Veiligheidsinstructies
Gevarenniveaus
GEVAAR
Aanwijzing voor direct dreigend
gevaar dat tot zware of dodelijke
verwondingen leidt.
WAARSCHUWING
Aanwijzing voor een mogelijk
gevaarlijke situatie die tot zware
of dodelijke verwondingen kan
leiden.
VOORZICHTIG
Aanwijzing voor een mogelijk
gevaarlijke situatie die tot lichte
verwondingen kan leiden.
LET OP
Aanwijzing voor een mogelijk
gevaarlijke situatie die tot mate-
riële schade kan leiden.
Veiligheidsinstructies
GEVAAR
Gevaar voor letsel.
Dit apparaat mag niet worden
gebruikt door personen met
een fysieke, sensorische of
verstandelijke beperking of
een gebrek aan ervaring en/of
kennis.
Houd toezicht op kinderen om
ervoor te zorgen dat ze niet
met het apparaat spelen.
Kinderen en jongeren mogen
het apparaat niet gebruiken.
Explosiegevaar.
Gebruik het apparaat nooit in
explosieve zones.
Neem de desbetreffende vei-
ligheidsvoorschriften in acht,
als u het apparaat in gevaren-
zones (bijvoorbeeld tankstati-
ons) gebruikt.
Tank alleen de in de gebruiks-
aanwijzing vermelde brand-
stof.
Tank alleen met uitgezette
motor.
Tank niet in afgesloten ruim-
tes.
Rook en open vuur is verbo-
den.
Zorg er bij het tanken voor dat
op de hete oppervlakken geen
brandstof terechtkomt.
Sluit de deksel van de brand-
stoftank na het tanken.
Gebruik het apparaat niet, als
brandstof werd gemorst.
Breng het apparaat naar een
andere plek en voorkom vonk-
vorming.
Bewaar brandstof alleen in hier-
voor toegestane reservoirs.
Bewaar brandstof niet in de
buurt van open vuur of appa-
raten die een ontstekingsvlam
hebben of vonken vormen (bij-
voorbeeld kachels, verwar-
mingsketels of boilers).
Sproei geen starthulpspray in
het luchtfilter.
Brandgevaar.
Houd tussen licht ontvlamba-
re voorwerpen en de geluid-
demper een minimumafstand
van 2 m aan.
Plaats het apparaat niet in
bos-, struik- of grasland-
schappen, tenzij de uitlaat met
een vonkenvanger werd uit-
gerust.
Houd kinderen en andere per-
sonen uit het werkbereik.
Gebruik het apparaat niet, als
het brandstofsysteem be-
schadigd of ondicht is. Contro-
leer het brandstofsysteem
regelmatig.
Laat het apparaat voor de op-
slag in gesloten ruimtes af-
koelen.
Gevaar voor elektrische schok
Raak de bougie of de ontste-
kingskabel niet aan, als het
apparaat in werking is.
WAARSCHUWING
Gezondheidsrisico
Uitlaatgassen zijn giftig. Adem
geen uitlaatgassen in. Ge-
bruik het apparaat nooit in ge-
sloten ruimtes. Zorg voor
voldoende beluchting en af-
voer van emissiegassen.
Zorg ervoor dat in de buurt
van luchtinlaten geen uitlaat-
gasemissies optreden.
Voorkom herhaaldelijk of lang-
durig contact van brandstof of
Nederlands
motorolie en de huid en adem
geen brandstofdampen in.
VOORZICHTIG
Gevaar voor verbranding
Raak geen hete oppervlakken
zoals geluiddemper, cilinders
of koelribben aan.
Gevaar voor gehoorschade
Gebruik het apparaat niet zon-
der geluiddemper. Controleer
de geluiddemper regelmatig
en laat een defecte geluid-
demper vervangen.
LET OP
Beschadigingsgevaar
Gebruik alleen originele delen
van de fabrikant.
Oude brandstof kan leiden tot
afzettingen in de carburateur
en kan zo het motorvermogen
negatief beïnvloeden. Gebruik
uitsluitend nieuwe brandstof.
Verstel geen regelveren of
stangen die kunnen leiden tot
verhoging van het motortoe-
rental.
Gebruik het apparaat niet met
verwijderd luchtfilter.
Trek niet aan het startkoord,
als het apparaat in werking is.
Let op voldoende beluchting
om oververhitting van het ap-
paraat te voorkomen.
Tap bij vorstgevaar het water
uit de pomp af.
Symbolen op het apparaat
WAARSCHUWING
Explosiegevaar, brandgevaar.
Benzine kan door ondeskundige hantering leiden tot
brand of explosies.
Lees deze gebruiksaanwijzing voor gebruik van het ap-
paraat.
Gebruik het apparaat niet in gesloten ruimtes of gedeel-
telijk omheinde terreinen.
Zet de motor vóór het tanken uit.
Tank alleen tot 16 mm onder de tankbovenrand, zodat
voldoende ruimte voor eventuele expansie van de
brandstof overblijft.
Beschrijving apparaat
Afbeeldingen, zie omslagblad
Afbeelding A
Apparaatschakelaar
1
Trekdraadstarter
2
Luchtfilter
3
Vulopening
4
17