eerste geopend wordt. Alle overige aftappunten vervolgens in dezelfde volgorde 'van onder
naar boven' en 'van het verst gelegen aftappunt tot het meest nabij gelegen aftappunt vanaf
de stijgleiding'.
6. De spoeltijd mag per strekkende meter leiding niet korter zijn dan 15 seconden. Bovendien
moet elk aftappunt ten minste 2 minuten worden gespoeld. Wanneer bij het als laatste ge-
opende aftappunt de noodzakelijke spoeltijd wordt bereikt, dan worden de aftappunten in
omgekeerde volgorde als bij het openen, weer gesloten.
7. Na het spoelen moet de watertoevoer gesloten en de spoelcompressor uitgeschakeld wor-
den. Vervolgens moet de stekker van het apparaat uit het stopcontact worden gehaald. Let
op! De spoelcompressor mag niet in de stand 'reservoir vullen' staan. De spoelcompressor
moet losgekoppeld worden van de gespoelde leiding. Daarna moet het systeem opnieuw op
eventuele lekkages worden gecontroleerd. De afrondende installatie van het leidingensys-
teem moet vakkundig worden uitgevoerd.
8. Na het spoelen moet er een spoelverslag (certificaat) worden gemaakt, waarbij de klant het
origineel krijgt en het uitvoerende bedrijf een kopie.
6.3
Spoelen van de huisinstallatie
1. Omschakelaar op spoelen zetten.
2. Druk op de 'aan / uit'
pressor gevuld.
Trek tijdens het vullen van de persluchttank, wanneer de compressor in werking is, niet
de stekker uit het stopcontact.
3. Open de watertoevoer.
4. Druk op de programma-knop 'water en lucht (impulsfunctie)'
5. Lees de minimum debietsnelheid af en vergelijk deze met de standaard tabel (zie 6.2 para-
graaf nr. 3).
Als de minimum stromingssnelheid van 0,5 m/sec. niet wordt bereikt, dan moet er met een
reservoir en pomp worden gespoeld.
6. De spoeltijd mag per strekkende meter leiding niet korter zijn dan 15 seconden. Bovendien
moet elk aftappunt ten minste 2 minuten worden gespoeld.
7. Het spoelproces is voltooid, wanneer er geen residuen meer zichtbaar zijn. (Bij spoeling
conform DIN 1988, deel 2, par. 11.2 (E) zijn 2 minuten per aftappunt voldoende.) Hiertoe ra-
den wij u aan het water vanaf de aftappunten weg te laten stromen via een net met een
maaswijdte van ca. 100 μl.
8. Na het spoelen moet de spoelcompressor worden uitgeschakeld. De compressor mag niet
vullen. Vulproces (8 bar) moet voltooid zijn.
9. Sluit vervolgens de watertoevoer.
10. Koppel de ROPULS eDM los van het lichtnet.trennen.
11. De spoelautomaat moet losgekoppeld worden van de testleiding, alle aansluitingen moeten
vakkundig gemonteerd worden. Daarna moet het systeem op eventuele lekkages worden
gecontroleerd.
12. Na het spoelen moet er een spoelverslag (certi-ficaat) worden gemaakt, waarbij de klant het
origineel krijgt en het uitvoerende bedrijf een kopie.
6.4
Desinfecteren bij huisinstallatie met ROCLEAN
Desinfectiemiddel met ROCLEAN injector, zie gebruiksaanwijzing ROCLEAN injector.
6.5
Spoelen van vloerverwarmingen
1. Scheid de watertoevoerleiding van de verwarmingsketel.
2. Ter bescherming van het drinkwater moet er conform DIN EN 1717 voor de spoelcompres-
sor een adequate leiding- of systeemscheider geïnstalleerd worden.
3. Scheid de retourleiding of sluit deze en breng een afvoerslang aan.
Bovendien moet de slang in een afvoer met voldoende grootte geleid en bevestigd worden.
programma-knop. De druktank wordt automatisch door de com-
NEDERLANDS
en voer de spoeling uit.
(D)
65