Aesculap
Lektrafuse HF-generator GN200
4.
Werken met de Lektrafuse HF-genera-
tor GN200
4.1
Opstellen
Accessoires aansluiten
Gevaar voor verwondingen door ontoelaatbare
configuratie bij gebruik van andere componenten!
Let erop dat de classificatie van alle gebruikte
GEVAAR
componenten overeenstemt met de classificatie
van het toepassingsdeel (bijv. type BF of type
CF) van het toegepaste apparaat.
Combinaties van accessoires die niet in deze gebruiksaanwijzing worden
vermeld, mogen uitsluitend worden gebruikt als ze uitdrukkelijk voor de
beoogde toepassing bestemd zijn. De vermogenskenmerken en veilig-
heidsaspecten mogen daarbij niet nadelig worden beïnvloed.
Er kunnen uitsluitend CAIMAN instrumenten samen met de Lektrafuse HF-
generator GN200 worden gebruikt, zie Accessoires/Reserveonderdelen.
Voedingsnet aansluiten
Levensgevaar door elektrische schok!
Sluit dit product uitsluitend aan op een voe-
GEVAAR
dingsnet met randaarde.
Plaats het apparaat zodanig dat uitschakelen
met behulp van de schakelaar voeding AAN/UIT
probleemloos mogelijk is.
Plaats het apparaat zodanig dat de voedingska-
bel probleemloos kan worden verwijderd.
De netspanning moet met de spanning op het typeplaatje van het appa-
raat overeenstemmen.
Het apparaat is uitgerust met een universele voeding, zodat de netspan-
ning kan variëren van 100 tot 240 Volt zonder dat de spanning veranderd
hoeft te worden.
Controleer of het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het eventueel met
de schakelaar voeding AAN/UIT 12 uit.
Steek de voedingskabel aan de achterkant van het stuurapparaat in de
voedingsingang 13.
Steek de netstekker in het stopcontact van de huisinstallatie.
126
®
Apparaat inschakelen
Schakel het apparaat met de schakelaar voeding AAN/UIT 12 in.
Het indicatielampje voeding AAN 9 brandt. Het apparaat voert een
zelftest uit, zie Permanente test tijdens het gebruik:
Als er geen instrument is aangesloten, verschijnt na de zelftest in het
venster 5 de melding "Attach Instrument". Als de zelftest mislukt, ver-
schijnt een foutmelding op het venster 5.
Afb. 4
Voetpedaal aansluiten
De aansluiting van het voetpedaal GN201 is optioneel.
Zowel op de voetpedaalstekker als op de stekkeringang voor het
voetpedaal 3 bevindt zich een punt als markering. Om de stekker correct
in de stekkeringang te kunnen steken, moeten deze markeringen tegen-
over elkaar staan.
Afb. 5