Problemen oplossen
Aanwijzingen op het scherm, veelvoorkomende problemen
en mogelijke oplossingen:
Geen functies
Zorg ervoor dat de acculader is aangesloten op een
stopcontact dat onder spanning staat met 230 V
wisselstroom.
Volg de instructies in het onderdeel "Aansluiting van de
acculader" aan het begin van deze handleiding.
Het apparaat wordt automatisch ingeschakeld nadat het
op de juiste wijze aan de accu is aangesloten. Als het
niet wordt ingeschakeld, dan is het niet op de juiste
wijze op de polen aangesloten of de spanning van de
accu die onderhoud vereist is te laag (onder 0,5 Volt)
Smart Charge-foutmeldingen.
ACCU-AANSLUITINGEN CONTROLEREN – Zodra dit
bericht verschijnt, is de oorzaak gewoonlijk een slechte
aansluiting van de accu.
Verwijder het netsnoer en de accuklemmen met
inachtneming van de "Veiligheidsvoorschriften" aan het
begin van deze handleiding (4), reinig de accupolen en
sluit ze opnieuw aan. Indien deze situatie voortduurt
dient het aanbeveling de accu voor controle naar een
bevoegd service-centre voor motorvoertuigen te
brengen
VERVANG DE ACCU OF PLEEG ONDERHOUD – De accu
die wordt opgeladen heeft een intern open circuit, een
kortgesloten cel of is geheel gesulfateerd zodat hij geen
normale laadstroom op kan nemen. Indien deze situatie
voortduurt dient het aanbeveling de accu voor controle naar
een bevoegd service-centre voor motorvoertuigen te
brengen
AFKOELINGSPROCES het rode LED-lampje brandt –
Mogelijk is het ventilatierooster voor de in- en uitlaat van
lucht geblokkeerd.
Zorg voor voldoende ventilatie voordat de bediening
wordt hervat.
VERKEERDE KLEM OP POLEN – Het rode LED-lampje
gaat branden en een onafgebroken waarschuwingstoon is
hoorbaar.
De aansluitingen op de positieve en negatieve polen van de
accu zijn niet juist.
Verwijder het netsnoer en de accuklemmen (4) met
inachtneming van de "Veiligheidsvoorschriften" aan het
begin van deze handleiding en sluit de accuklemmen
opnieuw aan zoals omschreven in het onderdeel
"Opladen van de accu".
OVERSCHRIJDING UREN – Wanneer dit bericht wordt
getoond, heeft de laadcyclus het aantal van 18 uren
overschreden; de oorzaak daarvan kan zijn:
De accu die wordt geladen heeft een mankement.
Bezoek een service-centre voor onderhoud aan de accu
of om hem te laten vervangen.
De accu die wordt opgeladen een heeft een zeer groot
vermogen, dat groter is dan voor de lader vereist is.
Een zeer koude accu opladen
Indien de op te laden accu erg koud is, d.w.z. beneden het
vriespunt (0°C/32°F), kan het geen hoge oplaadsnelheid
aan. De oorspronkelijke laadsnelheid zal laag zijn. De
oplaadsnelheid neemt toe al naar gelang de accu opwarmt.
Waarschuwing! Probeer nooit een bevroren accu op te
laden.
Controle wisselstroomdynamo-foutmeldingen.
CONTROLEER DE ACCU-AANSLUITINGEN – Zodra dit
bericht verschijnt, is de oorzaak gewoonlijk een slechte
aansluiting van de accu.
Verwijder het wisselstroomsnoer en de accuklemmen
met inachtneming van de "Veiligheidsvoorschriften" aan
het begin van deze handleiding, verwijder het
gelijkstroomsnoer en de klemmen, reinig de accupolen
en sluit ze opnieuw aan.
Als het probleem blijft bestaan, raden we aan om de
accu ter evaluatie naar een gecertificeerd
autoservicecentrum te brengen.
VERKEERDE KLEM OP POLEN – Het rode LED-lampje
gaat branden en een onafgebroken waarschuwingstoon is
hoorbaar.
De aansluitingen op de positieve en negatieve polen van de
accu zijn niet juist.
Verwijder het wisselstroomsnoer en de accuklemmen
met inachtneming van de "Veiligheidsvoorschriften" aan
het begin van deze handleiding, sluit ze opnieuw met de
juiste polariteit op de accu aan.
Onderhoud
Uw Black & Decker-gereedschap is ontworpen om
gedurende langere periode te functioneren met een
minimum aan onderhoud. U kunt het gereedschap naar volle
tevredenheid blijven gebruiken als u voor correct onderhoud
zorgt en het gereedschap regelmatig schoonmaakt.
Waarschuwing! Verwijder altijd de stekker uit het
stopcontact voordat u onderhouds- of
reinigingswerkzaamheden aan het apparaat uitvoert.
Neem het apparaat van tijd tot tijd af met een vochtige
doek. Gebruik geen schuur- of oplosmiddel. Dompel het
apparaat niet onder in water.
NEDERLANDS
39