- Het contact met het zuur van de batterij
vermijden. Ingeval men spatten krijgt
of in contact komt met het zuur, het
gedeelte in kwestie onmiddellijk spoelen
met zuiver water. Verder blijven spoelen
tot de geneesheer er is.
- Het is belangrijk de kabels te verbinden
met de correcte polariteiten. De rode
tang (+) verbinden met de positieve
klem van de batterij, en de zwarte tang
(-) met de negatieve massa.
- Deze inrichtng gebruiken op goed
verluchte plaatsen.
- Voorkomen dat de zwarte en rode
tangen met elkaar in contact komen
wanneer ze verbonden zijn met de
batterij, omdat dit het smelten van
de tangen of van andere metalen
voorwerpen kan veroorzaken.
- Zich op een gepaste manier kleden.
Geen brede klederen of juwelen dragen
die in de beweeglijke gedeelten kunnen
geklemd geraken. Tijdens de werken
raadt men het gebruik aan van een
beschermende elektrisch geïsoleerde
kledij en van antislip schoenen. Indien
men lang haar heeft, een hoofddeksel
dragen dat het haar samenhoudt.
2.
INLEIDING
BESCHRIJVING
Digitale tester voor loodbatterijen (Fig. A).
Dit toestel staat toe te verifiëren:
A. de staat van laden en de startcapaciteit
van de loodbatterijen van 12V gebruikt
in de voertuigen (TEST VAN DE
BATTERIJ).
De instelbare minimum en maximum
waarden van de startstroom (CCA) zijn:
- EN: 185 ÷ 1125 A
- IEC: 130 ÷ 790 A
- DIN: 110 ÷ 670 A
- SAE: 200 ÷ 1200 A
- CA (MCA): 240 ÷ 1440 A
B. de functionaliteit van de startinstallatie
van het voertuig (TEST VAN DE
STARTINSTALLATIE).
C. de functionaliteit van het circuit van
opladen van het voertuig (TEST VAN
HET SYSTEEM VAN OPLADEN).
De milieutempertauur voor het correcte
gebruik van de tester ligt tussen 0°C en
40°C.
EN
ALGEMENE
3. WERKING.
VOORDAT MEN DE TEST UITVOERT:
- Controleren of de uiteinden van de
batterij zuiver zijn.
- De batterij keuren: de test niet uitvoeren
indien de bak of andere gedeelten van
de batterij beschadigd zijn.
- Controleren of de zone in de nabijheid
van de te testen batterij goed verlucht is.
- Voordat men de batterij van een
voertuig test, moet men de startsleutel
wegnemen, de lichten uitschakelen, alle
aangesloten toebehoren verwijderen, de
deuren van het voertuig en de deur van
de kofferruimte sluiten.
- Controleren of men de batterij 9V
(meegeleverd in de verpakking) in de
tester heeft gestoken. Indien op de
display "ibtL" (INTERNAL BATTERY
LOW) verschijnt, de batterij vervangen
met een opgeladen batterij.
nota: de display gaat alleen aan
wanneer de tester aangesloten is op de
batterij van het voertuig.
TEST VAN DE BATTERIJ
- De rode tang (+) verbinden met de
positieve pool van de batterij en
vervolgens de zwarte tang (-) met de
negatieve pool (Fig. B). De display
(Fig. A-1) gaat aan en visualiseert de
spanning leeg van de batterij.
- Drukken op "Enter" (Fig. A-4) en "bAtt"
selecteren middels de cursoren ▲ ▼
(Fig. A-3) voor de test van de batterij.
Selectie Batterij
Het type van batterij selecteren: kiezen
middels de cursoren ▲ ▼ (Fig. A-3):
- SEAL (hermetische batterijen zonder
onderhoud type VRLA/GEL/AGM).
Ofwel
- SLI (batterij WET Standaard).
De keuze bevestigen met "Enter".
Selectie Referentiestandaard
- Kiezen middels de cursoren ▲ ▼ de
referentiestandaard gebruikt door de
fabrikant van de batterij: EN, IEC, DIN,
SAE ofwel CA (MCA).
De afkorting van de standaard ofwel
de waarde CA (MCA) wordt gewoonlijk
aangeduid op de batterij zelf.
Drukken op "Enter" om te bevestigen.
Selectie waarde CCA of CA
- De waarde CCA of CA door de fabrikant
aangeduid op de batterij instellen
middels de cursoren ▲ ▼.
NOTA:
CCA
=
Cold
startstroom koud.
24
Cranking
Amps,
de