Storing
Het apparaat
maakt te veel
lawaai.
De binnenver-
lichting func-
tioneert niet.
14. Maatregelen bij uitval van de netvoeding
Ontdooide levensmiddelen, ook gedeeltelijk ontdooid, mogen niet opnieuw wor-
den ingevroren.
Bij stroomuitval moet u vóór gebruik van de levensmiddelen controleren of ze
nog in orde zijn (zie ook "3.3.5. Omgang met het apparaat" op blz. 88).
15. Buiten gebruik stellen
Ga als volgt te werk wanneer u het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt:
Schakel het apparaat uit en haal de netstekker uit het stopcontact.
Maak het apparaat leeg.
Maak het koelgedeelte en het vriesgedeelte van binnen schoon en laat beide
ruimtes drogen.
Was alle losse onderdelen goed af.
Laat de deur openstaan om de ontwikkeling van onaangename geuren en
schimmelvorming te voorkomen.
16. Afvoer
Schakel het apparaat uit en haal de netstekker uit het stopcontact.
Demonteer de deur en de afdichting of plak de deur dicht met tape, zodat kin-
deren zichzelf niet kunnen insluiten.
Het apparaat en de isolatie moeten volgens de daarvoor geldende voorschriften
worden afgevoerd.
Houd er bij het afvoeren van het apparaat rekening mee dat het apparaat of de
isolatie cyclopentaan (brandbaar isolatiegas) bevat.
108
Oorzaak
Het apparaat is
niet goed uitge-
lijnd.
Het apparaat komt
in contact met
meubels of andere
voorwerpen.
De gloeilamp is de-
fect/losgeraakt.
Oplossing
Lijn het apparaat uit.
Zet het apparaat vrij neer, zodat het
geen andere voorwerpen raakt.
Controleer of de gloeilamp goed vast-
zit.
Vervang de gloeilamp zo nodig.