyszczególnione w informacji.
4) Uchwyt rowerowy nie jest przewidziany do przewozu tandemów.
5) Gwarancja nie obejmuje przewożenia rowerów dziecięcych.
6) Gwarancja nie obowiązuje w przypadku nie respektowania instrukcji montażu i informacji. Nie zapoznanie się z ins-
trukcjami i informacjami może spowodować znaczne uszkodzenia
pojazdu własnego i zagrozić bezpieczeństwu innych pojazdów.
BEZPIECZEŃSTWO DROGOWE I SPOSÓB PROWADZENIA POJAZDU
1) Poruszając się samochodem z uchwytem rowerowym, należy stosować sie do przepisów kraju, w którym się zna-
jdujemy.
2) Tablica rejestracyjna i światła sygnalizacyjne powinny być widoczne. Należy dbać, o to, aby uchwyt rowerowy ich
nie zasłaniał, a jeśli okaże sie to konieczne, należy dodać jeszcze jedną tablicę rejestracyjną i światła sygnalizacyjne
za uchwytem rowerowym oraz upewnić się co do ich prawidłowego działania (nr katalogowy : 393 069 lub 393 070 «
tablica 7 lub 13 pinów »)
3) Nie należy poruszać się po drogach pozbawionych utwardzonej nawierzchni oraz po bezdrożach.
4) Uchwyt rowerowy zwiększa długość pojazdu a rowery mogą zmienić jego szerokość i wysokość. Należy uważać przy
wąskich przejazdach oraz przy cofaniu.
Ładunek wykraczający rozmiarami poza obrys samochodu powinien być oznaczony zgodnie z obowiązującymi przepi-
sami i być odpowiednio przymocowany.
5) Prowadząc pojazd, należy brać pod uwagę kierunek wiatru, ponieważ zachowanie się pojazdu może podlegać
wpływom wiatru, w szczególności na zakrętach i przy hamowaniu.
6) Należy przystosować prędkość pojazdu do przewożonego ładunku. Dla większego bezpieczeństwa nie należy
przekraczać maksymalnej zalecanej prędkości 90 km/godz.
7) Należy zwolnić (do 10 km/godz.) podczas przejazdu przez przeszkody zwalniające lub przez inne nierówności.
Należy prowadzić pojazd uważnie, z odpowiednią wyobraźnią sytuacyjną.
8) Aby zmniejszyć zużycie paliwa, radzimy zdjąć uchwyt rowerowy po jego użyciu.
ODPOWIEDNIE I BEZPIECZNE UŻYTKOWANIE
1) Przed zamontowaniem uchwytu rowerowego, należy upewnić się, co do zgodności montażu z pojazdem.
2) Każdy rower posiada swoją szczególną geometrię, należy więc sprawdzać, czy uchwyt odpowiada rowerom. W
przypadku rowerów damskich, należy zastosować dodatkowy pręt
(w opcji) przed ustawieniem na bagażniku (adapter do damki).
3) Ładunek musi być równomiernie rozłożony na całej powierzchni ładunkowej a jego środek ciężkości powinien być
jak najniżej.
4) Niektóre z modeli uchwytów posiadają system odchylania pozwalający na dostęp do bagażnika samochodowego.
Budowa niektórych pojazdów nie pozwala na wykorzystanie tej funkcji.
5) Należy sprawdzić w instrukcji obsługi pojazdu, dozwolony przez konstruktora pułap obciążeń. W przypadku zamon-
p. 14
signalétique de votre attelage. Si la charge indiqué dans le manuel de votre véhicule ou sur la plaque signalétique de votre attelage
sont inférieures au poids maxi du porte vélos, c'est cette valeur qui doit être respectée en diminuant par exemple le nombre de vélos
transportés.
Le poids maxi du porte vélos = le poids à vide + poids des vélos.
6) Nos porte vélos sur attelage ne sont garantie que pour les attelages conforme à la Directive 94/20/CE du 30 mai 1994 ayant une
boule d'attelage de diamètre 50 mm.
7) Vérifiez, avant chaque étape d'assemblage de votre porte vélos, les tableaux d'affection en début de notice dans le cadre des porte
vélos à fixation par sangles.
8) Nettoyez avec soin les zones de contact et d'appui entre le porte vélos et votre véhicule avant la pose du porte-vélos.
9) Le porte vélos doit être totalement solidaire de votre véhicule. Le réglage des éléments de fixation doit être fait avec soin et préci-
sion : se référer à la force de serrage préconisée sur la notice de montage.
10) Contrôler avant le départ et en cours de trajet, la tenue des sangles et autres dispositifs de fixation.
Resserrer le cas échéant et immédiatement en cas de déplacement des vélos sur le porte vélos ou du porte vélos par rapport au
véhicule.
11) Arrimez les sangles en nombre suffisant en suivant scrupuleusement la notice de montage du porte vélos sur votre véhicule.
12) Les sangles usées ou effilochées sont dangereuses et doivent impérativement être changées.
13) Il vous appartient d'ajouter des protections supplémentaires pour protéger vos vélos.
