PROBLEEM
Motor wil niet starten.
Motor loopt slecht.
De motor is oververhit.
Motor stopt niet.
Slechte trimkwaliteit.
Trimmer trilt.
Trimmerkop houdt de
draad niet vast.
1739580
SCHEMA VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
OORZAAK
Bougiekabel niet aangesloten.
De motor slaat niet aan.
Defecte bougie of verkeerde elektrodeafstand.
Brandstoftank leeg.
Vuile carburateur of brandstofleiding.
Vuile luchtfilter.
Carburateur niet goed afgesteld.
Motor verzopen.
Gashendel in de verkeerde stand.
Verschaalde brandstof.
Slechte bougie.
Vuile luchtfilter.
Carburateur niet goed afgesteld.
Verschaalde brandstof.
Koelsysteem van de motor verstopt.
Carburateur niet goed afgesteld.
Oliepeil is te laag.
Defecte gashendel of -kabel.
Trimmerdraad is te kort.
Motor staat niet in de SNEL-stand.
Trimmerlengtes verschillen aanzienlijk.
Moeren of bouten zitten los.
Trimmerkop is gebroken.
Trimmerdraad niet goed bevestigd.
Gebroken trimmerdraadhouder.
Verkeerde maat trimmerdraad.
OPLOSSING
Sluit de kabel aan op de bougie.
Druk de primekop van de motor in.
Inspecteer of vervang de bougie.
Brandstof bijvullen.
Reinig carburateur of brandstofleiding.
Vervang de luchtfilter.
Raadpleeg een erkende dealer.
Wacht enkele minuten voordat u de motor start.
Zet de gashendel in de SNEL- of START-stand.
Tap oude brandstof af en giet verse brandstof in de tank.
Bougie vervangen.
Vervang de luchtfilter.
Raadpleeg een erkende dealer.
Tap oude brandstof af. Vul de tank met verse brandstof.
Raadpleeg een erkende dealer.
Raadpleeg een erkende dealer.
Vul olie bij.
Raadpleeg een erkende dealer.
De juiste draadlengte is 52 cm (21,5 in.). Vervang
de draad als deze tot minder dan de helft ervan is
afgesleten.
Zet gashendel in de SNEL-stand.
Stel de trimmerdraad op bijna dezelfde lengte af.
Raadpleeg een erkende dealer.
Raadpleeg een erkende dealer.
Volg de instructies op de sticker of zie het hoofdstuk
Onderhoud in deze handleiding.
Raadpleeg een erkende dealer.
Gebruik trimmerdraad met een diameter van 3,9 mm
(0,155 in.).
12
nl