5.1. Bedieningsorganen
(zie uitvouwblad vooraan)
5.1.1. Apparaat
[1] Aan/uit schakelaar
Met deze schakelaar wordt de Sonopuls 492
aan of uit gezet.
[2] Typestikker / waarschuwingssticker
Hier vindt u apparaat gegevens zoals type- en
serienummer en aansluitgegevens zoals span-
ning en maximale opgenomen stroom.
[3-1] Plug voor lichtnetadapter
Hier wordt de lichtnetadapter aangesloten.
[3-2] Plug voor afstandsbediening
Hier wordt de afstandsbediening aangesloten.
[4-1] Aansluiten patiëntenkabel elektrotherapie
Hier wordt de kabeladapter aangesloten
[4-2] Aansluiten voor de behandelkop ultrageluid
Hier wordt de behandelkop aangesloten
5.1.2. Bedieningspaneel
[5] Indicatie lampje accuconditie
Er zijn vier mogelijkheden aanwezig:
• Brandt continu groen: accu is voldoende gela-
• Knippert groen:
• Brandt geel:
• Is uit:
[6] Indicatie lampje lichtnetadapter
Dit lampje geeft aan of er een lichtnetadapter
is aangesloten en werkend is.
[7] Therapie keuze toets
Keuzetoets elektrotherapie, stroomkanaal-
keuze, gekoppelde stroomkanalen, pauze bij
behandelprotocollen, ultrageluidtherapie en
combinatietherapie.
[8] Keuzetoets stroomvorm elektrotherapie
Met deze toets wordt de stroomvorm geselecteerd
den
accu raakt leeg, licht-
netadapter aansluiten.
accu is bijna leeg, er kan
niet meer gewerkt wor-
den, lichtnetadapter aan-
sluiten.
geen accu aanwezig; is
leeg of defect, licht-
netadapter aansluiten
HOOFDSTUK 5 - BEDIENING
[9] Keuzetoets voor
Draaggolffrequentie, microcurrent frequentie,
faseduur, interferentie type, alternerende mode
(High Voltage en Microcurrent) en ultrageluid
frequentie
[10] Keuzetoets voor
Prikkelfrequentie, fase interval, burst frequentie
(Russische stimulatie), vector positie, balans,
diadynamisch stroomtype, spectrum en pulse-
rende mode ultrageluid
[11] Keuzetoets voor
Spectrum doorloop, duty cycle (Russische sti-
mulatie), burstfrequentie (TENS) en behandel-
stapnummer (protocollen).
[12] Keuzetoets voor
Trainingsprogramma's, vector rotatietijd en klok
[13] Keuzetoets voor
Stroomkanaal, CC/CV, polariteit, ultrageluid
eenheid
[12]+[13] Noodstop
Door de toetsen [12] en [13] tegelijk in te druk-
ken kan de behandeling op alle kanalen tege-
lijk worden gestopt.
[14] Accept toets
Met de accept toets worden de selectie van de
stroomvorm, "het ophalen uit" of "het opslaan
in" het geheugen bevestigd.
Met deze toets kan ook het trainingsprogramma
worden gestart.
[15] Geheugen toets
Met deze toets kunnen gegevens worden op-
gehaald uit of opgeslagen in het geheugen.
[16] Centrale regelaar
Regelaar voor het instellen van parameters.
[17] Intensiteitsregelaar
Regelaar voor het instellen van de patiënten-
stroom voor kanaal 1 en kanaal 2. Bij 4_polige
interferentie technieken (twee_kanaals) wordt
met deze regelaar de intensiteit over 2 kanalen
tegelijk ingesteld.
[18] Intensiteitsregelaar ultrageluid
Regelaar voor het instellen van de intensiteit
van het ultrageluid gedeelte.
[19] Pauze symbool
Het symbool
geeft de pauze tussen twee
behandelstappen van een behandelprotocol aan.
9