14) Les gaz d'échappement du véhicule étant très chauds, ne disposez jamais dans le prolongement du pot d'échappement ni les
pneus des vélos, ni les sangles du porte vélos ou toutes autres parties.
15) Retirez tous les accessoires de vos vélos (sacoche, porte-bébé, pompe, ....), susceptible de se décrocher ou d'avoir une forte
prise au vent.
16) Respectez une distance minimale (35 cm) entre le sol et la partie la plus basse de votre chargement pour éviter tout risque de choc
entre la route ou un trottoir et les vélos.
Si besoin démonter les roues des vélos trop près du sol et les placer dans votre coffre.
17) Exclure tout dispositif élastique.
18) Ne faites pas fonctionner l'essuie-glace arrière de votre véhicule, avant de vous être assuré que le porte vélos le permette.
Certains véhicules sont équipés d'un déclenchement automatique de l'essuie glace arrière, au quel cas il est impératif de le déconnec-
ter (demander la procédure à un garage de la marque de votre véhicule).
19) Si votre voiture est équipée d'un dispositif d'ouverture automatique du coffre, il convient, lorsque le porte vélos est en place, de le
déconnecter ou de n'ouvrir le coffre que manuellement.
20) Le radar de recul sans déconnexion détecte le porte vélos. Il est normal qu'il sonne.
ENTRETIEN DU PORTE-VELOS
1) Le porte vélos ne doit faire l'objet d'aucune modification.
2) Pour être utilisé, le porte vélos ne doit pas être détérioré et doit être maintenu en bon état.
3) Toute pièce endommagée ou usée doit être remplacée sans délai.
4) Nettoyage du porte vélos : ne pas utiliser de produit chimique agressif mais plutôt une eau savonneuse.
5) Retirez impérativement votre porte vélos, lors du lavage de votre véhicule.
6) Rangez votre porte vélos soigneusement avec toute sa documentation après chaque utilisation.
controleren op het identificatieplaatje van uw aanhangwagen. Als de in de handleiding van uw voertuig of op het identifica-
tieplaatje van uw aanhangwagen aangegeven belasting kleiner is dan het maximale gewicht van het fietsenrek, moet deze
waarde worden gerespecteerd door, bijvoorbeeld, minder fietsen te vervoeren.
Het maximale gewicht van het fietsenrek = het leeggewicht + gewicht van de fietsen.
6) Onze fietsenrekken voor aanhangwagens zijn enkel gewaarborgd voor aanhangwagens conform Richtlijn 94/20/EEG van
30 mei 1994 met een trekhaak van diameter 50 mm.
7) Controleer voor elke montagestap van uw fietsenrek, de toewijzingstabellen vooraan in de handleiding aangaande
fietsenrekken met riembevestiging.
8) De contact- en steunvlakken tussen het fietsenrek en uw voertuig grondig reinigen alvorens het fietsenrek te monteren.
9) Het fietsenrek moet onlosmakelijk verbonden zijn met het voertuig. De afstelling van de bevestigingselementen moet met
grote zorg en precisie gebeuren: controleer de voorgeschreven aandraaimomenten in de montagehandleiding.
10) Controleer vóór het vertrek en onderweg of de sjorriemen en andere bevestigingsinrichtingen goed vastzitten. Zet deze
desgevallend onmiddellijk vaster indien de fietsen op het rek verschuiven of indien het fietsenrek verschuift ten opzichte
van het voertuig.
11) Breng voldoende bevestigingsriemen aan en volg hierbij nauwgezet de montagehandleiding van het fietsenrek op uw
voertuig.
12) Versleten of uitgerafelde riemen zijn gevaarlijk en moeten verplicht worden vervangen.
13) U mag bijkomende beveiligingen aanbrengen om uw fietsen te beschermen.
14) Gezien de uitlaatgassen van uw voertuig heel heet zijn, nooit de fietsbanden, noch de riemen of een ander deel van het
fietsenrek in het verlengde van de uitlaat plaatsen.
15) Demonteer alle accessoires van uw fietsen (fietstas, kinderzitje, fietspomp, ....) die kunnen loskomen of die veel wind
kunnen vangen.
16) Respecteer de minimale afstand (35 cm) tussen de grond en het onderste deel van de lading om elk gevaar op contact
tussen het wegdek of de stoeprand en de fietsen te vermijden.
Demonteer zo nodig de wielen van de fietsen indien deze zich te dicht bij de grond bevinden, en bewaar ze in de koffer-
ruimte.
17) Gebruik geen elastische bevestigingsmaterialen.
18) Maak geen gebruik van de achterste ruitenwisser van uw voertuig voordat u zich ervan heeft vergewist dat dit mogelijk
is terwijl het fietsenrek aanwezig is. Sommige voertuigen zijn uitgerust met een automatisch activeringssysteem voor de
achterste ruitenwisser. Is dit het geval op uw voertuig, dan dient u dit verplicht uit te schakelen (doe hiervoor navraag bij
een merkdealer).
