Duwboom Aanpassen Op De Lichaam- Slengte (13); Maaiwerk Starten En Stoppen (14); Wielaandrijving In- En Uitschakelen (15); Wielaandrijving - Snelheid Wijzigen (16) - AL-KO solo 127597 Manual Del Usuario

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 80
Bediening
Zijdelingse uitwerper aanbrengen
1. Apparaat uitschakelen: Veiligheidssleutel
naar de stand Off (pos. 0) draaien en uitne-
men.
2. Grasopvangbak en mulchinzetstuk vervan-
gen, zie Hoofdstuk 7.3 "Mulchen met het
mulchinzetstuk (10, 11)*", pagina 52.
3. Ontgrendelingshendel (12/1) uitworpklep aan
de zijkant indrukken.
4. Uitworpklep aan de zijkant (12/2) openklap-
pen (12/a) en vasthouden.
5. Zijdelingse uitwerper (12/3) inschuiven (12/
b).
6. Uitworpklep aan de zijkant (12/2) langzaam
sluiten. De uitworpklep aan de zijkant voor-
komt dat de zijdelingse uitwerper eruit kan
vallen.
Zijdelingse uitwerper verwijderen
1. Apparaat uitschakelen: Veiligheidssleutel
naar de stand Off (pos. 0) draaien en uitne-
men.
2. Uitworpklep aan de zijkant openklappen en
vasthouden.
3. Zijdelingse uitwerper uittrekken en uit-
worpklep aan de zijkant sluiten.
4. Mulchinzetstuk verwijderen en grasopvang-
bak vasthaken.
7.5
Duwboom aanpassen op de
lichaamslengte (13)*
* afhankelijk van het model, zie montagehandlei-
ding.
1. De snelspanners (13/1) aan de draaischar-
nieren (13/2) wegklappen (13/a).
2. Duwboom (13/3) rond de draaischarnieren tot
de geweenste hoogte draaien (13/b).
3. De snelspanners vastklappen.
7.6

Maaiwerk starten en stoppen (14)

Het maaiwerk alleen op effen ondergrond, niet in
het hoge gras starten. De ondergrond moet vrij
van vreemde voorwerpen zoals stenen zijn. Het
apparaat niet optillen of kantelen om te starten.
Maaiwerk starten
1. Indien nog niet gedaan: Voeding inschakelen
(zie Hoofdstuk 6.3 "Voeding van het maai-
werk in- en uitschakelen (06)", pagina 51).
2. Start-toets (14/1) indrukken en vasthouden.
3. Veiligheidsbeugel (14/2) naar de duwboom
(14/3) toe trekken (14/a). Het maaiwerk wordt
gestart.
495504_a
4. Start-toets loslaten en daarbij de veiligheids-
beugel verder vasthouden.
OPMERKING De veiligheidsbeugel wordt
niet vastgezet. Houd hem gedurende het hele
werk aan de duwboom vast.
Maaiwerk stoppen
1. Veiligheidsbeugel loslaten. Deze gaat auto-
matisch naar de beginstand.
2. Wacht totdat het maaiwerk stilstaat.
3. Voeding uitschakelen (zie Hoofdstuk 6.3
"Voeding van het maaiwerk in- en uitschake-
len (06)", pagina 51).
VOORZICHTIG! Gevaar voor snijletsel.
Gevaar voor snijletsel bij het grijpen in het draai-
ende maaimechanisme.
Wacht totdat het maaimechanisme stilstaat.
Vóór alle onderhouds- en reinigingswerk-
zaamheden: schakel het apparaat uit en
wacht totdat het maaimechanisme stilstaat.
Verwijder de beveiligingssleutel en de accu's.
7.7

Wielaandrijving in- en uitschakelen (15)*

* afhankelijk van het model, zie montagehandlei-
ding.
U kunt de wielaandrijving inschakelen om de
grasmaaier tussen twee werkgebieden of naar de
opbergplaats te bewegen. Hiervoor hoeft het
maaiwerk niet ingeschakeld te worden.
OPMERKING De veiligheidssleutel hoeft
voor de voeding van de cockpit en de wielaandrij-
ving niet naar de stand On (pos. I) te worden ge-
draaid.
Wielaandrijving inschakelen
1. Accu plaatsen.
2. Versnellingshendel (15/1) tegen de duwboom
(15/2) aan drukken en vasthouden (15/a). De
versnellingshendel wordt niet vastgezet.
Wielaandrijving uitschakelen
1. Versnellingshendel loslaten. Deze gaat auto-
matisch naar de beginstand.
7.8
Wielaandrijving – snelheid wijzigen (16)*
* afhankelijk van het model, zie montagehandlei-
ding.
Via de cockpit kan de rijsnelheid van de gras-
maaier trapsgewijs – in 7 standen – worden aan-
gepast. De wielaandrijving moet hiervoor inge-
schakeld zijn, zie Hoofdstuk 7.7 "Wielaandrijving
in- en uitschakelen (15)*", pagina 53.
NL
53

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido