LET OP: De toegankelijke de-
len kunnen verbranden indien
gebru ikt in combinatie met de
kooktoestellen.
TOEPASSINGEN
Het apparaat kan werken met de filters of met de
afzuigfunctie.
In de filtertoepassing (Afb. 1) worden de lucht
en dampen die in het apparaat komen, gezuiverd
door een vetfilter, een koolfilter, en dan weer in de
ruimte gestuurd.
In de afzuigtoepassing (Afb. 2) worden alle
dampen direct naar buiten afgevoerd via een
afvoerpijp.
De koolstoffilter is in dit geval niet noodzakelijk.
43