19) Als uw voertuig is uitgerust met een automatisch openingssysteem voor de kofferruimte dient u dit uit te schakelen
wanneer het fietsenrek is gemonteerd zodat de koffer enkel manueel kan worden geopend.
20) De niet uitgeschakelde achteruitrijsensor detecteert automatisch het fietsenrek. Het is normaal dat deze in werking
treedt.
ONDERHOUD VAN HET FIETSENREK
1) Het fietsenrek mag op geen enkele wijze worden gewijzigd.
2) Tijdens het gebruik mag het fietsenrek niet beschadigd zijn en in goede staat worden onderhouden.
3) Elk beschadigd of versleten onderdeel moet onmiddellijk worden vervangen.
4) Reinigen van het fietsenrek: gebruik geen bijtende chemische producten maar zeepwater.
5) U moet uw fietsenrek verplicht demonteren wanneer u uw voertuig schoonmaakt.
6) Berg uw fietsenrek na gebruik zorgvuldig op, samen met alle bijbehorende documentatie.
towanych uchwytów rowerowych, należy sprawdzić wartość obciążenia « S » ,która jest zapisana na tabliczce znamio-
nowej podwozia. Jeśli ta wartość jest niższa niż ciężar maksymalny uchwytu rowerowego, należy zmniejszyć liczbę
przewożonych rowerów. Maksymalne obciążenie uchwytu rowerowego = ciężar na pusto + ciężar roweru lub rower
ów.
6) Uchwyty rowerowe na hak nadają się do montażu na hakach holowniczych zgodnie z ustawą 94/20/CE z 30 maja 1994
dla haków z kulą o średnicy 50 mm.
7) W przypadku zaczepów paskowych, przed zamontowaniem uchwytu rowerowego należy sprawdzić tabele zaczepu
z instrukcji.
8) Należy starannie czyścić miejsca styku i wsparcia uchwytu rowerowego oraz pojazdu przed montażem.
9) Uchwyt rowerowy powinien być dopasowany do pojazdu. Ustawienie elementów mocujących powinno być staranne
i dokładne: należy sprawdzić siły zamocowania podane w instrukcji montażu.
10) Należy sprawdzać przed wyjazdem i w trakcie podróży zachowanie sie pasków i innych elementów mocujących. W
przypadku poluzowania lub przesunięcia się roweru w uchwycie rowerowym ,należy natychmiast poprawić zamoco-
wanie uchwytu i roweru.
11) Należy zastosować wystarczającą liczbę pasków mocujących, stosując się dokładnie do instrukcji obsługi i montażu
uchwytu rowerowego na pojeździe.
12) Zużyte paski są niebezpieczne i powinny zostać obowiązkowo wymienione.
13) Należy zastosować dodatkowe zabezpieczenia rowerów.
14) Gazy z rury wydechowej pojazdu są gorące, należy więc uważać, aby nie wydostawały się na opony rowerów oraz
na paski mocujące lub inne części.
15) Należy usunąć wszystkie akcesoria rowerów (skórzana torebka na narzędzia, bagażnik dla dziecka, pompka, ....),
które mogą odczepić się lub stawiać silny opór powietrza.
16) Należy respektować minimalną odległość (35 cm) między ziemią a najniższą częścią ładunku, tak, aby uniknąć
uderzeń rowerami w drogę lub chodnik. Jeżeli będzie to konieczne, to należy zdemontować wszystkie koła rowerów
i schować je do bagażnika pojazdu.
17) Należy usunąć wszystkie elementy elastyczne.
18) Nie wolno uruchamiać tylnej wycieraczki pojazdu, jeśli uchwyt rowerowy na to nie pozwala. Niektóre samochody
posiadają automatyczny mechanizm uruchamiania wycieraczki tylnej, w takim przypadku, należy ten mechanizm
wyłączyć (poprosić o to w salonie firmowym lub warsztacie).
19) W przypadku montażu uchwytu rowerowego ,jeżeli pojazd jest wyposażony w automatyczne otwieranie bagażnika,
należy je wyłączyć i otwierać bagażnik pojazdu ręcznie.
20) Czujnik cofania, jeśli nie jest wyłączony, sygnalizuje obecność uchwytu rowerowego.
KONSERWACJA UCHWYTU ROWEROWEGO
1) Nie należy modyfikować uchwytu rowerowego.
2) Do prawidłowego użytkowania, uchwyt rowerowy powinien być sprawny oraz utrzymywany w dobrym stanie.
3) Wszystkie zepsute lub zużyte części należy obowiązkowo wymienić.
4) Czyszczenie uchwytu rowerowego: nie wolno stosować agresywnych produktów chemicznych, lecz wodę z mydłem.
5) Uchwyt rowerowy, w trakcie mycia pojazdu, powinien być obowiązkowo zdjęty.
6) Po każdym użytkowaniu, zdjęty bagażnik rowerowy, powinien być starannie przechowywany wraz z całą jego
dokumentacją.
14
15
16
18
l
21
22
23
22
k + c
23
o
e
f
n
g
d
k + c
17
20
19
b
k
m
21
o
e
k + c
f
d
g
c
x 6
p. 7
Publicidad
