De printer gebruiken
Reistips
De volgende tips zijn nuttig wanneer u de printer mee op reis neemt.
• Een pas geopende inktcartridge lekt enigszins op grote hoogten (zoals in vliegtuigen). Om deze lekkage te
voorkomen, kunt u beter wachten met installeren van nieuwe inktcartridges totdat u op uw bestemming
bent. Laat de inktcartridges tot die tijd in hun originele verpakking.
• Zet de printer steeds uit met de (de aan- / uitknop). Hierdoor kan de printer de cartridges vastzetten,
zodat ze niet uitdrogen.
LET OP! Wacht totdat alle lampjes volledig uit zijn voordat u de batterij of het netsnoer verwijdert om
een verstopping van de inktsproeiers of schade aan de printer te voorkomen. Dit proces duurt ongeveer
16 seconden. Als de printer niet correct wordt uitgezet, kunnen uw volgende afdrukken streperig zijn of
kunnen er kleuren ontbreken. Wanneer dit gebeurt, kunt u proberen de inktcartridges te reinigen. Zie de
gebruikershandleiding voor meer informatie over het bestellen van inktcartridges.
• Voor u de printer meeneemt, moet u de stroomkabel en de netstroomadapter afkoppelen van de printer;
sluit de uitvoerlade; en sluit de klep.
• Als u naar een ander land of andere regio reist, neemt u de vereiste adapterstekker mee.
• In elk land of elke regio worden inktcartridges met andere nummers verkocht. Zie voor een lijst van de
cartridgenummers in verschillende landen/regio's het onderwerp "Informatie voor reizigers" in de Werkset-
software (beschikbaar op computers of PDA's waarop Windows of Windows Mobile wordt uitgevoerd) of
"Reisinformatie" in het HP-printerhulpprogramma (beschikbaar op Macintosh-computers).
• Gebruik alleen de netadapter die bij de printer is geleverd. Gebruik geen andere spanningstransformator
of -omvormer. De netadapter kan met netstroom van 100 à 240 volt, 50 of 60 Hz worden gebruikt.
• Neem de batterij uit de printer wanneer u deze langer dan één maand niet gebruikt.
• Als u fotopapier mee op reis neemt, moet u het plat inpakken zodat het niet wordt gekreukt of
scheefgetrokken. Fotopapier moet vlak zijn om er goed op te kunnen afdrukken. Als de hoeken van het
fotopapier meer dan 10 mm krullen, effent u het papier door het opnieuw in de afsluitbare zak te plaatsen
en de zak over de rand van een tafel te rollen totdat het papier effen is.
44